De Turkse premier Recep Tayyip Erdo?an met de Syrische president Bashar al-Assad (midden) en een Saoedische delegatie in 2011 (foto: Al Jazeera).
Nieuws, Politiek, Turkije, Terrorisme, Iran, Syrië, Diplomatieke relaties, Al Qaeda, Soennieten, Recep Tayyip Erdo?an, Ahmet Davuto?lu, Peter Edel, Syrische rebellen, Gerechtigheids- en Ontwikkelingspartij (AKP), Jabhat al-Nusra -

Turkije wordt bedreigd door al-Qaeda

Niet eens erg lang geleden was het ‘zeroconflictbeleid’ van Turkije een succesverhaal. Nooit eerder waren de betrekkingen met de buurlanden zo goed. Helaas, het was van korte duur. Vooral met Syrië ging het finaal mis.

dinsdag 17 december 2013 14:50
Spread the love

De Turkse premier Recep Tayyip Erdo?an kon het goed vinden met de Syrische dictator Bashar al-Assad, maar toen het Arabische lentezonnetje ook in Syrië begon te schijnen, was de vriendschap snel voorbij.

Erdogan en zijn buitenlandminister Ahmet Davutoglu zagen kansen in de opstand voor een soennitisch regime in Syrië. Sloot mooi aan bij hun ambities over een postmoderne restauratie van het Ottomaanse Rijk.

Al-Nusra

Dat Turkije de grenzen opende voor Syrische vluchtelingen viel toe te juichen. Dat rebellen in Syrië werden gesteund ook, tot op zekere hoogte. Kwalijker was dat ook al-Nusra op Turkse steun kon rekenen.

Deze Syrische tak van al-Qaeda trok niet alleen fel van leer tegen het Assad-regime, maar tegen alles dat afweek van de middeleeuwse versie van de islam. Zo konden ook seculier ingestelde soennieten kennis maken met de terreur van al-Nusra.

Met haar steunbeleid aan al-Nusra belandde Erdogans Gerechtigheids- en Ontwikkelingspartij (AKP) in een meningsverschil met andere landen. Niet alleen met China, Iran en Rusland, waar al-Assad op steun kon blijven rekenen. Ook de VS, waar men met schade en schande wijzer werd over het samenwerken met jihadisten in de categorie al-Qaeda, had bezwaren.

Nadat Washington al-Nusra op de lijst van terroristische organisaties had geplaatst, reageerde Ankara verontwaardigd. De AKP bleef tegen alle historische feiten in volhouden dat soennieten zich nimmer schuldig maken aan terrorisme. Dus ook al-Nusra niet.

Reyhanli

Volgens de AKP waren de dagen van al-Assad geteld. Een kwestie van maanden, zei Erdogan niet al te lang geleden nog. Een verkeerde inschatting. Dat al-Assad hardnekkig stand hield, kwam voor hem als een verrassing. Een oorlogsverklaring door de NAVO zat er op korte termijn bovendien niet meer in.

Nadat het Syrische regime toestond haar chemische wapens te laten vernietigen, was de kans daarop verkeken. In plaats daarvan ontstond een situatie waarin de VS en de EU zich (voorlopig) verzoenden met het aanblijven van al-Assad. Tot grote teleurstelling van Erdogan, die de neo-Ottomaanse droom aan stukken zag vallen en zich abrupt met een nieuw probleem geconfronteerd zag.

Zo gaat het nu eenmaal met al-Nusra/al-Qaeda. Je geeft die knapen een vinger en ze nemen je hele hand. Al-Nusra wilde een militaire actie van Turkije tegen al-Assad en Erdogan had daar graag gevolg aan gegeven, maar niet zonder een groen lichtsignaal van de VS. Bij al-Nusra leidde dat voorbehoud tot een laaiend onbegrip.

Redhack

In deze context vond in mei van dit jaar de catastrofale aanslag plaats in de nabij de Syrische grens gelegen Turkse stad Reyhanli. Ankara schoof een al jaren niet meer bestaande linkse organisatie de aanslag in de schoenen. Die zou het zaakje voor al-Assad opgeknapt hebben.

De Turkse hackersorganisatie Redhack wist beter. Die onthulde dat de Turkse autoriteiten over informatie beschikten waaruit heel duidelijk naar voren kwam dat al-Nusra/al-Qaeda een aanslag in Turkije voorbereidde[1]. Dat deze informatie door een conflict tussen de nationale inlichtingendienst MIT en de politie niet op de juiste plaatst terechtkwam, verandert daar niets aan.

Topalca

De AKP trachtte de doorvoer van wapens naar al-Nusra via de Turkse grens onmogelijk te maken. Wapenleveranties vanuit Turkije lopen nu dan ook tegen de lamp, waar dat eerder niet gebeurde. Vorige maand werd in de stad Adana nog een vrachtauto aangehouden met wapens die Syrië als eindbestemming hadden.

De chauffeur zei dat hij daar al twee keer eerder een lading had afgeleverd. De Turkse gendarme hield hem toen niet aan, maar nu opeens wel.

De chauffeur zei verder dat hij het afleveradres had doorgekregen van een in Turkije woonachtige Syrische burger met de naam Topalca. De naam van dit schimmige personage werd ook genoemd door de linkse activisten die werden gearresteerd na de aanslag in Reyhanli. Zij zouden eerder met hem samengewerkt hebben en meenden er via zijn betrokkenheid ingeluisd te zijn[2].

Duistere omstandigheden waarvan het fijne nog moet blijken. Zelf houd ik er rekening mee dat die Topalca niet uit religieuze of ideologische overwegingen wapens aan al-Nusra leverde, maar slechts om er rijker van te worden. Het blijft gissen. Opvallend blijft dat Turkse gezagsdragers vooralsnog niets deden om Topalca aan te houden, ook niet om hem een verklaring af te laten leggen.

Auto’s

Dat de Turkse regering al-Nusra de rug toekeerde, is niet vrij van risico’s, om niet te zeggen bloedlink. Want zoiets doe je doorgaans niet onbestraft met de al-Qaeda-achtigen. Zoals ik net al aangaf, weet men daar in Washington alles van. Komt de AKP hier wel mee weg? Er zijn tekenen die doen vrezen van niet.

Vorige maand verschenen berichten dat 300 in Turkije gestolen auto’s met valse kentekenplaten naar Syrië verdwenen. De achttien personen die daarvoor werden aangehouden, hadden banden met al-Nusra en andere jihadistische clubs.

De inlichtingendienst van de gendarmerie leverde de onheilspellende waarschuwing dat de voertuigen gebruikt konden worden voor bomaanslagen in Turkije. In een rapport drukten inlichtingendiensten verder hun zorgen uit over de plannen van 47 aan al-Qaeda verbonden organisaties in Syrië om aanslagen te plegen in Turkije[3].

Serieuze dreiging

Kortom, het beleid van de AKP-regering om al-Nusra te steunen, is ontaard in een totaal fiasco. Het zal niet bijdragen aan de populariteit van Turkije in de regio, die volgens recente peilingen stevig is teruggelopen. Premier Erdogan kan dit missen als kiespijn, want hij ligt de laatste tijd ook al wakker over de onthulling dat hij 2004 een ‘actieplan’ van de Nationale Veiligheidsraad (MGK) ondertekende tegen een invloedrijke religieuze beweging[4].  

Erger voor de rest van Turkije is dat het land onder een serieuze dreiging van al-Qaeda is komen te liggen. Nederland, Duitsland en de VS plaatsten van die mooie ‘patriots’ om de Turken tegen raketaanvallen door al-Assad te beschermen, maar van hem komt het gevaar nu niet meer. Helaas begin je met patriots weinig tegen autobommen. Maar goed, die dingen zijn daar natuurlijk vooral neergezet om Teheran te pesten.

Iran als bemiddelaar

Samenwerken met Syrië is de meest directe weg voor Turkije om te voorkomen dat al-Qaeda toeslaat. Na alle vijandigheid over en weer zal een overleg tussen Ankara en Damascus niet meevallen, maar de AKP doet er wel degelijk pogingen toe.

Onderminister van Buitenlandse Zaken, Feridun Sinirlioglu, probeert behoedzaam contacten op gang te brengen, waarbij gehoopt wordt dat Iran een bemiddelende rol op zich wil nemen[5]. Dat laatste behoort tot de mogelijkheden sinds de contacten tussen Iran, de EU en de VS iets zijn verbeterd.

Turkije verwacht daar de economische vruchten van te plukken, maar ook ten aanzien van het opnieuw contact aanknopen met Syrië liggen hier mogelijkheden.

Dat buitenlandminister Ahmet Davutoglu onlangs sjiitische leiders in Irak bezocht, vloeide in de eerste plaats voort uit de Amerikaanse druk op Turkije om toestemming van de centrale regering in Bagdad te krijgen alvorens olie uit het autonome Koerdische gebied in Noord-Irak te betrekken.

Aanpappen met sjiieten in Irak stimuleert echter ook een toenadering tot Iran, en daarmee tot Syrië.  

Aanslagen in Istanbul

Of dergelijke stappen afdoende zijn om de dreiging van al-Qaeda af te wenden, kan alleen de tijd leren. In ieder geval dient de AKP volledig doordrongen te zijn van het gevaar. Dat is niet vanzelfsprekend. Toen al-Qaeda in 2003 vier aanslagen in Istanbul pleegde, werden de daaraan voorafgaande waarschuwingen nauwelijks serieus genomen.

Dat de AKP de deur volledig dichtgooit naar al-Qaeda toe, is ook een vereiste. De links-nationalistische media in Turkije plaatsen daar vraagtekens bij. In deze media verscheen onlangs het bericht dat Osman Nuri Gülacar, de AKP-kandidaat voor het burgemeesterschap in de stad Van bij de komende lokale verkiezingen, eerder gearresteerd werd vanwege banden met al-Qaeda …[6]

Peter Edel

Peter Edel is schrijver van ‘De diepte van de Bosporus, een politieke biografie van Turkije’ (2012, uitgeverij EPO, Antwerpen).

Voetnoten

take down
the paywall
steun ons nu!