Opinie

Wat je voelt is niet wat je krijgt: over de kloof tussen verkiezingsretoriek en beleidswerkelijkheid

Afbeelding
Bewerkt beeld: iconfield via canva.com
Bewerkt beeld: iconfield via canva.com
Politieke campagnes spelen gretig in op gevoel. Maar wat er na verkiezingen op tafel komt, is vaak iets totaal anders. De kloof tussen retoriek en realiteit maakt ons politiek systeem kwetsbaar. Een oproep tot meer eerlijkheid in beleid.

Aan Amerikaanse universiteiten verliezen duizenden wetenschappers hun baan. Tegelijk voert Donald Trump wereldwijd invoertaksen in, met extra tarieven voor specifieke landen. De beurzen worden onrustig, het diplomatieke klimaat verslechtert, oorlogstaal klinkt niet langer ondenkbaar.

De verontwaardiging is groot, maar wie wilde kijken, kon dit zien aankomen. De fundamenten van Trumps beleid liggen al sinds april 2023 vervat in Project 2025, een document van 920 pagina’s, opgesteld door conservatieve denktanks. Wat eruitziet als het impulsieve beleid van een populist, is in werkelijkheid een technische uitvoering van een ideologisch plan.

Terugtrekking uit het Klimaatakkoord van Parijs? Check. Het schrappen van diversiteitsbeleid? Check. Protectionisme en migratiestrengheid? Evenzeer.

Emotie stemt, beleid regeert

Toch zijn deze maatregelen zelden de reden waarom mensen op Trump stemden. Die keuze kwam eerder voort uit gevoelens van verlies: verlies aan identiteit, herkenbaarheid, controle. Trump werd de stem van het verongelijkte volk – anti-migratie, anti-woke, anti-elite.

Maar wie uit die emotie stemde, kreeg een harde economische agenda in de plaats

Maar wie uit die emotie stemde, kreeg een harde economische agenda in de plaats. Een patroon dat we ook dichter bij huis herkennen.

Ook bij ons: campagne versus coalitie

Bij de Vlaamse verkiezingen van 9 juni 2024 speelden dezelfde zorgen: migratie, veiligheid, vervreemding. Campagnes mobiliseerden op gevoel, met slogans over normen, grenzen en “onze waarden”.

Maar zodra de regering gevormd was, verschoof de beleidsfocus ingrijpend. Wat volgde waren hervormingen die nauwelijks aansloten bij de verkiezingsretoriek: beperking van werkloosheidsuitkeringen in de tijd, strengere opvolging van werkzoekenden, hogere verkeersbelastingen, besparingen in onderwijs, openbaar vervoer en klimaatbeleid.

Identiteit verkoopt, cijfers regeren

De overgang van campagne naar coalitiebeleid toonde een duidelijke kloof. Wat werd gepresenteerd als een cultureel project, werd een sociaal-economische hertekening. Die koerswijziging zat soms wel in de partijprogramma’s – voor wie ze helemaal las – maar werd zelden centraal gesteld.

Verkiezingsretoriek draait steeds meer rond herkenning en emotie

Verkiezingsretoriek draait steeds meer rond herkenning en emotie. Beleid daarentegen is getekend door cijfers, haalbaarheid en internationale afspraken. Beide zijn legitiem, maar ze mogen geen gescheiden werelden worden.

De prijs van vaagheid

Zolang die kloof blijft bestaan, brokkelt het vertrouwen in het systeem af. Niet omdat kiezers naïef zijn, maar omdat de vertaling van gevoel naar beleid bewust vaag wordt gehouden.

We stemmen op gevoel, maar leven met maatregelen. En nee, partijen verzwijgen hun plannen niet – ze staan in lange programma’s en nota’s – maar wie leest die? Ze worden zelden helder uitgelegd, amper besproken in brede media en nauwelijks vertaald naar het dagelijks leven van burgers.

Verkiezingen zijn projectie, geen beleidskeuze

Verkiezingen zijn vandaag eerder momenten van projectie dan van geïnformeerde beleidskeuze. Zolang gevoel en beleid in gescheiden realiteiten opereren, blijft democratie hol vanbinnen.

Zolang gevoel en beleid in gescheiden realiteiten opereren, blijft democratie hol vanbinnen

Wat nodig is, is geen technocratische koude douche, maar een transparanter proces: minder tactische vaagheid, meer duidelijke keuzes. Wat voorgesteld wordt als een strijd om waarden, mag niet eindigen in een Excel-tabel zonder uitleg.

Wat als je het wel wist?

Daarom moeten verkiezingsbeloftes, beleidskeuzes en communicatie met elkaar verbonden zijn. Niet enkel via slogans of tweets, maar via inhoudelijke media en echt debat.

En dan rest de vraag die elke kiezer moet kunnen beantwoorden: Zou ik opnieuw hetzelfde stemmen, als ik op voorhand wist wat er écht zou gebeuren? Als het antwoord ‘nee’ is, volgt onvermijdelijk de volgende vraag: Had ik toen alle informatie – of werd er bewust zand in de ogen gestrooid?

Vandaag op de hoogte van de wereld van morgen?