Het stadje Schengen in Luxemburg herdacht op 14 juni 2025 het 40-jarig bestaan van het gelijknamige verdrag. Wat ooit begon als een baken van Europese eenheid — het vrij verkeer van personen zonder binnengrenzen — dreigt echter te worden overschaduwd door het steeds luider klinkende geroep om nationale soevereiniteit en grensbewaking.
België voert deze zomer, onder leiding van minister Anneleen Van Bossuyt, opnieuw grenscontroles in, net als tien andere Europese landen. Officieel om de migratiedruk aan te pakken, maar volgens Europa-expert Hendrik Vos is dit “niet meer dan politiek theater”. Socioloog Hein de Haas biedt tegelijk een kritische en verhelderende kijk op de onderliggende dynamiek.
Een spektakel zonder inhoud?
De herinvoering van grenscontroles in België en andere Schengenlanden gebeurt op basis van tijdelijke uitzonderingen binnen het Schengenakkoord. Die clausules zijn bedoeld voor acute crisissituaties, zoals terreurdreiging of ernstige migratiedruk. Maar in de praktijk zijn de controles grotendeels symbolisch, stelt Hendrik Vos (UGent) in verschillende kranten: “Ik reis vaak naar Nederland of Frankrijk, en ik zie geen grenswachters. Op papier staat er controle, maar op het terrein gebeurt er vrijwel niets.”Toch verkondigen beleidsmakers andere boodschappen. In Duitsland beweerde de voormalige minister van Binnenlandse Zaken, Nancy Faeser (SPD), dat sinds eind 2023 ongeveer 50.000 mensen aan de grens werden teruggestuurd. Maar volgens Vos is dat vooral een cijfer dat politiek moet scoren, en is het niet een weerspiegeling van daadwerkelijke effectiviteit.
“Een mensensmokkelaar laat zich niet tegenhouden door een politiepost op de E40. Die kiest gewoon een andere route, via een landweggetje. Wil je alle toegangspunten controleren? Dan moet je miljarden investeren in hekken, honden en wachttorens. Dat is waanzin.”
De grenscontroles zijn volgens hem een toneelstuk voor een publiek dat gerustgesteld wil worden, niet een maatregel met bewezen nut.
Migratie als politiek wapen
De roep om meer controle past in een bredere tendens binnen Europa, waarbij migratie steeds vaker wordt ingezet als politiek strijdpunt. In verkiezingscampagnes is het thema vrijwel onvermijdelijk, en het discours wordt almaar harder. Populistische partijen overschreeuwen elkaar in hun pleidooien voor "sterke grenzen" en "bescherming van de natie".Dat veroorzaakt schade op lange termijn. Het herinvoeren van grenzen ondermijnt het fundament van het Europese project: samenwerking, solidariteit en vrij verkeer. Als niemand nog gelooft in de meerwaarde van Europa, verdwijnt de basis. De grenscontroles symboliseren zo de groeiende verwijdering van het Europese ideaal.
Hein de Haas: migratie is niet wat men denkt
Tegelijkertijd biedt migratiesocioloog Hein de Haas (Universiteit van Amsterdam) een genuanceerde en wetenschappelijk onderbouwde visie. In zijn werk toont hij aan dat migratie geen gevolg is van open grenzen, maar van structurele economische ongelijkheden. “Migratie ontstaat omdat mensen perspectief zoeken, en omdat rijke landen arbeidskrachten nodig hebben. Niet omdat een grenspost wegvalt.”De Haas verwijst bijvoorbeeld naar Spanje in de jaren negentig. Toen werden visumplichten ingevoerd voor Marokkanen, wat de eerder circulaire migratie onderbrak. Het resultaat? Niet minder migranten, maar meer permanente vestiging, omdat mensen geen risico meer wilden lopen om hun toegang tot Europa te verliezen.
Ook stelt hij dat de migratiedruk niet ‘explosief’ is, zoals vaak wordt beweerd. Wereldwijd blijft het aandeel migranten relatief stabiel: zo’n 3 procent van de wereldbevolking. Wat wel fluctueert, is de politieke perceptie ervan. “Migratie is een constante,” aldus De Haas. “De vraag is niet hoe we het stoppen, maar hoe we het beheren.”
Een contraproductieve reflex
De herinvoering van grenscontroles lijkt daadkrachtig, maar is volgens De Haas vaak contraproductief. Het sluit legale wegen af, waardoor mensen in handen vallen van smokkelaars. Het creëert een situatie waarin onzichtbare migratie groeit, in plaats van afneemt. En ondertussen blijven echte oplossingen uit: betere arbeidsomstandigheden, afspraken over legale arbeidsmigratie, en internationale samenwerking.Daarbij komt dat Europa economisch sterk met zichzelf vervlochten is. Grenscontroles vertragen leveringen, belemmeren transport en hinderen grensarbeid. De Europese Transportarbeidersfederatie (ETF) wijst erop dat chauffeurs onder slechte omstandigheden werken, en dat politieke aandacht eerder naar inspectie dan naar grenzen zou moeten gaan. Europa heeft geen gebrek aan wetgeving, maar aan handhaving.
Grenskolonialisme en moderne slavernij
Wat zelden benoemd wordt in het publieke debat, is de postkoloniale dimensie van het Europese migratiebeleid. Verschillende denkers en activisten spreken van grenskolonialisme: het idee dat grenzen vandaag worden gebruikt om dezelfde machtsstructuren in stand te houden die ooit door koloniale overheersing werden ingevoerd.Grenzen beschermen niet alleen staten, maar beschermen ook privileges. De buitengrenzen van Europa zijn getekend door militarisering, deals met autoritaire regimes (zoals met Libië of Tunesië) en uitbesteding van geweld aan externe actoren. Vluchtelingen worden zo herleid tot ongewenste lichamen, die buiten de muren van "Fort Europa" moeten blijven.
Ook moderne slavernij is een realiteit geworden binnen dit gesloten grenssysteem. Doordat legale migratiekanalen schaars zijn, komen mensen zonder papieren terecht in de informele economie, vaak in sectoren als landbouw, huishoudwerk of de bouw. Daar worden ze uitgebuit, bedreigd en structureel onderbetaald. In Zuid-Europese landen als Italië en Spanje bestaan er volledige agro-industriële systemen die draaien op wat men niet anders dan neo-slavernij kan noemen.
Hein de Haas wijst er bovendien op dat dit geen "externe" problemen zijn, maar structurele bijproducten van ons eigen beleid. Door grenzen te sluiten en legale opties af te bouwen, creëert Europa zelf de omstandigheden waarin uitbuiting mogelijk en winstgevend wordt. Ondertussen blijft de roep om meer controles aanhouden, zogenaamd om de mensensmokkel te stoppen, maar in werkelijkheid vaak om het publiek gerust te stellen.
Een Europese keuze
De inzet is dus veel groter dan enkele grensovergangen. We staan voor een morele en politieke keuze: bouwen we verder aan een Europa dat zich sluit en privilege bewaakt, of hervinden we de geest van Schengen dat bestaat uit samenwerking, vrij verkeer, gedeelde verantwoordelijkheid?Als grenscontroles politiek theater zijn, dan moeten we ons afvragen: voor welk publiek wordt dit stuk gespeeld, en ten koste van wie?
Meer samenwerking, minder schijnoplossingen
Wat de grenscontroles vooral tonen, is de kloof tussen politieke beeldvorming en feitelijke werking. Zoals Vos het noemt: “Politiek theater”. Een spektakel dat inspeelt op emotie, zonder wezenlijk iets te veranderen aan de realiteit op het terrein. En zoals De Haas waarschuwt: zolang de oorzaken van migratie genegeerd worden, zullen de gevolgen zich blijven manifesteren, ongeacht hoeveel grenzen er tijdelijk sluiten.De toekomst van Europa ligt niet in meer controle, maar in meer samenwerking. De Schengenzone is geen obstakel, maar een historisch uniek project van vertrouwen. Wie dat op het spel zet om enkele krantenkoppen te halen, riskeert veel meer te verliezen dan hij/zij denkt.