Niet in het nieuws: Israël vermoordt premier van Jemen
Stel je voor dat een arm land de premier van een rijk westers land zou vermoorden. Dat zou de voorpagina van alle kranten halen. Vermoordt Israël de premier van de Houthi-regering in Jemen, dan is dat nauwelijks nieuws. Donderdag kwam de Ahmed Ghaleb al-Rahawi om bij een Israëlische aanval op Sanaa, samen met verschillende andere ministers. Zij zouden zijn geviseerd tijdens een workshop. Meerdere ministers en andere functionarissen zijn gewond geraakt.
Premier Ahmed al-Rahawi is de hoogstgeplaatste Houthi-leider die door luchtaanvallen van Israël en de Verenigde Staten is omgebracht. Israël heeft de afgelopen maanden herhaaldelijk Houthi-posities geviseerd. Mede omdat de Jemenitische groep aanvallen heeft uitgevoerd op Israël en op westerse schepen in de Rode Zee en de Golf van Aden.
De leider van de Jemenitische Houthis, Abdel-Malik al-Houthi, reageerde: “De Israëlische vijand spaart met zijn misdaden en wreedheid zelfs kinderen, vrouwen en weerloze burgers niet. Al-Houthi stelde dat het viseren van ministers en burgerlijke functionarissen wordt toegevoegd aan het strafblad van Israël. Hij heeft het over “gruwelijke terreur”, aangezien het mensen doodt in Palestijnse gebieden, Libanon, Syrië, Irak en Iran.
Al Houthi noemde Israël “een criminele vijand die zijn wreedheid, misdadigheid en agressie toont door praktijken die geen regels, geen verplichtingen, geen verdragen en geen overwegingen kennen”. De commandant zei dat de groep zal blijven optreden tegen Israël, in verzet tegen de genocide in Gaza en uit solidariteit met het lijden van de Palestijnen, en voegde eraan toe dat hun volk "niet zal worden verzwakt door de agressie waarmee het wordt geconfronteerd”.