Op jacht naar voedsel en water tijdens de hongersnood in Gaza
Normaliteit heeft in Gaza een nieuwe definitie gekregen. Een geïmproviseerde tent thuis noemen, is nu normaal, net zoals het voortdurend heen en weer reizen tussen centra voor ontheemden en uren in de rij staan om voedsel en basisvoorzieningen te ontvangen.
Het is normaal voor een kind om drie uur per dag te spenderen in een lange rij om een kleine jerrycan met water te vullen, en het is abnormaal om dat kind in de rij voor een school te zien staan. Het is ook normaal voor een hele familie om twee dagen zonder eten door te komen.
Weinigen in Gaza denken dat de dingen ooit nog terug zullen keren zoals vroeger. De dagelijkse gewoontes die ze aangeleerd hebben, spreken boekdelen.
Muhammad Abdul Aziz, 43, woont in Gaza Stad in een tent op een lapje grond waar nog 20 andere tenten op staan. Die herbergen families die van Noord-Gaza terugkeerden naar het Zuiden en hun huizen in puin terugvonden.
In de rij wachten om één jerrycan met water te vullen kan uren in beslag nemenAbdul Aziz heeft een dagelijkse routine die hem meer psychologisch uitput dan fysiek. Terwijl hij de dagelijkse strijd om water en voedsel te vinden voor zijn kinderen, en de pijn van het dragen van jerrycans vol water over verre afstanden verdraagt; is het zicht dat hem werkelijk uitput het toekijken hoe zijn kinderen reageren als ze dorstig zijn en er geen water beschikbaar is.
“Het eerste waar ik iedere dag aan denk als ik wakker word, is hoe ik vandaag aan water en voedsel voor mijn kinderen zal geraken”, zegt Abdul Aziz. “En het is ook het laatste waar ik aan denk als ik mijn ogen sluit.”
Typische dag
Aziz beschrijft een typische dag als ontheemd persoon in Gaza Stad. Hij begint zijn ochtenden met lange afstanden te wandelen om water voor de tent te krijgen. “Ik probeer voorrang te krijgen in de rijen voor de waterbedeling”, legt hij uit. “Ik ga al zeer vroeg naar het enige waterpunt in de regio, want als ik er geen krijg moeten mijn familie en ik het een ganse dag zonder water stellen.” Hij zegt er nog bij dat in de rij wachten uren in beslag kan nemen om één jerrycan met water te vullen.De laatste weken werd het water in Gaza verdeeld door liefdadigheidsinstellingen die het naar aangeduide ophaalpunten brengen. Op enkele plaatsen is water te koop, maar de meeste ontheemde families kunnen zich de hoge kosten die met het kopen op de zwarte markt gepaard gaan niet veroorloven.
“Als we eten, doe ik alsof ik genoeg heb en laat voedsel over voor mijn kinderen”“Tegen de tijd dat we water veilig gesteld hebben, is het 10 of 11 uur in de ochtend, dus beginnen we te zoeken naar iets om te eten”, zo gaat Abdul Aziz verder.
De familie van Abdul Aziz zit nu al een week zonder bloem. Hij wacht op hulp van VN-programma’s, die hebben aangekondigd dat ze geen voedsel meer hebben. “Ik probeer op één of andere manier aan bloem te komen terwijl ik wacht op het VN programma, maar ik kan niets vinden op de markten”, zegt hij.
“Ik was een paar dagen geleden verplicht bloem van slechte kwaliteit te kopen omdat mijn kinderen niets te eten hadden gehad in drie dagen. Ze konden het brood niet eten dat ik ervan maakte. De geur van het brood was zo slecht dat niemand dat kon.”
“Als we eten, doe ik alsof ik genoeg heb en laat voedsel over voor mijn kinderen. Mijn kinderen merken dat en proberen wat van hun voedsel met mij te delen, maar ik laat het voor hen over en lijdt mijn honger in stilte”, zegt hij.
De psychologisch tol van het veiligstellen van voedsel is veel uitputtender dan de fysieke moeilijkhedenTelkens als hij erin slaagt minstens één maaltijd voor zijn familie veilig te stellen op welke dag dan ook, voelt Abdul Aziz zich een beetje rustiger. Hij kan dan beginnen nadenken over het vinden van een krachtbron om zijn mobiele telefoon op te laden en de batterij van zijn kleine wagen bij te laden, die hij dan kan gebruiken om voor een paar uur licht te zorgen in zijn tent.
Hij moet ook zijn telefoon opgeladen houden zodat hij geïnformeerd kan blijven over wanneer de voedselpakketten geleverd worden. Organisaties sturen meestal tekstberichten wanneer er hulp verstrekt zou worden, maar het opladen van zijn telefoon en zijn batterij kosten hem 6 shekels per dag (1,80 dollar).
Abdul Aziz zegt dat de psychologisch tol van het veiligstellen van voedsel voor hem veel uitputtender is dan de fysieke moeilijkheden die het verkrijgen ervan veroorzaken.
“Ik probeerde werk te vinden”, zegt hij, “ik kon dagen spenderen aan het zoeken naar een job. Maar toen ik ontdekte dat mijn kinderen aan ernstige rugpijn leden door het dragen van water over lange afstanden, besloot ik thuis te blijven om voor mijn kinderen te zorgen, want als ze ziek zouden worden, zou ik geen behandeling voor hen kunnen vinden. Er zijn geen ziekenhuizen."
Wanhoop
De situatie is niet zo verschillend voor mensen die in de overblijfselen van hun oude huizen wonen. Het aantal mensen in die situatie is verrassend hoog, maar velen onder hen verkiezen in de vernielde restanten van wat ooit hun huis was te blijven, eerder dan in een tent te wonen.Zelfs degenen van wie de huizen volledig zijn verwoest, verkiezen vaak een kamp op te zetten naast het puin. Maar ongeacht hun woonsituatie krijgen ze te maken met dezelfde strijd voor het verkrijgen van voedsel en water.
“Als je een blik bonen laat vallen, zullen verschillende personen je aanvallen en het voor zichzelf claimen”Amir Aliwa, 34, woont in de omgeving van Zeitoun, een wijk ten oosten van Gaza Stad, in de overblijfselen van zijn oude woonst. Hij zegt dat zelfs de eenvoudigste dingen, zoals het vinden van snoep voor zijn kinderen, regelmatig op niets uitdraaien. Hij en zijn familie van vijf wonen in een huis met zijn uitgebreide familie, waaronder zijn ouders, zijn getrouwde kinderen en diens eigen families.
“Onze leefomstandigheden hebben onze huizen onbewoonbaar gemaakt”, zegt Aliwa, “de kinderen kuchen door de rook die vrijkomt door het koken op hout. En we voeren elke dag een strijd om in onze grootste basisbehoeften te voorzien.”
Amir beschrijft wat de klusjes zijn die aan de kinderen worden gegeven: de straten afschuimen op zoek naar hout, plastic, of karton dat gebruikt kan worden om licht te maken of om vuur te stoken. “De kinderen zijn begonnen met klagen over verstikking”, zegt Aliwa, “maar er is geen andere manier om hen te eten te geven als er geen voedsel beschikbaar is.”
“We zijn allemaal martelaars op voorhand. Ons vonnis is alleen nog even uitgesteld”Naast het lijden dat gepaard gaat met ontbering, zegt Aliwa dat de schaarste de mensen ook tot wanhoop gedreven heeft, wat zich buitenshuis wagen tot een gevaarlijke zaak maakt. “Het is angstaanjagend buiten”, legt hij uit. “Als je een blik bonen laat vallen, zullen verschillende personen je aanvallen en het voor zichzelf claimen.”
Aliwa legt uit dat al deze gedragingen, die vreemd waren aan Gaza, hen worden opgelegd door de Israëlische politiek van bewuste uithongering. Ze hadden nooit eerder een leven als dit meegemaakt, maar honger verandert mensen dramatisch, zegt Aliwa.
“Onze levens waren gevuld met familiebezoeken en feesten voor de oorlog. Niemand leed honger of stierf van honger”, voegt hij daaraan toe. “Nu hebben we geen leven meer. We zijn allemaal martelaars op voorhand. Ons vonnis is alleen nog even uitgesteld.”
Ahmad Jalal verzamelde interviews voor zijn verslag.
Dit artikel verscheen eerder op Mondoweiss. De vertaling is van Bart Dewil.