Beeld: Chattapat/ariyanidesign via canva.com
Opinie - Veerle Wauters

Autistische mensen zijn wel empathisch

Gisteren was het Wereld Autismedag, een moment om stil te staan bij het hardnekkige en gevaarlijke vooroordeel dat autistische mensen geen empathie zouden hebben. Na de recente mishandelingen in rusthuizen werd crimineel gedrag opnieuw onterecht aan deze misvatting gekoppeld. Het is hoog tijd dat experts stoppen met het verspreiden van deze onjuiste informatie.

donderdag 3 april 2025 10:57
Spread the love

 

Vier jongeren hebben iets ondenkbaars gedaan: ze hebben kwetsbare ouderen mishandeld en vernederd in verzorgingstehuizen. Terecht stromen de reacties van afgrijzen binnen en stellen we ons de vraag: hoe kan dit? Waarom doen mensen zulke vreselijke dingen?

Helaas wordt deze situatie opnieuw gebruikt door een psychiater om crimineel en verwerpelijk gedrag te koppelen aan autisme vanuit het totaal misplaatste oordeel dat autistische mensen niet of minder in staat zouden zijn om empathisch te zijn.

Kinderpsychiater Daniel Neves Ramos liet in zijn reactie op de feiten bij VRT optekenen: “Zo zien we soms dat jongeren pas laat de diagnose autisme krijgen, wat ervoor kan zorgen dat ze een stukje empathie missen”.

Hetzelfde zagen we in de documentaire True Crime Belgium over Hans Van Temsche. De forensisch psychiater verklaarde het feit dat Hans koelbloedig mensen op klaarlichte dag op straat doodschoot met: “Hier zit wat autisme. Hij kan het niet voelen”.

Een misleidend en schadelijk beeld

Keer op keer schetsen experts een onjuist beeld van autisme, alsof autistische mensen gevoelloos zouden zijn. Dit is niet alleen incorrect, maar ook bijzonder schadelijk. Vele psychologen, pedagogen en psychiaters dragen dit stereotype nog steeds uit, terwijl recent onderzoek juist het tegenovergestelde aantoont.

Empathie heeft twee componenten: emotionele empathie (het meevoelen met de emoties van anderen) en cognitieve empathie (het kunnen begrijpen wat iemand denkt of voelt; ook bekend als Theory of Mind).

Als het gaat om emotionele empathie blijkt dat autistische mensen over het algemeen bijzonder gevoelig zijn voor de emoties van anderen. Soms zelfs meer dan neurotypici. Autistische mensen geven vaak aan dat ze de gevoelens van anderen heel fysiek gewaar worden.

Waar komt dit idee vandaan?

Bij een aantal van deze mensen is hun oorspronkelijke gevoeligheid zo sterk dat ze regelmatig moeten ‘ontkoppelen’ van hun gevoelens om niet constant overweldigd te worden. Waardoor ze gevoelloos kunnen overkomen, terwijl ze net hyper gevoelig zijn.

Daarnaast zijn er ook veel autistische mensen die doorheen hun kinder- en tienerjaren zwaar gepest werden of andere traumatische ervaringen hebben meegemaakt. Om de pijn niet langer te moeten voelen, hebben ze zich op den duur afgesloten van hun emoties. In dit geval is de gevoelloosheid helemaal niet het gevolg van hun autisme maar van trauma.

Wanneer iemand veel stress ervaart en diens zenuwstelsel volop in fight/flight/freeze/fawn toestand verkeert, is het veel moeilijker om aandacht te schenken aan de behoeften en gevoelens van anderen. Je probeert dan enkel nog te voorkomen dat je volledig onderuit gaat en dat kost al jouw energie. Autistische mensen bevinden zich heel vaak in zulke overlevingsmodus.

Als ze op zo’n moment geen aandacht en zorg kunnen opbrengen voor andermans gevoelens en gedachten, betekent dit niet dat ze geen empathie hebben, maar dat ze in grote stress verkeren. Dit bewijst helemaal niet dat ze over het algemeen geen empathie hebben.

Andere manier van communiceren

Autistische mensen tonen hun empathie vaak op andere manieren dan neurotypici. Dat betekent niet dat ze geen empathie hebben. Het betekent gewoon dat ze op een niet-neurotypische-manier communiceren. Dit is dus een probleem van vertaling en niet een gebrek aan empathie.

Veel autistische mensen hebben bijvoorbeeld nood aan alleen zijn wanneer ze overstuur zijn. Daarom kunnen ze, uit oprechte betrokkenheid, iemand die overstuur is ook met rust laten. Dit wordt door neurotypische mensen soms als kil ervaren, terwijl het bedoeld is als respectvol.

Een ander voorbeeld is dat autistische personen soms zelf beginnen te vertellen over eigen gelijkaardige ervaringen wanneer iemand iets heftig heeft meegemaakt en daarover vertelt. Voor neurotypici komt dit vaak als onbeleefd over: we trekken zogenaamd het gesprek naar ons toe en luisteren niet voldoende naar de ander. Maar vanuit autistisch perspectief is dit een manier om te communiceren “ik begrijp wat je doormaakt, ik heb dit ook ooit beleefd, je bent niet alleen”.

Hoe zit het dan met tests voor cognitieve empathie?

Veel empathietests meten vooral het vermogen om neurotypisch gedrag te begrijpen en correct te interpreteren. Dit betekent dat een autistische persoon lager scoort, niet omdat die geen empathie heeft, maar omdat de test enkel neurotypische perspectieven als correct beschouwt.

Interessant is dat het omgekeerde ook geldt: als neurotypische mensen moeten inschatten hoe autistische mensen denken en voelen, hebben zij daar evenveel moeite mee. Dit gaat dus niet over een gebrek aan empathie, maar over de moeilijkheid om mensen te begrijpen wiens zenuwstelsel anders functioneert dan het eigen zenuwstelsel. Dit is het double empathy problem. Het ‘gebrek’ aan empathie speelt zich in beide richtingen af.

Autisme en ethiek

Onderzoek toont aan dat autistische mensen over het algemeen een sterker en consistenter moreel kompas hebben dan neurotypici. Als het gaat om persoonlijk gewin versus het welzijn van anderen, kiezen autistische mensen vaker voor het welzijn van anderen boven hun eigen gewin.

Het stereotype dat autistische mensen geen empathie hebben, is keer op keer door wetenschappelijk onderzoek weerlegd. Natuurlijk zijn niet alle autistische mensen hyper-empathisch – net zoals dat voor neurotypische mensen geldt.

De overtuiging dat autisme gelijkstaat aan een gebrek aan empathie is niet gebaseerd op feiten, maar op validisme en misinterpretatie. Wanneer je door de ogen van een neurotypisch persoon naar ons gedrag kijkt, zou je kunnen concluderen dat er ‘iets mis is met ons’. Maar kijk je door onze ogen, dan zie je een heel ander perspectief.

Impact van stereotype ideeën over autisme

De impact van zulke negatieve oordelen is niet te onderschatten. Zeker in deze tijd waarin kwetsbare mensen steeds vaker in de vuurlinie komen te staan en worden bestempeld als raar, afwijkend, profiteurs, problematisch, of de oorzaak van allerlei moeilijkheden, brengen we mensen in gevaar door dergelijke verkeerde vooroordelen te blijven verspreiden. Zulke overtuigingen leiden tot uitsluiting, isolatie en geweld. Het is daarom heel belangrijk dat deze verkeerde en vooral heel schadelijke en stigmatiserende uitspraken ophouden.

Ik wil dan ook alle experts oproepen om in gesprek te gaan met ons, autistische mensen, en te ontdekken dat we lang niet zo gevoelloos en afstandelijk zijn als men denkt.
Ik sta altijd open voor een eerlijke en oprechte gedachtenwisseling.

 

Bronnen

–          Empathic brain responses in insula are modulated by levels of alexithymia but not autism.

–          Can neurotypical individuals read autistic facial expressions? Atypical production of emotional facial expressions in autism spectrum disorders.

–          People with autism can read emotions, feel empathy.

–          Autism and empathy: What are the real links?

–          Autistic people’s experience of empathy and the autistic empathy deficit narrative.

–          Autism and the double empathy problem: Implications for development and mental health.

–          How easy is it to read the minds of people with autism spectrum disorder?

–          The empathy imbalance hypothesis of autism: A theoretical approach to cognitive and emotional empathy in autistic development.

–          Right temporoparietal junction underlies avoidance of moral transgression in autism spectrum disorder.

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!