Fiscaal protectionisme
In Italië is de Lega Nord in volle opmars. Wat wil ze? Even citeren: “We zijn een verdeeld land. Van altijd al. Maar vandaag meer dan in het verleden. De onderlinge afkeer tussen de verschillende regio’s van Italië is toegenomen. Verscherpt door de economische crisis en door de fiscale ontevredenheid. Aangewakkerd nog door de politici. (…). Het jaar dat komt zal niets aan de situatie veranderen. De dramatiek zal eerder toenemen. (…). Vooral waar het om de hervorming gaat in functie van het fiscale federalisme. Los van de reële effecten ervan (die onzeker zijn en veraf liggen in de tijd), wordt het federalisme door de Lega gezien als een missie, ter verdediging van de belangen van zijn kiezers – uit het Noorden. Om die reden wordt het in het Zuiden gezien als een bedreiging. Italië is een verdeeld land, altijd meer verdeeld door de politiek.” (zie Ilvo Diamanti in La Repubblica 30 december 2010).
Vindt u ook niet dat in bovenstaand tekstje over Italië, gewoon het woordje Italië door het woordje België kan vervangen worden? Ik wil nog in het midden laten of het woordje “Lega” door “NVA” kan vervangen worden. Zoiets lijkt me vooralsnog iets te simpel… maar het zou wel eens die weg kunnen opgaan. Hopelijk niet. De “Lega” in Noord-Italië ziet wat hier in België gebeurt wèl als een voorbeeld en zegt dit uitdrukkelijk. Het hoeft nog niet te betekenen dat de liefde wederzijds is.
Aansluitend bij het voorgaande, is het duidelijk dat de landen van de Europese Unie meer nog dan vandaag al het geval is, waarschijnlijk volkomen terecht, aangespoord zullen worden om het overheidstekort verder terug te dringen. Echter, het betekent niet dat dit lokaal tot een economische groei zal leiden, al is Duitsland daar voorlopig vermoedelijk een uitzondering op. Normaal mag gevreesd worden dat de koopkracht van de bevolking als gevolg daarvan eerder zal afnemen… en dat heeft dan op zijn beurt weer negatieve gevolgen voor de economische groei. Daarenboven ziet het er sterk naar uit dat de Europese landen niet eenzelfde strategie zullen volgen, wat betekent dat het landelijk en regionaal economisch en fiscaal protectionisme eerder zal toenemen dan afnemen.
We staan dus ver af van het Europese “moment de gloire” uit 1989, met de val de Berlijnse muur en het imploderen van de regimes in Oost-Europa. Immers, de globalisering heeft zich haast onmiddellijk nadien aangemeld, wat geleid heeft tot delocalisaties van het bedrijfsleven en tot “crazy” bewegingen in de globaliserende wereld van het flitskapitaal. De bankcrisis heeft dit verdere geaccentueerd. Fiscaal protectionisme is er een rechtstreeks gevolg van, met vooraan op het lijstje: regionale respectievelijk landelijke, lokale economische en financiële belangen.
Etno-cultureel protectionisme en populisme
Het fiscaal protectionisme heeft zijn culturele onderbouw, of bovenbouw, als je dit verkiest: het etno-cultureel protectionisme. Ik vermijd het woord nationalisme, want dit is een verzamelwoord voor zodanig verschillende bewegingen. Dit neemt in een sterk gemediatiseerde samenleving heel precieze ‘formats’ aan, met zowel vormelijke als inhoudelijke consequenties. Inhoudelijk? De nieuwe ‘geformatteerde’ vijand van het Europese etno-culturalisme is de Islam. “Nine eleven” heeft dit uiteraard nog vergemakkelijkt. Nochtans moet dit vermoedelijk breder gekaderd worden. Het gaat waarschijnlijk veeleer om een grondstroom in het Europa van vandaag, die elk etnisch-cultureel andere afweert, en niet in het minst de emblematische uitdrukkingen ervan. Zie de minarettenkwestie in Zwitserland. Hoe verklaar je overigens dat er in Slovenië vandaag een groot debat losbarst dat niets met de Islam te maken heeft, maar met het feit dat een uitstekend en alom gerespecteerd geneesheer met Ghanese roots burgemeester geworden is in Pirano, terwijl onmiddellijk daarop een even gewaardeerde Sloveense, aan de linkerzijde gesitueerde top-auteur als Boris Pahor dit afkeurt omdat hij er een uiting in ziet van een tekort aan nationaal Sloveense zelfbevestiging?
Is het elders in Europa anders? In Duitsland zullen 7 regionale verkiezingen plaats vinden. Merkel moet haar meerderheid trachten te behouden. Twijfel er niet aan: “Leitkultur” wordt een “Leit”-motief. En in Frankrijk worden de presidentsverkiezingen van 2012 voorbereid. Het Front National is in opmars. Sarkozy kan, vanuit zijn achtergrond, moeilijk anders doen dan de truc van Chirac overdoen: eerst zoveel mogelijk stemmen van rechts in zijn kamp houden door zich als even rechts te profileren als het Front National, en dan nadien, eenmaal hij de tweede ronde haalt, de steun van Links inroepen om het Front National in 2012 van het presidentschap weg te houden.
De ‘formattering’ creëert inhouden, maar raakt ook de ‘vormgeving’. Hier moet onvermijdelijk een nieuwe term geïntroduceerd worden: het populisme. Wat mij betreft, bestaat de kern van het populisme erin dat men het als een evidentie doet doorgaan dat ieders opinie waar het maatschappelijke zaken betreft even intelligent is (- tot daar nog…), en dat het “dus” de som van opinies is die de waarheid bepaalt. Wie dit propageert, verzuimt er meestal bij te zeggen dat er natuurlijk altijd iemand is die de toegang tot de optelsom van individuele opinies bewaakt en die de bekendmaking ervan bewaakt. Vandaag zijn dit degenen die de media controleren. Sommige mediamensen gaan zich dus ook consequent gedragen als een nieuwe clerus: ze zien zichzelf en hun collega’s als de nieuwe behoeders van de waarheid, een zeer wisselende waarheid overigens, zelfs met vaak afwisselende behoeders… De status van hogepriester in deze nieuwe clerus is niet voor iedereen weggelegd.
Wensen voor 2011
Laten we hopen dat 2011 en nadien 2012 niet de hoogtepunten worden van het Europese versplinterende etno-culturele protectionisme. Het zou een ramp zijn voor Europa en zijn bewoners, economisch zowel als sociaal en cultureel, als dit proces al te lang zou aanslepen. En als we er dan toch doorheen moeten, laten we dan hopen dat er ergens een kentering komt van 2013 af…
Ondertussen is de strijd voor het bewaken van het bekendmaken van de optelsom van opnies losgebroken. Italië is daarin met zijn “berlusconisme” een voorloper geweest. De inzet ervan: het recht op informatie over wat echt de maatschappelijke en sociaal-culturele dynamieken bepaalt en het recht om niet afgestraft te worden als men meningen propageert die afwijken van wat de steeds nauwer met mekaar vergroeiende cluster van politiek en media-controle als waarheid erkend wenst te zien.