Beeld: Good Choice & Iyrin, via Canva Teams
Opinie - drs. Lien Dieleman, dr. Robbe Geerts, prof. Frédéric Vandermoere, en prof. Siegfried Vlaeminck 

Waarom kraanwater vaak onterecht als onveilig in de media komt

In HLN verscheen op 5 mei een artikel over kraanwater met als titel: 'Door kraanwater te drinken bespaar je tot 321 euro per jaar. Maar hoe gezond is dat? “Dit trucje werkt evengoed als een filterkan”'. Een aantal wetenschappers van Universiteit Antwerpen grijpt dit moment aan om te benadrukken dat ons kraanwater in de media vaak onterecht in een negatief daglicht wordt gesteld.

donderdag 15 mei 2025 15:43
Spread the love

 

Vorige week viel ons oog op een artikel in Het Laatste Nieuws van 5 mei, getiteld: “Door kraanwater te drinken bespaar je tot 321 euro per jaar. Maar hoe gezond is dat? ‘Dit trucje werkt evengoed als een filterkan’”.

Als interdisciplinair team van sociale en exacte wetenschappers die onderzoek doen naar kraanwater, bekijken wij dergelijke artikels met grote belangstelling. Vaak volgt dan een zucht: opnieuw wordt de kwaliteit en gezondheid van kraanwater in vraag gesteld. Wederom wordt ten onrechte gesuggereerd dat kraanwater eerst gefilterd moet worden om veilig te zijn.

In tegenstelling tot wat de titel doet vermoeden, en tot onze aangename verrassing, wordt verderop in het artikel door Carl Heyrman van AquaFlanders genuanceerd dat kraanwater “perfect drinkbaar is zonder verdere behandeling”. Filterkannen beïnvloeden enkel geur en smaak, niet de veiligheid van het water.

Hetzelfde kan bereikt worden door “kraanwater een half uurtje in de koelkast te plaatsen”. Het ‘trucje’ uit de titel heeft dus niets met gezondheid te maken, ook al wekt de kop die indruk wel.

Zo wordt opnieuw een link gelegd tussen kraanwater en gezondheidsrisico’s wat onnodige onzekerheid veroorzaakt. Zelfs als die later in het artikel wordt weerlegd.

We willen van deze gelegenheid gebruik maken om journalisten op te roepen tot evenwichtige berichtgeving over kraanwater. Wij mogen best wat trotser zijn dat we wonen in een van de veiligste regio’s ter wereld als het gaat over drinkwater uit de kraan. Natuurlijk begrijpen wij dat sensationele koppen clicks opleveren, maar vaak is het spreekwoordelijke kalf al verdronken, tegen de tijd dat de nuance volgt.

Kraanwater versus flessenwater

Kraanwater is een duurzaam, lokaal, goedkoop, en kwalitatief product dat op de koop toe aan huis geleverd wordt. Waarom voelen zoveel mensen dan toch de nood om flessenwater te kopen?

Een deel van de verklaring ligt ongetwijfeld bij de mediaberichtgeving en de beeldvorming die daaruit voortvloeit. Wat met hormonen, kalk, microplastics, PFAS, enzovoort? Hebben we geen filters nodig om het drinkbaar te maken?

Steeds opnieuw wordt de gezondheid van kraanwater in vraag gesteld en moeten experts deze gezondheidsrisico’s ontkrachten. Alleen komt die wetenschappelijke nuance meestal pas na de alarmerende koppen en inleidingen. Terwijl de perceptie van onveiligheid dan al in de hoofden zit.

Kraanwater is onderworpen aan strenge richtlijnen, die in Vlaanderen zelfs strenger zijn dan die voor flessenwater. Uiteraard bevat ons kraanwater stoffen die we liever vermijden. We moeten daar niet flauw over doen. Maar dit geldt ook voor onze groenten, eieren, vlees, vis, en ja, ook voor flessenwater. Dit is nu eenmaal de wereld waarin we leven. De aanwezigheid van een ongewenste stof betekent niet automatisch dat een product onveilig is.

Wetenschappelijke risicoanalyses bepalen welke concentraties veilig zijn. Chemische stoffen zijn alomtegenwoordig. Maar de bezorgdheid daarover lijkt zich vooral te richten op kraanwater.

Bij flessenwater zien we het omgekeerde. Hele marketingteams framen het als ‘natuurlijk’, ‘puur’, en ‘zuiver’. Ook dit impliceert dat kraanwater het tegenovergestelde is: gevaarlijk, chemisch, industrieel.

Onlangs kwam SPA zelfs met reclame voor hun ecologische verpakking. “Hoe je duurzamer kunt drinken”. Van greenwashing gesproken!

Niet voor niets wordt flessenwater vaak genoemd als een van de grote marketingstunts van onze tijd: het verpakken, verkopen en creëren van een markt voor iets dat al eenvoudig en spotgoedkoop beschikbaar is.

Een gelijkaardige tendens zien we terug bij commerciële aanbieders van zogenaamde nabehandelingsproducten (waaronder filterkannen) die stellen dat kraanwater behandeling nodig heeft alvorens het geschikt is om te drinken. Hoewel sommige bedrijven erkennen dat zo’n nabehandeling enkel de smaak en geur beïnvloedt, wordt in veel gevallen onterecht geclaimd dat dit beter is voor de gezondheid. Om een lang verhaal kort te maken: steeds wordt de kwaliteit van kraanwater impliciet en expliciet in vraag gesteld.

In tegenstelling tot flessenwater en nabehandelingsproducten, wordt kraanwater beschouwd als een basisvoorziening. En slechts een kleine fractie hiervan wordt thuis daadwerkelijk gebruikt om te drinken.

De kerntaak van een publieke nutsvoorziening zoals drinkwater, is om iedereen toegang te bieden tot betaalbaar en veilig water. Hoewel er steeds meer wordt geïnvesteerd in informatie- en sensibiliseringscampagnes, moeten beschikbare middelen kostenefficiënt worden ingezet, en dus ook voor de voorziening en kwaliteitsbewaking van het water zelf.

In negatief daglicht door media

Voor veel burgers vormen de media dan ook een van de weinige informatiebronnen over kraanwater. Helaas mist die berichtgeving vaak nuance en voorzichtigheid, waardoor kraanwater al te snel in een negatief daglicht komt te staan.

Positieve aspecten van kraanwater worden slechts terloops vermeld, terwijl potentiële risico’s en uitzonderlijke incidenten worden uitvergroot. Smaak wordt verward met gezondheid. Vervuild afvalwater wordt subtiel vereenzelvigd met ons drinkwater. Nieuwe, onbekende stoffen worden onmiddellijk als gevaarlijk bestempeld.

Eenmalige incidenten krijgen buitensporig veel aandacht, terwijl het algemene veiligheidsniveau en de wetenschappelijke risicoanalyse van kraanwater onderbelicht blijft. Ook al wordt dit later ontkracht of genuanceerd, een negatieve associatie werd onbewust gelegd en wantrouwen wordt gecreëerd. Mensen zijn gealarmeerd, lezen niet altijd verder en zijn ook niet in de mogelijkheid om deze claims na te gaan.

Dit voedt niet alleen een negatieve publieke perceptie over kraanwater, maar normaliseert ook de consumptie van flessenwater. Flessenwater wordt overigens zelden met dezelfde strengheid bekritiseerd, terwijl ook hier risico’s aan verbonden zijn, zoals microplastics afkomstig van de veelal plastieken verpakkingen. We lijken ons enkel bij kraanwater af te vragen ‘of het wel gezond is’.

We gaan even terug naar Het Laatste Nieuws op 5 mei. In een artikel diezelfde dag wordt ons verteld dat veel Vlamingen kraanwater drinken, maar het niet aan hun gasten durven serveren. Hoe zou dit nu komen?

In een tijd waar milieubewustzijn steeds meer gewaardeerd wordt, blijkt kraanwater “niet chic genoeg”. Flessenwater heeft meer status en wordt om allerlei redenen gezien als “beter”.

Ook hier treden we Carl Heyrman bij in de oproep tot meer drinktrots over ons kraanwater. Hier kan media framing een aanzienlijke rol in spelen.

Sensatienieuws over kraanwater

Daarom roepen we de media op om hun verantwoordelijkheid te nemen. Onze samenleving wordt gekenmerkt door een verhoogde waakzaamheid voor risico’s. Moderne risico’s zijn vaak complex, zoals de aanwezigheid van chemische stoffen in ons dagelijks leven.

Groenten zijn bijvoorbeeld onmisbaar voor een gezond dieet, onder andere door hun gehalte aan vitamines en vezels. Tegelijk worden er vaak pesticidenresiduen op teruggevonden. Maar dankzij wetenschappelijke risicoanalyses waken de autoriteiten erover dat frequente consumptie veilig blijft.

Bovendien bestaat er zoiets als risicoperceptie: de manier waarop we risico’s inschatten en beleven. Dit stemt niet noodzakelijk overeen met het ‘objectieve’ risico, maar bepaalt wel in sterke mate hoe mensen met risico’s omgaan, bijvoorbeeld door geen kraanwater te drinken. Door deze complexiteit is evenwichtige en genuanceerde risicocommunicatie cruciaal.

De media kunnen hier een belangrijke rol in spelen door de brug te zijn tussen (wetenschappelijke) expertise en het bredere publiek. Hierbij verwachten we heus niet dat de media louter een vertaalfunctie opnemen. De media hebben historisch de essentiële functie vertolkt om problemen aan te kaarten, om overheden en bedrijven verantwoordelijk te stellen en tot actie te dwingen.

Maar tegelijkertijd bestaat het gevaar dat sensatienieuws risico’s uitvergroot en angst aanwakkert. Dit laatste is net wat we zien gebeuren bij berichtgeving over kraanwater.

 

Drs. Lien Dieleman, dr. Robbe Geerts, prof. Frédéric Vandermoere, en prof. Siegfried Vlaeminck werken aan Universiteit Antwerpen

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!