Analyse

Waterstofrevolutie: waarom het kan, niet lukt en toch moet voor het klimaat

Afbeelding
Waterstof moleculen. Foto: Depositphotos.com
Waterstof moleculen. Foto: Depositphotos.com
Tienduizenden mensen komen 5 oktober de straat op voor een nieuwe klimaatmars. Hun boodschap is duidelijk: we hebben geen tijd meer voor halve maatregelen, de energietransitie moet nú écht gebeuren. Daarin kan waterstof een sleutelrol spelen, als we eindelijk durven breken met de logica van de markt.

Een groot probleem dat hernieuwbare energie tegenhoudt, is de opslag van elektriciteit. Zon en wind leveren pieken en dalen, maar een samenleving heeft continu stroom nodig. De enige realistische optie op deze grote schaal is waterstof.

Waterstof als sleutel voor elektriciteitsopslag

Met waterstof kan je namelijk grote elektriciteitsoverschotten van zonnige of winderige dagen opslaan. Bij tekorten kan je de waterstof opnieuw omzetten naar elektriciteit en maanden later gebruiken wanneer de productie laag is.[1]

Batterijen zijn nuttig, maar niet voor seizoensopslag op enorme schaal. Ze vragen schaarse grondstoffen, de ontginning van grondstoffen is vaak gebaseerd op kinderarbeid en batterijen zijn ook niet zo veelzijdig inzetbaar als waterstof.

De opwarming van de aarde lag in 2024 al 1,5°C hoger dan voor het industrieel tijdperk

Wereldwijd zijn er talloze voorbeelden van het gebruik van waterstof. Denk maar aan de Japanse Olympische Spelen in 2020 die op waterstof draaiden, aan waterstofauto's in Japan en Zuid-Korea, waterstoftreinen in Duitsland, waterstofbussen van Van Hool en de ambitieuze waterstofplannen van Nederland en China.[2]

Afbeelding
Een bus van Van Hool op waterstof. Foto: Matti Blume, Wikimedia Commons / CC BY-SA 4.0
Een bus van Van Hool op waterstof. Foto: Matti Blume, Wikimedia Commons / CC BY-SA 4.0

Desondanks blijft waterstof als energiedrager, dat wil zeggen als middel tot opslag van elektriciteit, zowel in de Belgische als de Europese overheidsplanning nagenoeg afwezig of uitgesteld tot na 2030, in afwachting van commerciële rendabiliteit.

Urgentie

De rapporten van het klimaatpanel van de Verenigde Naties (IPCC) zijn nochtans ongenadig. De opwarming van de aarde lag in 2024 al 1,5°C hoger dan voor het industriële tijdperk. Elke tiende van een graad Celsius telt en vergroot ongelijkheid en chaos. IPCC vraagt niet voor niets “nooit geziene radicale en snelle maatregelen” in alle sectoren.

Toch wordt het enige Belgische scenario dat vanuit klimaatnood vertrekt (2013) genegeerd. Het dominante beleid blijft rekenen in winstmarges en marktprikkels. De kloof tussen wat technologisch mogelijk en noodzakelijk is en wat economisch rendabel geacht wordt, is enorm. Zo verdwijnt waterstof als oplossing voor opslag van elektriciteit uit beeld, precies omdat het publieke keuzes en langetermijnplanning vergt.

Waarom het kan

Waterstof kan op heel wat manieren een sleutelrol spelen in de omschakeling naar schone energie. Het helpt om ons elektriciteitsnet in balans te houden: bij een overschot aan zonne- of windenergie wordt die omgezet in (groene) waterstof, en bij tekorten kan die weer terug naar stroom worden omgezet.

Waterstof is de sleutel voor een snelle en radicale decarbonisatie van de volledige economie

Het kan bovendien gewoon worden bijgemengd in het bestaande aardgasnet, waardoor koken en verwarmen meteen een stuk groener worden. In de transportsector rijdt vandaag al een nieuwe generatie bussen, vrachtwagens, treinen, schepen en zelfs auto’s op waterstof via brandstofcellen.

Ook voor wijken en gebouwen kan waterstof warmte en elektriciteit tegelijk leveren. In combinatie met opgevangen CO₂ laat het toe om synthetische brandstoffen te maken, zoals methaan en methanol, die inzetbaar zijn voor verwarming, vrachtwagens en schepen.

In de industrie vervangt “groene” waterstof de (grijze) waterstof die vandaag nog uit aardgas wordt gehaald. Nog belangrijker: waterstof maakt totaal nieuwe processen mogelijk. Zo kan ijzererts rechtstreeks met heet waterstofgas worden verwerkt in plaats van met cokes (bewerkte steenkool), waardoor de CO2-uitstoot van de staalproductie drastisch verminderd wordt.

Afbeelding
Foto: Rh2network, Wikimedia Commons / CC BY-SA 3.0
Foto: Rh2network, Wikimedia Commons / CC BY-SA 3.0

Dit alles maakt waterstof tot de sleutel voor een snelle en radicale decarbonisatie van de volledige economie.

Waarom het niet lukt

De hindernissen zijn minder technologisch dan politiek-economisch. Bezwaren over veiligheid, opslag en omzettingsverliezen zijn technisch beheersbaar of relatief te verwaarlozen in het licht van de voordelen. Het echte probleem is de marktlogica van het rendement en van de maximale winst.

De klimaatcrisis maakt overheidsinitiatief tot een urgente noodzaak

De privésector wacht tot de overheid de infrastructuur bouwt en met subsidies over de brug komt voor commerciële uitbating. België illustreert dat pijnlijk. We hebben sterke spelers (Hydrogenics voor elektrolyzers, Borit-Geel voor brandstofcellen, Air Liquide, VDL–Van Hool, e-Trucks, Colruyt/DATS) en expertise aan elke universiteit. Toch zorgt de marktlogica dat er met dit alles niet veel tot niets gebeurt.

Waarom het moet

De waterstofrevolutie kan alleen slagen als alle schakels tegelijk worden ontwikkeld, met een brede visie. De overheid moet daarin het voortouw nemen, een massief publiek investeringsplan uitwerken en de centrale schakels in eigen democratisch beheer houden.

Technisch is er geen alternatief. Om tegen 2050 klimaatneutraal te zijn moet de hele energieproductie, -distributie en -consumptie worden hertekend. Hernieuwbare energie vraagt immers opslag om vraag en aanbod in balans te houden. Zonder grootschalige opslag, en dus zonder waterstof, is een samenleving op 100 procent groene energie simpelweg onmogelijk.

Systeemverandering

Zolang we vertrouwen op gecentraliseerde kern- en gascentrales, kan hernieuwbare energie geen dominante bron worden. De elektriciteitsproductie van de toekomst is gedecentraliseerd. Om het netwerk constant in evenwicht te houden, is centrale en intelligente nationale sturing noodzakelijk, waarbij opslagcapaciteit een cruciale rol speelt.

De klimaatcrisis maakt overheidsinitiatief tot een urgente noodzaak. De rol van de overheid moet veranderen. Nu is de overheid een instrument voor subsidies en belastingvermindering voor bedrijven.

Het alternatief is een Openbare Investeringsbank, naar het model van de Duitse Kredietanstakt für Wiederaufbau (KfW).[3] Zo’n investeringsbank kan de ecologische transitie financieren. Het startkapitaal daarvoor kan komen van een miljonairstaks aangevuld met Groene Obligaties.[4]

De elektriciteitsproductie wordt best zoveel mogelijk gedecentraliseerd. Publieke energiemaatschappijen tot op niveau van de provincies, steden, wijken en appartementsblokken. Zo kunnen micronetwerken een zekere autonomie krijgen. Micronetten die samenwerken binnen het kader van een centrale sturing van productie en opslag.

De waterstofrevolutie botst met de logica van het kapitalisme

Dat is geen theorie. München toonde via de Stadtwerke München dat een stad in een dozijn jaar eigen duurzame productie kan opbouwen. In 2022 was de mijlpaal bereikt: genoeg groene stroom om het volledige verbruik van de 1,6 miljoen inwoners te dekken. Overheidsinitiatief en overheidsfinanciering vormen de ruggengraat van deze publieke energiesector.

De waterstofrevolutie vraagt hoe dan ook om een radicaal andere koers: plannen, publiek investeren en de energiesector aansturen op basis van ecologische noodzaak in plaats van winstbejag.

Je kan er niet rond: de waterstofrevolutie botst met de logica van het kapitalisme. Zo sluit de waterstofrevolutie volledig aan met de centrale roep van de klimaatjongeren in 2019: Change the System - to save the Planet.

Afbeelding
Jongerenbetoging tegen klimaatopwarming in Glasgow, november 2021. Foto: Comac
Jongerenbetoging tegen klimaatopwarming in Glasgow, november 2021. Foto: Comac

Nawoord

Dit artikel is gebaseerd op een niet gepubliceerd en onaf boek van Jo Cottenier uit 2019. Vandaag is zijn tekst over de Waterstofrevolutie helaas nog actueler en urgenter dan zes jaar geleden. Wie een meer gedetailleerde versie wil lezen kan die hier vinden.

De Jo Cottenier Stichting wil proberen de teksten van Jo te actualiseren en eventueel de ontbrekende hoofdstukken af te werken volgens het schema van Jo. Wil je daaraan meewerken dan kan je contact opnemen met De Stichting via een mailtje, met je naam en adres, naar fondationjocottenierstichting@gmail.com.

Afbeelding
Klimaatmars 2025

Notes:

[1] Waterstof (H₂) komt niet als gas in de natuur voor, maar zit vast in verbindingen met zuurstof en koolstof. Door water via elektrolyse te splitsen, krijg je zuivere waterstof en zuurstof: “een simpele technologie” die geen CO₂ uitstoot.

[2] In Nederland gaat € 2,1 miljard subsidie naar groene waterstof, met een industrienorm van 4 procent. Gasunie bouwt een landelijk waterstofnetwerk, er komen honderden nieuwe voertuigen en in de Rotterdamse haven investeren bedrijven als Air Liquide en TotalEnergies in grote elektrolyseprojecten.
China wil tegen 2025 al 100.000–200.000 ton groene waterstof per jaar produceren en 50.000 voertuigen laten rijden. Provincies zoals Binnen-Mongolië leggen de lat nog hoger, en met plannen tot 100 GW groene capaciteit in 2030 wordt China de absolute koploper.
In beide landen draait het erop om niet alleen waterstof te produceren, maar ook de infrastructuur (leidingen, opslag en distributie) en toepassingsgebieden (industrie, transport, energieopslag) te ontwikkelen zodat waterstof een kerncomponent wordt van een koolstofarme economie.

[3] Het Duitse KfW (Kreditanstalt für Wiederaufbau) is een publieke ontwikkelings- en investeringsbank die projecten financiert op het gebied van economie, milieu, infrastructuur en internationale samenwerking.

[4] Groene obligaties zijn leningen die overheden of bedrijven uitgeven om geld op te halen voor projecten die bijdragen aan klimaat- en milieudoelstellingen, zoals hernieuwbare energie of energiebesparing.

Vandaag op de hoogte van de wereld van morgen?