Gaza, Bart De Wever en krokodillentranen
Krokodillentranen
Maandenlang steunden westerse politici de staat Israël onvoorwaardelijk. Ook al liep er een onderzoek van het Internationaal Gerechtshof van de VN over genocide. Ook al waarschuwden internationale organisaties dat de zionistische staat Gaza aan het uithongeren was. En ook al werden er ondertussen al tienduizenden kinderen gedood.Plots, na anderhalf jaar onverschilligheid tonen Europese premiers en ministers nu hun medeleven met Gaza. Ze zijn “diep verontrust”, “geschokt” of “bezorgd”. Ze spreken over een “humanitaire ramp” en dringen aan op “onmiddellijke hulpverlening”. Frankrijk, Canada en Groot-Brittannië overwegen zelfs de erkenning van een Palestijnse staat, zij het dat ze er – onrealistische – voorstellen aan koppelen.
Terwijl politici tranen laten voor de camera, blijven economische sancties uit die echt effect zouden hebbenZelfs Bart De Wever, die bij het begin van de genocide zei dat er maar één kant is om te kiezen: “dat is de kant van Israël”, spreekt zich nu fors uit over de Israëlische aanvallen op Gaza. “De humanitaire situatie is niet meer om aan te zien. Het lijkt tot een soort eindeloos feuilleton van dood en verderf te komen.”
Maar deze woorden zijn goedkoop. Want terwijl ze tranen laten voor de camera, blijven economische sancties uit die echt effect zouden hebben, en blijft Israël een bevoorrechte handelspartner en diplomatieke vriend.
Wapens worden nog steeds vanuit westerse havens verscheept naar Israël en de minister-president van Vlaanderen. Partijgenoot van Bart De Wever wou zelfs in beroep gaan tegen een kort geding om een wapentransport te verhinderen.
Dat is de realiteit achter de retoriek. De woede bij het publiek is zo groot geworden dat de politieke wereld, met inbegrip van de rechterzijde, wel verplicht is om te reageren en stoere verklaringen af te leggen. Maar anderzijds willen ze Israël niet treffen omwille van economische en geopolitieke belangen.
De zogenaamde bezorgdheid is vooral bedoeld om publieke woede te sussenDe zogenaamde bezorgdheid is vooral bedoeld om publieke woede te sussen, maar ondertussen de sterke banden met de zionistische staat te handhaven. Totdat er echte sancties komen, blijft het Westen medeplichtig aan deze genocide. Emotionele verklaringen en krokodillentranen doen daar niets aan af.
In ons land dreigt Vooruit met een eventuele regeringscrisis. "Als iemand kan bewijzen dat we mensen in Gaza helpen door de regering te laten vallen, dan zal ik dat direct doen." Zo’n bewijs kan je natuurlijk nooit leveren. De vraag is of een genocide een regeringscrisis waard is. De vraag stellen is ze beantwoorden.
Genocide en PR
Intussen voert de zionistische staat zijn vernietigingsoorlog verder uit, en probeert die het te verkopen als ‘zelfverdediging’ of ‘noodzaak’. Maar het doel is helder: Gaza moet leeg. Onder het motto ‘vertrek of sterf’ wordt het leven in de enclave systematisch onleefbaar gemaakt: geen voedsel, geen water, geen zorg en systematische beschietingen bij de voedselbedeling.Israëlische ministers nemen geen blad voor de mond. Minister van Erfgoed Amichai Eliyahu verklaarde recent dat “heel Gaza Joods zal worden”. Minister van Defensie Israel Katz gaf toe dat het plan is om de bevolking naar het zuiden te drijven en ze daarna de grens over te jagen. Als Egypte niet meewerkt, wil Israël de druk opvoeren — tot het onhoudbaar wordt.
De publieke opinie is de politici allang vooruit
De voorbereidingen voor die massale deportatie zijn volop aan de gang. Er wordt in het zuiden van de Gazastrook een reusachtig concentratiekamp opgericht, van waaruit de mensen dan zullen kunnen vertrekken naar het buitenland, tenzij ze massaal willen omkomen van honger of ontbering.
Israël probeert dat doel te bereiken zonder té veel internationale ophef. De vernietiging verloopt daarom bewust traag en gespreid: een ‘slow motion’-genocide. Geen massamoord in één dag, maar een constante stroom van dood en ontbering die moeilijker te vatten is voor media en publiek.
Dat geeft westerse regeringen net genoeg ruimte om geen echte sancties te moeten nemen.
Israël vecht op twee fronten: tegen de Palestijnen op het terrein, én tegen de publieke opinie in het Westen, waar het land meer en meer als de meest gehate staat ter wereld wordt bekeken. Daarom draait de PR-machine op volle toeren.
Israël zet vol in op een opmerkelijke strategie om de tanende publieke opinie te keren: het land nodigt meer dan 500 social media-influencers uit voor een VIP-behandeling. Het doel? Hen de "juiste boodschap" bijbrengen en zo via hun miljoenen volgers de PR-oorlog winnen. Een teken dat Jeruzalem beseft dat het imago dringend bijgestuurd moet worden.
Toch kantelt het beeld. Beelden van uitgemergelde kinderen en kapotgebombardeerde ziekenhuizen laten weinig ruimte over voor misverstanden. Steeds meer mensen begrijpen: dit is geen oorlog, dit is barbaars, dit is georganiseerde ontmenselijking, dit is genocide.
Tijd voor echte sancties
De publieke opinie is de politici allang vooruit. Demonstraties, petities en juridische acties nemen toe. De bevolking heeft genoeg van het afschuiven, genoeg van de schijnvertoning.Gaza heeft geen verklaringen of gebaren nodig maar concrete maatregelen. De tijd dringtIsraël zal pas stoppen als het daartoe wordt gedwongen. Dat betekent dat de internationale gemeenschap onmiddellijk moet ophouden met het leveren van wapens aan Israël. Daarnaast is een economisch embargo noodzakelijk, samen met het bevriezen van de tegoeden van verantwoordelijke Israëlische leiders.
Ook moeten bestaande handels- en associatieakkoorden worden opgeschort. Ten slotte is het essentieel om Palestina onvoorwaardelijk en diplomatiek te erkennen.
Gaza heeft geen verklaringen of gebaren nodig, maar concrete maatregelen. De tijd dringt.