De Ayo relaasjes zijn geschreven beeldjes van een oma die op haar kleinkind past. Ayo is nu 17 maanden. Oma Bibi woont in Gent, Ayo in Leuven.
De coronacrisis spaart ook Ayo niet. Twee maanden heeft ze doorgebracht met haar mama en papa, een tijd vol nieuwe ontdekkingen in de buurt: de beren aan de ramen, de speelplaats en het stadspark wat verderop, de Leuvense landschappen en dieren onderweg, de buurtwinkels, de trap en het werk in huis – het afwas- en wasmachine mee leegruimen, bijvoorbeeld.
En nu duik ik voorzichtig op, niet meer via het scherm maar in het echt. Voor mijn eerste live bezoek zaten ze me op te wachten: Ayo op de schoot van haar mama, op de ‘dorpel’ van hun huis, dat tot zes jaar geleden ook het mijne was, en nog langer geleden van mijn moeder en grootmoeder.
Als ik daar met de blue bike fiets enthousiast toekwam bleef ze me wel vijf lange minuten aankijken: oma Bibi met mondmasker. In de tuin bleef ze even binnen achter het schuifraam afwachten. Mondmasker af. En toen kwam ze met een boekje tevoorschijn, recht naar mijn schoot. We waren terug. We waren terug samen: Oma bibi en Ayo, leesmaatjes! Een warme gloed doortrok mijn buik en benen toen zij zo innig in me wegkroop, ze terug mijn uurwerk betastte, me aankeek met haar vrolijke, verlangende ogen en haar vinger lachend in mijn mond stak.
Ayo gaat nu terug naar de crèche met halve dagen. Een hele dag lukt niet. Ze heeft te veel verdriet. Niet alleen bij het afscheid, ook terwijl ze speelt, snikt ze. Verhoogde separtie- of verlatingsangst. Papa of mama geven me uit handen aan Antonella en Nora. Ik ken hun gezichten en hun stem nog niet. Wendy, Heidi en Tine van vroeger hoor ik wel, maar zijn nu met de baby’s bezig. (Ayo zit nu in een andere groep en heeft ook nieuwe begeleiders. Er is wel een doorgang tussen beide groepen.) Papa en mama zijn weg. Ik zie ze niet meer. Ik moet hier blijven. Komen mama en papa nog terug? Ja, na de heerlijke patatjes die ik helemaal zelf kan opeten. Na de patatjes komen papa en mama. Keer op keer. Elke dag opnieuw. Maar dat moet ik nu nog leren.
Ayo huilt nu ook thuis wanneer ze in bed moet. Daarvóór was dat geen enkel probleem. En ook als wij, oma’s en meter afscheid nemen, volgt een scheurtje gehuil.
Piepspelletjes helpen. Nu in de tuin experimenteert ze daar volop mee, door haar gezicht tegen het muggenschuifraam te duwen en daarna haar vrolijke snoet terug te ‘toveren’. Tientallen keren verrast ze me zo.
In een comfortabele tuinzetel, Ayo op mijn schoot mét tutkonijn, staan onze zintuigen scherp. Haar wijsvinger naast haar oor is het teken om samen te luisteren: de duif die weg klappert, spelende kinderkreten in de verte, de pianoklanken van buurvrouw Nadia en klokgelui. Op deze laatste geluiden wiegt ze. Heeft Ayo nu al een muzikaal gehoor? Dat kan wel, met zoveel muziekliefhebbers en muzikanten in de familie. Papa speelt gitaar. Zij ukélélé.
En dan gaat de vinger vijf verschillende kanten op: naar de bomen van de buren, naar een schijfje maan, naar de struik in de hoek van de tuin, naar de voederballen aan de muur en naar het kittelige gras. Ze wijst en ik benoem. En dat zeker vijf keer naar mekaar. En na een poosje puzzelen of boekje lezen, komt dat ritueel terug: de boom, de maan, de struik, de voederballen, het gras. Het is eigenlijk een cirkelbeweging met de ogen en haar vingertje. Grappig. Een stuk wereld in haar greep met vijf herhalende woorden.
Vandaag leren we ook de dikke teen kennen. Hij ligt voor het grijpen! We tellen er vijf aan de linker- en aan de rechterkant. De dikke teen spreekt laag en luid als hij ‘dag Ayo’ zegt, terwijl het dunne, kleine teentje aan de andere kant zich zacht en hoog laat horen. Tenenpoppenkast!
En nu heb ik weer inspiratie voor mijn volgend Tik-Tak spel via Skype: een piepspel met doek, eigen pianospel, landschapsafbeeldingen en … tenenpoppenkast? Ik ben er zeker van: piepspelletjes, verhaaltjes op schoot, rituelen en een beetje greep op de wereld, leggen in haar hart een laagje dons die de schokken verdriet zacht kunnen opvangen. En daar kunnen wij ons steentje toe bijdragen.