Ali Aarrass woonde in een Spaanse enclave in Marokko, tot hij zijn moeder in België wou bezoeken. Daarvoor had hij de Marokkaanse nationaliteit nodig, die hij ook kreeg. Hij reisde onmiddellijk door naar België, waar hij 28 jaar woonde en zijn legerdienst deed. Toen hij nadien in Spanje verbleef, werd hij beschuldigd van terrorisme. Twee commissies bogen zich over de zaak-Aarrass en bevonden hem onschuldig.
Dat was echter buiten Marokko gerekend, die enkel op basis van getuigenissen van een – eveneens gefolterde – Belliraj, een verzoek tot uitlevering naar Spanje zond. Het is algemeen bekend dat Marokko in terrorismezaken foltertechnieken gebruikt bij ondervragingen. Daarom kwam er ook sterk protest van Aarrass’ advocaten. Van de Belgische regering of diplomatie kwam er volstrekt geen reactie.
Enkele maanden later berichtten de advocaten van Aarrass dat hun cliënt gemarteld werd. Hij kreeg elektrische schokken op de genitalen, werd langer dan toegelaten vastgehouden in een isoleercel en kreeg chemische vloeistoffen ingespoten. Opnieuw rijst de vraag of Belgische burgers met een dubbele nationaliteit ‘tweederangsburgers’ zijn.