Het G-woord? Een symptoom, aldus kunstcriticus Bart Verschaffel
Na veroordelende woorden van de paus, onze koning en blijkbaar ook Superman, keren nu zelfs heel wat Israëlische propagandisten zoals David Grossman hun kar: ze erkennen eindelijk dat er al even een genocide gaande is in Gaza. Vanwaar nu pas die ommezwaai? Mogelijk weten ze dat het nog erger wordt?
Onze premier, die sommige behaagzieke media zelfs vergelijken met Dehaene, steekt zich nog wat weg achter vakantieplaatjes met een leeuw. Geen grijze kat deze keer. Met zijn mandaat komt dat wel neer op collaboratie en medeplichtigheid. Het klopt niet dat Arizona niets doet: wetten worden gestemd om verzet te onderdrukken, en protesterende Palestijnen verliezen hun vluchtelingenstatus omdat ze… een mening hebben.
En plots duikt in de databank Academia.edu een (nog ongepubliceerde?) tekst op van begenadigd architectuurcriticus Bart Verschaffel, bekend van zijn beschouwelijke artikels in o.a. het kunstblad De Witte Raaf: “Call it genocide! Het (academisch) antisemitisme in Vlaanderen.” Wat is dat zeg?
Verschaffels pro-Israëlbetoog is genereus met courante Israëlische hasbara, maar als intellectueel voegt hij ook eigen originele denkpistes toe. Hierbij een tiental becommentarieerde voorbeelden die de denktrant illustreren.
Eerste stelling: “Het Westen is door het systematisch minimaliseren en vergoelijken van de raid van 7 oktober 2023 en de durende gijzelingen door Hamas zijn morele geloofwaardigheid geheel kwijtgespeeld, en Europa claimt voor zijn eenzijdige kritiek op Israël een morele autoriteit waarover het niet beschikt.”
Blijkbaar heeft Verschaffel de voorbije maanden de media niet gevolgd, want van dat systematisch minimaliseren en vergoelijken valt er niet veel terug te vinden. Je kreeg bijvoorbeeld lang alleen maar spreekrecht in bepaalde media als je eerst Hamas als terroristische organisatie veroordeelde — ook al keerde je als vluchteling net getraumatiseerd terug uit Gaza en wou je een persoonlijk verslag brengen. Blijkbaar mogen Palestijnen niet zelf beslissen wie hen vertegenwoordigt.
Dat het Westen zijn morele geloofwaardigheid kwijt is, is natuurlijk geen nieuws. In hoeverre hebben we die ooit gehad, met onze geschiedenis van veroveren, koloniseren en uitbuiten? En wat bedoelt Verschaffel met “de eenzijdige kritiek op Israël”? Bart De Wever bijvoorbeeld had het toch vooral over “de kant van het licht”?
Tweede stelling: “Dat maakt dat alle protest, ook waar het gerechtvaardigd is, contraproductief werkt. Talrijke aanwijzingen doen vermoeden dat de felle, massale Israël-kritiek, ook in Vlaanderen, gepaard gaat met en gevoed wordt door een opstoot van (oud) antisemitisme.”
Wel, wel. “Alle protest”, ook als het gerechtvaardigd is, zou contraproductief zijn. Hoe dit te begrijpen valt, daar hebben we het raden naar. Verschaffel gebruikt het slechts als bruggetje naar het bekende oordeel dat tot doel heeft critici het zwijgen op te leggen: wie kritiek heeft, is wellicht antisemiet.
Eigenlijk maakt de professor het nog bonter: wie van een genocide spreekt, zou in wezen niet met het leed van de Palestijnen inzitten. Het is je dan vooral te doen om jouw antisemitisme bot te vieren — want nu kan het eindelijk weer. Alsof Europeanen altijd maar vernederd zouden hebben moeten aanhoren dat “wij” de Joden een genocide hebben aangedaan en we nu een kans op revanche krijgen: “ze doen het zelf!” Hierbij het intentieproces: “En dat is waar het ècht om gaat, dat was wat we nodig hadden! Nu staan we eindelijk quitte. Wanneer zij het zelf doen, zijn wij immers van onze schuld verlost en kunnen ze ons niets meer verwijten!”
Zo’n verdachtmaking is natuurlijk intellectueel oneerlijk. Opmerkelijk is wel dat we Verschaffel kennen van zijn klassiek essayistisch werk. Plots bedient hij zich, op een quasi-Zizekiaanse manier, van socio-psychoanalytische schema’s om veronderstelde, onbewuste impulsen in het protest tegen de genocide bloot te leggen — om daarmee de kritiek te verklaren en te neutraliseren. Die denktrant is hem vreemd; hij heeft daar geen expertise in.
Uiteraard was de Hamasaanval op 7 oktober gruwelijk en valt het vermoorden van burgers nooit goed te praten. Maar die aanval kwam niet uit de lucht vallen. Wie ervoor kiest te wonen in geannexeerd gebied, of om zogenaamd apolitiek te gaan raven naast de grote openluchtgevangenis die Gaza al jaren is, zou moeten weten dat daar risico’s aan verbonden zijn. De brutale bezetting van Palestina is al decennia bezig. De historische context van repressie en vernedering zouden we, aldus Verschaffel met al zijn eminente historische kennis, evenwel niet in overweging mogen nemen?
Ook andere Vlaamse filosofen vinden dat we geen historische vergelijkingen mogen maken, want “de realiteit zou te complex” zijn. Maar Verschaffel maakt zelf wel de vergelijking: Israël zouden we als de geallieerden moeten begrijpen, de Palestijnen daarentegen als plegers van het absolute kwaad. Dat schema kan je eenvoudig omkeren. Ideologisch verklaarde Israël nochtans jaren geleden al een Joodse staat te zijn met expansiedrift — denk er bloed en bodem zelf even bij — en gaat het Globale Zuiden vandaag, net zoals de geallieerden destijds, in verzet tegen een imperiale, koloniale bezettingspolitiek van fascistische snit. Hoezo complex?
Derde stelling: “Hamas pleegt genocidaal geweld. Israël wil haar burgers slechts beveiligen tegen een herhaling van dergelijke operaties, zoals elk land zou doen dat op die manier wordt aangevallen.”
Je kan ook tot inzicht komen dat je eigen perverse bezettingspolitiek niet de beste veiligheidsgaranties biedt, en dat je in politiek opzicht ook nog andere opties hebt dan geweld en vernedering. Verschaffel laat dat achterwege, want ach — die reactionaire Arabische landen vallen toch niet te vertrouwen?
Vierde stelling: “Israël is aarzelend in deze uitgelokte oorlog gestapt omdat militair succes onzeker was en blijft.”
Inderdaad, en de aarde is plat. De morele doelen van Israël zouden zuiver zijn; ze hadden geen andere keuze. Slachtoffers. Alweer. Volgens The New York Times was de Israëlische overheid overigens al meer dan een jaar op de hoogte van het volledige aanvalsplan van Hamas, behalve de datum van uitvoering.
Vijfde stelling: “Europese en westerse kritiek miskent, in een merkwaardige vlaag van neo-negationisme, de omvang en aard van wat Hamas heeft aangericht.” … “Mensenrechten voor iedereen, behalve voor de Joden, net als toen!” … “De overduidelijke eenzijdigheid van de ethische verontwaardiging, en de vooringenomenheid van het activistisch mensenrechtenprotest van het Westen, Europa en Vlaanderen, dat probleemloos over de barbarij en de opstoot van het absolute kwaad aangericht door Hamas heen is gestapt, en partij kiest voor de terroristen, heeft zo haar kritiek alle geloofwaardigheid ontnomen.”
Dus: als we tegen de genocide protesteren, plegen we negationisme en miskennen we mensenrechten? En wat met de rechten van de Palestijnen? Retorisch wil Verschaffel de critici hier verder diaboliseren: het zijn negationisten, moreel zijn ze hypocriet. Zodra één iemand iets fout zegt, is de hele club verdacht. Wat de Israëli’s intussen uitkramen en uitsteken, daar heeft Verschaffel begrip voor. Ondertussen meldt The Economist dat sinds 7 oktober vier tot vijf procent van de Gazanen is uitgeroeid en dat de levensverwachting daalde tot 35 jaar.
Vreemd is wel dat Verschaffel “het absolute kwaad” opvat als gelijk welk geweld tegen Israëli’s. Het debat over het absolute kwaad ging nochtans over de systematische en industriële uitroeiing door de nazi’s. Je kan hier wel de vraag stellen of het systematisch uithongeren van een gemeenschap door middel van een technisch-militaire overmacht — waarbij je in slow motion ouders en kinderen elkaars pijn laat beleven als psychologisch-militaire strategie — in moreel opzicht dan minder erg zou zijn. Kwantitatief hebben de nazi’s veel meer doden op de teller. Misschien weer een reden waarom we de vergelijking niet mogen maken?
Zesde stelling: “Vanwaar dan, in deze toch zeer complexe en onoverzichtelijke kwestie, die zelfverzekerde, massale overtuiging dat Israël zich schuldig maakt aan oorlogsmisdaden, ‘etnische zuivering’, ‘genocidaal geweld’ en ‘genocide’?”
Tja, dat blijkt uit de beelden die de media ons intussen meer en meer durven tonen — iets dat Verschaffel de media net verwijt. Het blijkt uit rapporten die Israëlische ngo’s publiceren met titels als Our Genocide. Het blijkt ook uit de uitspraken van Israëlische beleidsvoerders, die vinden dat de dood zelfs niet erg genoeg is. En het blijkt uit statistieken waarbij een grote meerderheid van de Israëlische bevolking het uitmoorden van de Palestijnen prima vindt. Dat allemaal negeren heet: negationisme.
Verschaffel merkt tussendoor op dat er gefabriceerde mediabeelden in omloop zijn, maar vergeet te overwegen dat nepnieuws op sociale media evengoed onderdeel kan zijn van een propagandaoorlog waarbij je de geloofwaardigheid van de berichtgeving van de tegenpartij wil ondermijnen. Met zulke opmerkingen over gefabriceerde beelden — terwijl de overvloed aan échte beelden voor zich spreekt, journalisten systematisch worden vermoord en de toegang tot Gaza wordt ontzegd — suggereer je een ongeloof dat negationisme voedt.
Zevende stelling: “Het is onbetwistbaar zo dat de meningen en gevoelens ten opzichte van wat in Israël en Gaza gebeurt gesurdetermineerd (dat wil zeggen: gedragen en mede bepaald) worden door de complexe en beladen Westerse verhouding tot het Judaïsme en de Joden. Het heeft met wat er nu in Gaza gebeurt, en zelfs met mensenrechtenbezorgdheid als dusdanig, weinig te maken. Het gaat hier (ook) om de rest van schuldgevoel en de ambivalente verhouding tot de Joodse aanwezigheid in België en Vlaanderen. Het antisemitisme is een van de oudste, meest eigenaardige, moeilijk te begrijpen constanten in de Europese geschiedenis. Het is een virus dat al tweeduizend jaar sluimert, en regelmatig plots opflakkert.”
Voilà, we zijn er. De Europese geschiedenis is inderdaad doordrongen van rabiaat antisemitisme en dat is vandaag zeker niet verdwenen. Het speelt evident ook mee in sommige kritiek op Israël. Maar door te insinueren dat kritiek op het sadisme van het zionistische project doorgaans onderhuids toch gedreven is door antisemitisme — en dat er daarom per se over een genocide gesproken zou worden — vervalt Verschaffel in cynische complottheorieën zoals we die kennen van de retorische clown Maarten Boudry. En dan ben je laag gevallen.
Meer nog: je zou als criticus volgens deze logica met een schuldbesef zitten — alsof we ons als huidige generatie verantwoordelijk zouden moeten voelen voor wat de fascisten uitstaken — en nu een kans zien je daarvan te verlossen. Want kijk, zij doen het ook? De pijnlijke waarheid daarentegen, waarvoor o.a. Naomi Klein ons al waarschuwde: wat in Palestina gebeurt, en vooral de straffeloosheid ervan, zal helaas antisemitisme opnieuw aanwakkeren.
Achtste stelling: “Kind-vedette Greta Thunberg.”
Dat toontje? Het bevestigt jammer genoeg weer het cliché van de gefrustreerde witte oude man. Verschaffel had altijd al conservatieve trekken en worstelde met woke, wat zijn goed recht is. Maar door zo’n uithaal laat hij zich kennen.
Hoe zit het trouwens met de politieke moed van Bart Verschaffel? Enkele jaren geleden schreven de Europese cultuurvakbonden, waaronder ACOD Cultuur, brieven naar de EU-parlementsleden met de oproep om de nieuwe definitie van antisemitisme niet te aanvaarden. Die definitie zou immers maken dat kritiek op de Israëlische staat ook kan doorgaan voor Jodenhaat en verboden kan worden. Dat zou leiden tot censuur en het cancelen van kunstenaars — wat intussen helaas ruimschoots is bewezen. Toen bleef het opvallend stil aan de kant van deze gereputeerde kunstcriticus (en zijn entourage). Na het lezen van zijn pamflet dringt zich de vraag op: vindt hij het misschien een goede zaak dat kritische kunstenaars monddood worden gemaakt?
Negende stelling: “Het gaat evident niet om een genocide. (Als het werkelijk in de bedoeling lag om de Palestijnen systematisch uit te roeien, maken de Israëli’s het met hun waarschuwingen, precisieaanvallen en voedselbedelingen zichzelf wel heel moeilijk; ze zouden bijvoorbeeld kunnen stoppen met stroom te leveren aan Gaza).”
Een argument om in te kaderen: wat er gebeurt is geen genocide, want mocht dat het plan zijn, dan had Israël die Palestijnen toch al lang afgemaakt? Plots is de kunstcriticus, die ons waarschuwt dat de realiteit “te complex” is om over te oordelen, een genocide-expert die duidelijk weet hoe het zit.
Tiende stelling: “Een Duits auteur heeft ergens geschreven ‘dat de Duitsers de Joden Auschwitz nooit zullen vergeven’. Het gaat allicht in die richting. In de schaduw van het politiek en humanistisch activisme en het zelfvoldane morele superioriteitsgevoel schuilt, zo blijkt, veel ambivalentie en (zeker ook academisch) antisemitisme. Het heeft zich na de Holocaust een halve eeuw schuldbewust vrij stilgehouden, maar de zekeringen zijn gesprongen, en het is, afgedekt door de massale politieke kritiek op Israël, helemaal terug. Duistere, hypocriete rancune, die nu zijn kans grijpt.”
Kortom: opnieuw, ben je aangedaan door de “collateral damage” van onze democratische bondgenoot, dan moet je toch eens naar de psycholoog. Zou Verschaffel beseffen dat zijn citaat over de Duitsers onversneden racistisch is?
Tot slot, wat dat zogenaamde “zelfvoldane morele superioriteitsgevoel van het humanistisch activisme” betreft — alweer een poging om kritiek in diskrediet te brengen —: het Internationaal Gerechtshof gaf in januari 2024 (!) in een genocidezaak, aangespannen door Zuid-Afrika tegen Israël, aan dat “het plausibel is dat sommige handelingen onder de genocide-definitie kunnen vallen” en verplichtte Israël maatregelen te nemen om genocide te voorkomen. Israël liet dat na. In juristentaal is dit al een indrukwekkend oordeel, bedoeld om de deur open te zetten voor verder onderzoek. In november 2024 volgde een internationaal aanhoudingsbevel (ICC) voor Netanyahu wegens misdaden tegen de mensheid. Maar volgens Verschaffel, in augustus 2025, is het “evident geen genocide”. Wie is er hier zelfvoldaan?
Laten we nog even de experts zelf aan het woord: Amnesty International stelt dat er tijdens het conflict in Gaza bewijzen zijn van het opzettelijk creëren van levensomstandigheden die gericht zijn op vernietiging — wat binnen de juridische definitie van genocide kan vallen. Secretaris-generaal Agnès Callamard beschrijft het letterlijk als: “This is genocide. It must stop now.” De Israëlische genocide-expert Amos Goldberg stelt nadrukkelijk dat wat in Gaza plaatsvindt “genocide” is, o.a. op basis van het verdwijnen van Gaza als geografisch en sociaal geheel en de verspreide genocidaire retoriek.
De Israëlische historicus Raz Segal noemde de volledige blokkade van Gaza — inclusief de ontzegging van water, voedsel en energie — een “textbook case of genocide”. Hij verwees naar structurele vernietiging als bewijs. VN-expert Francesca Albanese stelde in een rapport voor de VN-Mensenrechtenraad dat er redelijke gronden zijn om te geloven dat ten minste drie genocidale daden plaatsvinden: het doden van groepsleden, ernstige lichamelijke/psychische schade, en het opzettelijk creëren van levensomstandigheden die fysieke vernietiging tot doel hebben.
De lijst is veel langer. Verder zijn er nog tal van andere vooraanstaande deskundigen en organisaties, zoals het Lemkin Institute en de International Association of Genocide Scholars, die stellen dat het militaire offensief in Gaza voldoet aan de juridische criteria voor genocide. Allemaal verdoken antisemieten? Of zou het kunnen dat hier eerder de zekeringen van Verschaffel zijn gesprongen?