Foto: Pixaby & Uihere
Analyse -

Waarom de coronacrisis voor jongeren een hel was

Hoewel jongeren het minst risico liepen tijdens de pandemie, moesten zij wel het meeste opgeven en werden zij het hardst getroffen. Hun leeftijdscategorie was absoluut geen prioriteit voor de overheid. Terecht waren zij verongelijkt en boos.

woensdag 12 maart 2025 17:33
Spread the love

 

De coronacrisis die vijf jaar geleden losbarstte was voor niemand een pretje, maar naast vrouwen en minderheidsgroepen werden vooral jongeren bovenmatig getroffen door de coronamaatregelen.

Jongeren werden wel minder ziek van Covid-19, maar studenten en jonge werknemers leden harder onder de economische gevolgen van de pandemie dan andere groepen.

Volgens de OESO hadden mensen van 25 jaar en jonger omwille van de pandemie 2,5 keer meer kans hun baan te verliezen, dan de leeftijdsgroep van 26-64 jaar. Veel jongeren zagen hun studentenjob in de horeca wegvallen of tijdens de zomer.

Jongeren verloren 2,5 keer vaker hun baan dan volwassenen tijdens de pandemie

Studies tonen aan dat afstuderen tijdens een recessie een zogenaamd littekeneffect kan hebben op de lonen en werkomstandigheden van de jobs die ze later aannemen.[1]

Op mentaal vlak kregen jongeren het ook harder te verduren. Op die leeftijd verkeer je in de verkenningsfase van je leven. Sociaal contact is daarbij zeer belangrijk. Als jongeren de kans niet krijgen om in groep samen te komen op school, op café, in de jeugdbeweging, of in de sportclub, dan haal je een essentieel element uit hun leven weg.

De vergeten groep

De overheden gaven geen prioriteit aan deze kwetsbare groep. Om de curve naar beneden te krijgen moest, in afwachting van een hoge vaccinatiegraad, het aantal contacten tussen mensen verminderd worden.

Alle onderzoeken toonden aan dat de belangrijkste ‘actieve clusters’ van de coronabesmetting te vinden waren in de bedrijven. Controles toonden bovendien aan dat een op drie ondernemingen de coronamaatregelen overtrad. Toch werden deze ondernemingen zo goed als gerust gelaten.

In plaats van dat de overheid zijn pijlen richtte op deze grote besmettingshaarden, maakten ze jacht op studenten die hun kot-bubbels niet respecteerden, of kregen jongeren die buiten met vijf een broodje aten elk een boete van 250 euro. CEO’s die hun werknemers in onveilige omstandigheden lieten werken, kwamen ervan af met een waarschuwing, terwijl minderjarige tieners in de cel belandden.

“Jongeren zijn dé vergeten groep van dit coronajaar.” Van alle leeftijdsgroepen zijn zij mentaal het hardst getroffen door corona.

Een buitenfuif van vijftig personen mocht niet, maar jongeren moesten wel vaak in overvolle bussen of treinen naar school of naar het werk. Er werd ook geen werk gemaakt van leuke alternatieven, of georganiseerde uitlaatkleppen voor deze leeftijdscategorie.

Politieke neveneffecten

“Jongeren zijn dé vergeten groep van dit coronajaar”, schreef bruzz.be. Van alle leeftijdsgroepen zijn zij mentaal het hardst getroffen door corona. Bij tieners zijn depressieve gevoelens aanzienlijk toegenomen en bij de leeftijdscategorie tussen 18 en 34 jaar was er beduidend meer angst dan bij de 35-plussers.

Naast die angst en depressie was er ook veel opgekropte woede, die af en toe losbarstte. Denk maar aan de relletjes op de Kaaien in Antwerpen, in Knokke of in het Ter Kamerenbos.

Een jongere op het verboden ‘nepfestival’ in het Ter Kamerenbos., 2 april 2021. Foto: Printscreen youtube Karrewiet

Minder zichtbaar, maar wellicht veel gevaarlijker, was de toegenomen radicalisering bij jongeren. Volgens experts maakten isolatie, depressie, financiële onzekerheid en jobverlies mensen vatbaarder voor nieuwe ideeën en radicalisering.

Thuiszittende jongeren waren een gemakkelijkere prooi geworden voor extremistische groepen die actief waren op sociale media-forums zoals Telegram, Gab, Discord en Steam, de site voor het delen van videogames.

De slechte behandeling van jongeren tijdens de pandemie heeft ongetwijfeld ook veel jongeren in de armen van extreemrechts gedreven

In die zin was de pandemie de perfecte voedingsbodem voor radicalisering. Het extreemrechtse Vlaams Belang heeft veel succes bij jongeren. Het was geen toeval dat deze partij in de beginperiode van de pandemie goed scoorde in de peilingen.

Het voorrang geven aan economische belangen, onder andere ten nadele van de jonge generatie, kon niet anders dan nare politieke gevolgen met zich meebrengen. De foute aanpak van de grote financiële crisis in 2008 – te weten bezuinigen en nog eens bezuinigen – was een zeer vruchtbare voedingsbodem voor extreemrechts.

De klungelige aanpak van de coronacrisis en de slechte behandeling van jongeren tijdens de pandemie heeft ongetwijfeld ook veel jongeren in de armen van extreemrechts gedreven.

De al teleurstellende situatie vóór de pandemie

COVID-19 hakte stevig in op de jonge generatie. Maar vóór de pandemie was hun situatie al allesbehalve rooskleurig te noemen.

Op de drempel van de volwassenheid verlangen jongeren naar hetzelfde als wat hun ouders en grootouders wilden: een behoorlijk inkomen, ontplooiingskansen en voldoende zekerheid en veiligheid om een leven uit te bouwen. Te weinig van hen krijgen dat.

Dat uit zich op verschillende vlakken. Vandaag groeien meer jongeren en kinderen op in armoede dan voorheen. In twintig jaar tijd is de kinderarmoede in Vlaanderen meer dan verdubbeld.

Een goede job kan de duurdere levenskost eventueel compenseren. Maar dat is nu net het probleem

Het levensonderhoud wordt steeds duurder. Voor jongvolwassenen laat zich dat het scherpst voelen bij de aankoop of huur van een huis. In 2000 moest je met een mediaan loon gemiddeld 44 uur werken om de mediaan huurprijs van een woning te kunnen betalen. In 2018 was dat al 58 uur.[2]

Voor de aankoop van huizen is die stijging nog groter, met een jaarlijkse gemiddelde stijging van 4 procent.

Een goede job kan die duurdere levenskost eventueel compenseren. Maar dat is nu net het probleem. In Vlaanderen bedraagt de werkloosheid onder de 25 jaar 15 procent. Dat is driemaal zoveel als de rest van de actieve bevolking.

Veel jongvolwassenen werken onder hun diploma, waardoor ze minder betaald worden. Daarnaast moeten velen het stellen met tijdelijke jobs (interims, Uber, …), die geen financiële zekerheid bieden.

Die financiële onzekerheid zorgt ervoor dat veel jongeren steeds later op eigen benen kunnen staan[3] en dat hun eigen levensstandaard steeds meer afhangt van die van hun ouders of grootouders (giften en erfenissen).

Dat is geen prettig gegeven. Het wordt ook steeds moeilijker om een eigen huis te kopen. Als er geen verandering afgedwongen wordt, dan zal de aankomende generatie enkele jaren langer moeten werken voor een pensioen dat een pak lager zal liggen dan nu gangbaar is.

Qua welstand is dit de eerste generatie jongeren die het slechter zal hebben dan de vorige generatie.

Qua welstand is dit de eerste generatie jongeren die het slechter zal hebben dan de vorige generatie. En dan is er natuurlijk nog de klimaatontaarding. Zoals klimatoloog Jean-Pascal van Ypersele het kernachtig uitdrukt: “De jongeren op straat weten dat wij de klimaatgevolgen op hen afwentelen. Wij gebruiken hun toekomst nu als grondstof in ons dagelijkse levens, als kolonialen”.

Geen wonder dat de nieuwe generatie geen vertrouwen meer heeft in de politiek. Slechts 29 procent van de 18-jarigen zegt vertrouwen te hebben in de politieke partijen. Een kwart van hen geeft zelfs de voorkeur aan een autoritaire leider. Maar tezelfdertijd, en wellicht vanwege hun eigen moeilijke situatie, steunen veel jongeren een beleid dat ongelijkheid bestrijdt en de mensen aan de onderkant helpt.

 

*                  *                  *

 

De coronacrisis heeft een generatie getekend, niet alleen door de directe gevolgen van de pandemie, maar ook door de manier waarop ze behandeld werden. De woede en frustratie die hieruit voortkwamen, mogen niet genegeerd worden.

Het is nu aan de samenleving om te laten zien dat ze lessen trekt uit deze fouten, en dat ze wil investeren in een toekomst waarin jongeren niet langer de vergeten groep zijn en dat er toekomst is voor deze generatie.

Als de beleidsmakers hun vertrouwen willen herwinnen, is het noodzakelijk om te investeren in betaalbaar wonen, stabiele jobs en een inclusieve samenleving. Als jongeren dat niet krijgen dan wordt het tijd dat zij in opstand komen.

 

Notes:

[1] De slechte startsituatie is als een litteken, ze slepen dat hun hele carrière met zich mee. Zo doen ze minder werkervaring op (omwille van tijdelijke werkloosheid) en/of starten ze met lagere lonen. Beide factoren hebben meestal een blijvende negatieve impact op de jobs die ze later aannemen.

[2] Het gaat hier over de zogenaamde ‘toilindex’. Bronnen: https://www.vacature.com/nl-be/carriere/salaris/hoeveel-belgen-verdienen-meer-dan-2-100-euro-netto; https://steunpuntwonen.be/Documenten_2012-2015/studiedagen/studiedag-private-huurmarkt-15-mei-2012/deel-ii.pdf, p. 23; https://www.tijd.be/netto/vastgoed/hoeveel-kost-een-huurwoning-in-uw-gemeente/10119067.html; https://steunpuntwonen.be/Documenten_2012-2015/studiedagen/studiedag-private-huurmarkt-15-mei-2012/deel-vi.pdf, p. 8.

[3] In 2011 was het aantal nestklevers in België in de leeftijdscategorie 25 tot 29 jaar 24 procent. Acht jaar later is dat gestegen tot 28 procent.

 

Lees ook:

Coronacrisis: de pandemie die onze samenleving ontmaskerde

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!