Bewerkt beeld: taras95, canva layouts op canva.com
Analyse - Albina Fetahaj

Militarisering van grenzen als koloniale boemerang

Terwijl Europese landen wapens blijven leveren aan Israël, kopen ze tegelijkertijd ‘battle-field-tested’ technologieën terug – getest op Palestijnen en ingezet aan onze eigen grenzen. Albina Fetahaj onderzoekt de koloniale boemerang waarvoor Aimé Césaire decennia geleden al waarschuwde.

vrijdag 13 juni 2025 09:37
Spread the love

 

Terwijl de kritiek op Europa’s medeplichtigheid aan de Israëlische genocide elke dag groeit, lijken we ons echter amper bewust te zijn van de weerslag die deze genocide op ons continent heeft. Europa blijft ongestoord oorlogsmiddelen leveren aan Israël, maar ook in de omgekeerde richting blijkt het koloniale geweld zijn weg terug te vinden.

Het is deze koloniale boemerang, waarvoor de Frans-Martinikaanse dichter en essayist Aimé Césaire waarschuwde, die Europa nog steeds achtervolgt. Israëlische technologieën en wapens worden, nadat ze op de Palestijnse bevolking zijn uitgetest, door Europese leiders aangekocht en op hun beurt op gewelddadige wijze ingezet aan haar buitengrenzen tegen hun eigen gecreëerde vijand: de migranten.

Europa bewapent Israël

Dat Israël zonder westerse wapens haar genocidale oorlog niet zou kunnen voeren, is inmiddels duidelijk. De focus ligt echter vaak op de Verenigde Staten. Niet onterecht: zij zijn met voorsprong Israëls grootste wapenleverancier, niet alleen sinds 7 oktober 2023, maar ook historisch gezien. De afgelopen jaren leverden ze onder meer vliegtuigen, gepantserde voertuigen en geleide bommen.

Hoewel daar minder aandacht voor is, ontvangt Israël ook een aanzienlijk deel van haar wapens uit Europa. Duitsland is, na de Verenigde Staten, de grootste wapenleverancier. Van 2020 tot 2024 kwam ongeveer een derde van de binnenkomende wapenleveringen uit Duitsland. Het ging hierbij voornamelijk om marinefregatten en torpedo’s. In de periode van 7 oktober 2023 tot 13 mei 2025 heeft Duitsland voor in totaal €485,1 miljoen aan exportvergunningen uitgereikt voor wapenleveringen aan Israël. En hier lijkt niet snel verandering in te komen, als we de Duitse politici mogen geloven. ‘Duitsland zal de staat Israël blijven steunen, ook met wapenleveringen,’ verklaarde de Duitse minister van Buitenlandse Zaken Johann Wadephul nog begin juni.

Europa koopt Israëlische wapens

De druk op Europa voor een wapenembargo tegen Israël wordt steeds groter. Maar terwijl wij onze regeringen verantwoordelijk trachten te houden voor het leveren van wapens aan Israëlische overheden, lijken we voorbij te gaan aan het feit dat Israëlische wapens en technologieën ook aan Europa worden verkocht.

De cijfers zijn best hallucinant. In 2024, in een tijd van gelivestreamde genocide, steeg de wapenexport van Israël met 13 procent en bereikte daarmee een recordhoogte van 13,0 miljard euro. Deze stijging wordt grotendeels toegeschreven aan de groeiende Europese vraag, zo blijkt uit cijfers die het Israëlische ministerie van Defensie op vier juni 2025 bekendmaakte. Maar liefst 54 procent van de verkoop ging naar Europa.

We lijken dit vaak te overzien, maar op internationaal niveau behoort Israël tot de top tien van grootste wapenexporteurs ter wereld. Hoewel het qua omvang niet kan tippen aan de Verenigde Staten, beschikt het land over een van de technologisch meest geavanceerde defensie-industrieën ter wereld.

Hoe Israël erin slaagt om deze geavanceerde technologieën te ontwikkelen, lezen we in het boek The Palestine Laboratory: How Israel Exports the Technology of Occupation Around the World van de Joodse schrijver Anthony Loewenstein. In dit boek legt Loewenstein haarfijn uit hoe Israël de bezetting van Palestina gebruikt om militaire hardware te testen en te ontwikkelen voor verkoop op de wereldmarkt. Zevenenzeventig jaar bezetting betekent zevenenzeventig jaar onderzoek naar en ontwikkeling van deze militaire technologieën.

Veel producten werden eerst gebruikt om Palestijnse protesten te monitoren en te voorkomen, voornamelijk in Gaza. Op die manier konden ze de doeltreffendheid van de producten aan potentiële klanten demonstreren. En dit vormt cynisch genoeg een verkoopargument van Israëlische wapenfabrikanten. ‘Battle-field-tested’ is het etiket waarmee ze de wereldmarkt trachten te veroveren. Palestina is het perfecte laboratorium geworden voor het Israëlische militair-technocomplex.

Een voorbeeld hiervan is de Grote Mars van Terugkeer (2018). Toen mensen in Gaza wekenlang op een vreedzame manier naar de hekken met Israël trokken, gebruikte het Israëlische leger bijvoorbeeld drones om alles te monitoren. Niet verwonderlijk, maar het Israëlische leger reageerde met buitensporig geweld tegen de ongewapende betogers. Er vielen zeker 95 doden en zo’n 29.000 mensen raakten gewond.

De militarisering van de Europese grenzen

En terwijl Europa haar ogen sloot voor het geweld, bleek ze wel interesse te hebben in de drones die dit geweld mee mogelijk maakten. De Europese Unie en Frontex – het Europees agentschap dat instaat voor de ‘beveiliging’ van onze grenzen – kochten deze drones aan om ze vervolgens in te zetten binnen een breder grenskoloniaal beleid. Drones vormen hierbij een handig instrument om op dezelfde manier de zogenaamde ‘ongewenste’ mobiliteit langs de landsgrenzen en in de Middellandse Zee te monitoren.

In 2019 lanceerde Frontex bijvoorbeeld een aanbesteding voor drones die konden opereren vanuit Malta, Italië of Griekenland, binnen een straal van 250 zeemijl, met de capaciteit om onder alle weersomstandigheden én zowel overdag als ’s nachts te functioneren.

Terwijl deze technologieën al jaren de Middellandse Zee monitoren, lijken weinigen zich hiervan bewust. Voor de meesten onder ons blijven ze doorgaans onzichtbaar. Dat veranderde afgelopen week voor iedereen die het schip Madleen volgt. Het schip vertrok samen met de Braziliaan Thiago Avila, de Zweedse Greta Thunberg en tien andere activisten op 1 juni vanuit het Siciliaanse Catania richting Gaza met een pakket hulpgoederen aan boord.

Op 3 juni, laat in de avond, hoorden ze plots een drone boven hun hoofd zoemen. De paniek was groot. Het was dan ook niet de eerste keer dat een schip van Freedom Flotilla Coalition bestookt werd met drones. Een maand eerder werd een boot die eenzelfde overtocht probeerde te maken, beschoten met Israëlische drones. Die liep forse schade op.

Hoewel de drone, Heron, waarmee de activisten werden geconfronteerd, niet toebehoorde aan de Israëlische overheid, maar aan Griekenland, was ze wel afkomstig van een Israëlisch bedrijf: Israel Aerospace Industries (IAI). Zowel het bedrijf IAI, waarvan de Heron-drones sinds 2008-2009 zijn ingezet in de bezette Palestijnse gebieden, als het bedrijf Airbus kregen door de Europese Unie een contract ter waarde van 50 miljoen euro toegewezen. Ook Elbit Systems kreeg een contract van 50 miljoen euro voor de inzet van zijn Hermes 900-drone. Deze werd later berucht toen hij neerstortte op Kreta.

Daarnaast bestaat er ook een nauwe samenwerking tussen Israël en Griekenland, dat fors heeft geïnvesteerd in defensiematerieel en militaire training. IAI, Elbit Systems en Rafael zijn drie Israëlische bedrijven die aanzienlijke defensiecontracten kregen voor de levering van onder andere drones, helikopters en raketten. In 2021, bij de grootste defensiedeal tussen beide landen, ondertekende Elbit Systems een overeenkomst ter waarde van 1,65 miljard euro voor het beheer van een trainingscentrum voor de Griekse luchtmacht.

Hoewel de Europese Unie blijft beweren dat de drones onderdeel uitmaken van hun ‘search-and-rescue’-operaties, blijkt bijvoorbeeld uit onderzoek van Border Forensics dat de informatie die gegenereerd wordt via deze drones en vliegtuigen door de Europese Unie systematisch gedeeld wordt met de Libische kustwacht. Zij voeren vervolgens, met de goedkeuring van de Europese instanties, zogenaamde ‘push-backs’ uit naar Libië, waar mensen vervolgens vaak in extreem gewelddadige en ontmenselijkende detentiecentra belanden.

De term pushbacks duikt zo vaak op in de media dat we haast vergeten dat ze bij wet verboden zijn. Ze zijn illegaal. Deze zijn niet alleen in strijd met het internationaal recht, maar ook enorm gewelddadig en gevaarlijk. Een dodelijke afloop is niet uitzonderlijk.

De koloniale boemerang

Dat ‘battle-field-tested’ het etiket is waarmee Israël haar technologieën verkoopt, lijkt voor de Europese instellingen geen probleem, integendeel. Terwijl Europa ongestoord oorlogsmiddelen blijft leveren aan Israël, worden Israëlische technologieën en wapens – nadat ze op de Palestijnse bevolking zijn uitgetest – door Europese leiders aangekocht en ingezet aan haar buitengrenzen tegen hun eigen gecreëerde vijand: de ‘migranten’.

Snel wordt duidelijk dat de liberale orde waarin we zo graag blijven geloven inherent gewelddadig is. Het geweld dat in Gaza wordt uitgetest en geperfectioneerd, lijkt als een boemerang ook zijn weg naar ons continent gevonden te hebben.

Dat geweld altijd zijn weg naar huis vindt, is een analyse die Aimé Césaire ruim zeventig jaar geleden reeds maakte in zijn invloedrijke Discours sur le colonialisme (1955). Voor Césaire was de Holocaust geen ‘uitzondering’ of ongelukkig bijproduct van de Europese moderniteit. Het was een vorm van kolonialisme en racisme die thuiskwam vanuit de gekoloniseerde gebieden. Want zo schrijft Césaire dat ‘voordat men er zelf slachtoffer van werd’, de Europeaan er ‘medeplichtig aan was’. Concentratiekampen waren niet eigen aan het Europees fascisme. Al decennialang had Duitsland er bijvoorbeeld mee geëxperimenteerd in haar koloniën; hierbij werden meer dan tachtigduizend mensen van de Herero en Nama vermoord. Hoewel de Europeaan verbaasd was over de Holocaust, was die onvermijdelijk binnen een koloniale orde.

Vroeg of laat, waarschuwt Césaire ons, keren de politieke technologieën, rationaliteiten en instellingen als een koloniale boemerang terug naar huis en zullen we wakker worden met een “monster” dat we zelf hebben gekweekt. Het grenskoloniale geweld toont er de kiemen al van.

Lees hier het volledige dossier. 

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!