In een wereld waarin we amper stilstaan bij waar ons eten vandaan komt, dwingt de actie van Code Rood ons om te kijken naar de onzichtbare structuren achter een falend industrieel voedselsysteem.
Want de crisis in de landbouw of de klimaatcrisis zijn geen natuurwetten: ze zijn het gevolg van een businessmodel waarin enkele multinationals, zoals Cargill, boeren en natuur in een wurggreep houden.
Waar zijn de boeren gebleven?
In een open brief stellen 150 Belgische boeren retorisch de vraag: waar zijn de boeren gebleven? De afgelopen vier decennia is de gemiddelde oppervlakte van Belgische landbouwbedrijven verdrievoudigd, terwijl meer dan twee derde van de boeren en boerinnen in België de boeken neerlegde. Terwijl supermarkten overvolle rekken blijven presenteren, verdwijnen kleinschalige boerderijen in sneltempo. Niet door een gebrek aan vraag, maar door de greep van de agro-industrie op prijzen, contracten en regelgeving.
De agro-industrie en de activiteiten van global commodity traders zoals Cargill zijn rechtstreeks verbonden met het verdwijnen van boerderijen in België en het steeds groter worden van de overblijvende bedrijven. Dat heeft te maken met marktconcentratie, financialisering van een industrieel voedselsysteem, prijsvolatiliteit en bedrijfsbeïnvloeding die het kleinschalige boerderijen steeds moeilijker maken om te overleven.
De Cargill-dynastie telt niet minder dan 12 miljardair-erfgenamen
Cargill, een naam die bij de meeste mensen geen belletje doet rinkelen, is één van de grootste spelers in dit systeem. De Cargill-dynastie telt niet minder dan 12 miljardair-erfgenamen. Met activiteiten in meer dan 70 landen en een jaaromzet van 160 miljard dollar bepaalt deze multinational hoe ons voedsel wordt geproduceerd, verhandeld en geprijsd.

Activisten onderweg naar de demonstratie. Foto: Regard Brut.
Van graanhandel en veevoederproductie tot biobrandstoffen en financiële speculatie: Cargill heeft zich genesteld in elk aspect van de voedselketen. Het levert zaad, kunstmeststoffen en pesticiden aan landbouwbedrijven, het koopt landbouwproducten op en slaat ze op in ziijn eigen opslagplaatsen. Ook treedt het bedrijf op als vee- en pluimveeproducent, voedselverwerker, transportbedrijf en verlener van financiële diensten op grondstoffenmarkten. En met die macht komt een vernietigende impact op boeren, werknemers en de planeet.
Van boerenerf naar beursvloer
Voedsel zou overleven moeten garanderen, maar voor multinationals als Cargill en financiële investeerders is het bovenal een lucratieve markt. Samen met andere grote traders zoals Archer Daniels Midland, Bunge en Louis Dreyfus (de fameuze ABCD-reuzen), transformeert Cargill voedselsystemen in één grote financiële speculatieve onderneming. En door hun controle over toeleveringsketens en contractlandbouw dwingen ze boeren in een systeem waarin die steeds minder te zeggen hebben over hun eigen productie.

Code Rood demonstratie bij Cargill. Foto: Johanna de Tessieres.
Ondertussen worden prijsschommelingen op de (graan)beurs, waar Cargill gretig in speculeert, afgewenteld op de zwakste schakels: de boeren zelf.
Studies tonen aan dat Cargill, dankzij zijn toegang tot cruciale informatie over het wereldwijde aanbod van landbouwproducten, profiteert bij grote prijsschommelingen, en deze door speculatief handelen zelfs kan versterken. Zo werden de voedselcrisissen in 2007-2008 en 2010-2011 gedeeltelijk toegeschreven aan buitensporige speculatie op de graan- en oliezaadmarkten.
Toen grondstofprijzen de hoogte in schoten door de oorlog in Oekraïne draaide Cargill zijn grootste omzet ooit
In 2022 gingen grondstofprijzen pijlsnel de hoogte in door de oorlog in Oekraïne, ook wel de graanschuur van Europa genoemd. Terwijl boeren en consumenten de rekening gepresenteerd kregen, draaide Cargill de grootste omzet en winst uit zijn geschiedenis.
Door marktconcentratie en controle over toeleveringsketens maken agribusiness bedrijven zoals Cargill boeren niet alleen afhankelijk van hun prijszetting of productvraag. Ook via contractlandbouw en exclusieve overeenkomsten versterken de traders hun greep op de boeren.
Een systeem dat monoculturen kweekt op elk niveau
Naast financiële uitbuiting duwt de agro-industrie landbouw steeds verder richting industriële monoculturen. De gespecialiseerde toeleveringsketens zijn afgestemd op hoogtechnologische bedrijven die op het juiste moment gestandaardiseerde producten kunnen leveren.

Demonstratie bij Cargill hoofdkantoor. Foto: Johanna de Tessieres.
Ze zijn ingericht op grootschalige monocultuur, waarbij regio’s zich specialiseren in slechts enkele gewassen, zoals soja, tarwe en maïs voor de industrie. Dit leidt tot verdere verschraling van de genetische diversiteit van planten en dieren, meer kwetsbaarheid voor ziektes en het verlies van waardevolle agrarische kennis en praktijkervaring bij boeren.
Dit staat haaks op de noodzaak en mogelijkheid om diverse, veerkrachtige en klimaatrobuuste landbouwsystemen op te bouwen.
Helaas is het Europese, Vlaamse en Waalse landbouwbeleid grotendeels gericht op de belangen van de agro-industrie. Voor lobby-watchers komt dit niet als een verrassing. De agro-industrie zet gespecialiseerde lobbyisten in om de Europese regelgeving zo veel mogelijk in haar voordeel te beïnvloeden.
De agro-industrie zet gespecialiseerde lobbyisten in om de Europese regelgeving zo veel mogelijk in haar voordeel te beïnvloeden
Uit de EU-lobbydossiers van Cargill is het makkelijk af te lezen welke regelgeving het bedrijf probeert bij te sturen. Het gaat om genetische gemodificeerde organismen, financiële derivaten, biobrandstoffen, de Green Deal en andere beleidsmaatregelen die hun bedrijfsmodel ondersteunen.
De recent voorgestelde Visie voor Landbouw en Voedsel van Eurocommissaris Christophe Hansen focust op een beter inkomen voor de landbouwers, maar zet tegelijkertijd in op het aanzwengelen van competitiviteit via een export-import model dat enerzijds landbouwprijzen zal drukken en tegelijkertijd via technologisering en digitalisering de kosten voor boeren opdrijft.
Dat is ook waar boeren en wetenschappers deze week over discussiëren in Brussel. Het internationale platform van landbouworganisaties Via Campesina waarschuwt voor nepoplossingen die kleine en middelgrote boeren verder schaden en de broodnodige transitie naar eerlijke en klimaatbestendige voedselsystemen bedreigen.
Boeren, burgers én natuur zijn de dupe
Dit is wat de actie van Code Rood duidelijk maakt. Niet de boeren, niet de milieuwetgeving, niet de consumenten, maar de agro-industrie is verantwoordelijk voor de klimaat- en landbouwcrisis.
De weg uit de landbouwcrisis is er een die een rechtvaardige én ecologische transitie bevordert
Ze is het resultaat van strategische marktconcentratie, financiële investeringen, speculatie en milieuschade door de agro-industrie, en beleid dat op haar maat is geschreven. Competitie-gericht import-export beleid, het terugdraaien van milieuregels en een verdere technologisering van de sector zullen de laatste boeren verder onder druk zetten en houden de echte boosdoeners uit het schot.
De weg uit de landbouwcrisis is er een die een rechtvaardige én ecologische transitie bevordert. Daarvoor is beleid nodig dat de machtsconcentratie opbreekt en meer transparantie creëert in voorraden en handel. Een beleid dat lokale en regionale voedselsystemen versterkt, het recht op voedsel bevordert, en een eerlijk inkomen garandeert voor boeren en werknemers in plaats van winst en speculatie. Geld eet je niet.
Barbara Van Dyck is onderzoekster politieke agroecologie aan de ULB.
Gert Van Hecken is hoofddocent politieke ecologie aan de Universiteit Antwerpen.
Marjolein Visser is professor landbouwsystemen en agroecologie aan de ULB.
Priscilla Claeys is hoofddocent CAWR en voorzitter FIAN International.
Tomaso Ferrando is hoofddocent rechten en voedselsystemen aan de Universiteit Antwerpen.