Achter de stakingsactie voor meer loon

Ik sta volledig achter de stakingsactie die de christelijke en socialistische vakbond vandaag voeren om in sectoren, die ondanks de coronacrisis goed boeren, een hogere loonsverhoging door te voeren dan de 0,4 procent die de werkgevers in het kader van de onderhandelingen voor een interprofessioneel akkoord voor 2021 en 2022 willen toekennen. We denken in de eerste plaats aan warenhuisketens als Delhaize die aandeelhouders grote bonussen konden toekennen. Ook in andere sectoren werden mooie winsten gemaakt. In de mediasector bijvoorbeeld, waar ik als journalist actief ben, haalde DPG Media (VTM, Het Laatste Nieuws…) ondanks het verlies aan reclame-inkomsten in 2020 178 miljoen euro winst, Mediahuis (De Standaard, Gazet van Antwerpen…) 58,6 miljoen euro, Roularta (Knack…) 5,7 miljoen euro en Mediafin (De Tijd…) 4,4 miljoen euro. Ook hier is er zeker nog ruimte voor een hogere loonsverhoging. In tegenstelling tot PS-voorzitter Paul Magnette die zich voor 200 procent achter de stakingsactie zet en de houding van de werkgevers ronduit schandalig vindt, is Connor Rousseau (Vooruit) van oordeel dat een staking momenteel niet het geschikte middel om het doel – meer ruimte voor loonopslag – te bereiken. “Ik heb geleerd dat onderhandelingen soms meer resultaat oplevert”, zei hij vorig weekend in De Standaard. Hij vindt voor alle duidelijkheid hogere lonen wel rechtvaardig in sectoren als de farmaceutische industrie en supermarkten die goed geboerd hebben. Of Rousseau goed vertrouwd is met de geschiedenis van de arbeidersbeweging en met dit standpunten veel zieltjes zal winnen in kringen van werknemers is twijfelachtig.
LUC VANHEERENTALS