Een van de meest opzienbarende gebeurtenissen van de afgelopen maanden is de val van Damascus. Die val was aanvankelijk al ruim tien jaar geleden verwacht, toen door Qatar, Turkije, Saoedi-Arabië en de Verenigde Staten gefinancierde rebellenlegers zich verzamelden in de periferie van Syrië en het toenmalige bewind van president Bashar al-Assad bedreigden.
Deze legers, gesteund door rijke en machtige landen, bestonden uit verschillende groepen, waaronder:
- Segmenten van de bevolking die zich hadden verzet tegen de economische malaise als gevolg van de liberalisering van de economie, waardoor kleinschalige productiebedrijven ten onder gingen onder de opkomst van de sterk groeiende Turkse industrie.
- Boeren in het noorden, gefrustreerd door het gebrek aan een deugdelijke reactie van de regering op de langdurige droogte, waardoor velen naar de noordelijke steden Aleppo en Idlib waren getrokken.
- Delen van de seculiere middenklasse die ontevreden waren over het mislukken van de ‘Damascus-lente’ van 2000–2001, waarin aanvankelijk politieke hervormingen werden beloofd naar aanleiding van de muntadayāt (forumdiscussies) die overal in het land werden gehouden.
- Een diep gegriefde Syrische Moslimbroederschap, voortgekomen uit de vrome middenklasse, die in 1982 was neergeslagen en nieuw leven kreeg na de protesten in 2010–2011 in Tunesië en Egypte.
- Geradicaliseerde islamisten die in Irak door Al-Qaeda waren getraind en de zwarte vlag van het jihadisme wilden hijsen op de hoogste muren van Damascus.
Ondanks het feit dat deze facties van de Syrische oppositie in 2011 geen succes boekten, waren het grotendeels dezelfde krachten die er op 7 december 2024 in slaagden Assads regering omver te werpen.
Assad
Ruim tien jaar geleden bleef Assad aan de macht vooral dankzij de steun van Iran en Rusland, en in mindere mate vanwege de betrokkenheid van buurland Irak en Hezbollah (Libanon).
Assad zelf miste de wil om koste wat kost te blijven. Hij was in 2000 president geworden na de dood van zijn vader, Hafez al-Assad, die in 1971 via een militaire coup aan de macht kwam. Bashar, opgegroeid in weelde, had in het Verenigd Koninkrijk een opleiding tot oogarts gevolgd.
Assad vertrok in stilte en liet zijn land in de steek
Toen de rebellenlegers in december van dit jaar Damascus naderden, vluchtte hij met zijn gezin naar Moskou en liet weten dat hij zich wilde terugtrekken uit de politiek om zijn carrière als oogarts te hervatten.
Hij sprak zijn volk niet bemoedigend toe en zei niet dat zijn strijdkrachten nog zouden terugkeren. Er klonken geen geruststellende woorden. Hij vertrok in stilte, net zo onopvallend als hij was gekomen, en liet zijn land in de steek. Enkele dagen later, via Telegram, publiceerde al-Assad een verlegen tekst, maar niets dat op vastberadenheid leek.
Nadat de Syrische rebellen in 2014 waren verslagen door Syrische, Iraanse en Russische troepen, hergroepeerden zij zich in de stad Idlib, dicht bij de Turkse grens.
Al-Jolani
Daar, in Idlib, scheidde de voornaamste oppositiegroep zich in 2016 af van Al-Qaeda, nam de lokale raden over en groeide uit tot de enige echte leider van de anti-Assad-campagne. Deze groep, Hayat Tahrir al-Sham (Organisatie voor de Bevrijding van de Levant, of HTS), voert nu de scepter in Damascus.
HTS vindt zijn oorsprong rechtstreeks bij Al-Qaeda in Irak en heeft die wortels nooit echt kunnen afschudden. Het is nog steeds een sterk sektarische[1] beweging met de ambitie om van Syrië uiteindelijk een kalifaat[2] te maken.
Sinds zijn tijd in Irak en Noord-Syrië heeft HTS-leider Abu Mohammed al-Jolani een reputatie opgebouwd van extreme wreedheid tegenover de vele minderheidsgroepen in Syrië (met name Alawieten, Armeniërs, Koerden en sjiieten), die hij als afvalligen beschouwt.
Al-Jolani is zich bewust van zijn reputatie en heeft opmerkelijk genoeg zijn presentatie veranderd. Hij heeft zijn baard getrimd, draagt een onopvallend kaki uniform en praat in gematigde bewoordingen met de media.
Het leek alsof Al-Jolani was getraind door een pr-bureau
In een exclusief interview met CNN, net toen zijn troepen Damascus innamen, deed al-Jolani de vroegere gruweldaden in zijn naam af als jeugdzondes. Het leek alsof hij was getraind door een pr-bureau. Van de dolgedraaide Al-Qaeda-extremist is weinig meer te zien; nu wordt al-Jolani neergezet als een Syrische democraat.
Het lot van de bevolking
Op 12 december sprak ik met twee vrienden uit minderheidsgemeenschappen in verschillende delen van Syrië. Beiden vrezen voor hun leven. Ze begrijpen dat er nu misschien een periode van vreugde en rust komt, maar verwachten later zware aanvallen, en hebben al signalen ontvangen van kleine aanvallen op Alawieten en sjiitische families uit hun netwerk.
Een andere vriend herinnerde me eraan dat het ook in Irak na de val van Saddam Hoessein in 2003 een paar weken rustig was, totdat de opstand begon. Zou er in Syrië, na de haastige val van de regering, opnieuw een guerrilla-achtige strijd kunnen ontbranden als de oude regeringsstrijdkrachten zich hergroeperen?
Een oorlog als deze eindigt niet zomaar in vrede. Er valt nog veel recht te zetten
Onmogelijk te voorspellen hoe het sociale weefsel van dit ‘nieuwe Syrië’ eruit zal zien, zeker gezien de aard van de mensen die er nu aan de macht zijn.
Dat geldt des te meer als ook maar een deel van de zeven miljoen Syriërs die tijdens de oorlog ontheemd raakten, ooit terugkeert en wraak zoekt voor wat zij ervaren als mishandeling waardoor ze hun land moesten ontvluchten. Een oorlog als deze eindigt niet zomaar in vrede. Er valt nog veel recht te zetten.
Geopolitieke gevolgen
Zonder het belang van het lot van de Syrische bevolking te bagatelliseren, moeten we ook begrijpen wat deze machtswissel betekent voor de regio en de wereld. Laten we stap voor stap kijken naar de gevolgen, beginnend bij Israël en eindigend bij de Sahel in Afrika.
Israël
Gedurende de ruim tien jaar durende burgeroorlog in Syrië heeft Israël herhaaldelijk Syrische militaire bases gebombardeerd om het Syrische leger (SAA) en zijn bondgenoten, met name Iran en Hezbollah te verzwakken.
Alsof het was afgestemd, verzorgde Israël luchtaanvallen ter ondersteuning van de HTS-troepen die vanuit Idlib oprukten
In het afgelopen jaar, tijdens de escalatie van de genocide op de Palestijnen, heeft Israël deze bombardementen nog opgevoerd om mogelijke bevoorrading van Iran en Hezbollah de kop in te drukken. Vervolgens viel Israël Libanon binnen om Hezbollah te ondermijnen. Ze vermoordden de al jaren leidinggevende Sayyed Hassan Nasrallah en trokken zuidelijk Libanon binnen, waar Hezbollah zijn thuisbasis had.
Alsof het was afgestemd, verzorgde Israël luchtaanvallen ter ondersteuning van de HTS-troepen die vanuit Idlib oprukten. Ze bombardeerden Syrische militaire faciliteiten en posten om het moreel van het Syrische leger te breken.
Toen HTS uiteindelijk Damascus innam, versterkte Israël Divisie 210 op de bezette Golanhoogten (in 1973 ingenomen) en viel de VN-bufferzone (opgericht in 1974) binnen. Israëlische tanks trokken buiten de bufferzone en kwamen heel dicht bij Damascus. HTS ging geen moment in tegen deze Israëlische bezetting van Syrisch grondgebied.
Turkije
De Turkse regering steunde de opstand van 2011 militair en politiek vanaf het begin en was gastheer voor de ballingsregering van de Syrische Moslimbroederschap in Istanboel. In 2020, toen het Syrische leger Idlib aanviel, trok Turkije Syrië binnen om af te dwingen dat de stad zou worden gespaard.
Via Turkije sloten ook islamitische strijders uit Centraal-Azië zich aan bij HTS, waaronder Oeigoeren uit China
Turkije zorgde ook voor militaire training van de meeste strijders die via de M5-snelweg naar Damascus trokken, en leverde materieel aan de legers om zowel de Koerden in het noorden als het Syrische leger in het zuiden te bevechten.
Via Turkije sloten ook islamitische strijders uit Centraal-Azië zich aan bij HTS, waaronder Oeigoeren uit China. Toen Turkije de afgelopen tien jaar tweemaal Syrië binnenviel, hield het delen van het Syrische grondgebied bezet dat het beschouwde als ‘historisch Turks’. Dit gebied zal, nu HTS in Damascus de baas is, niet aan Syrië worden teruggegeven.
Libanon en Irak
Na de val van Saddam Hoessein in 2003 bouwde Iran een landcorridor om zijn bondgenoten in Libanon (Hezbollah) en Syrië te bevoorraden. Met de machtswisseling in Syrië wordt de bevoorrading van Hezbollah aanzienlijk bemoeilijkt.
Zowel Libanon als Irak grenzen nu aan een land dat bestuurd wordt door een voormalige Al-Qaeda-afsplitsing. Hoewel nog niet helemaal duidelijk is wat dit precies betekent, lijkt het erop dat er een versterkte aanwezigheid van Al-Qaeda zal komen, met als doel de rol van sjiieten in deze landen te ondermijnen.
Palestina
De gevolgen voor de genocide op de Palestijnen en de strijd voor Palestijnse bevrijding zijn enorm. Gezien de rol van Israël bij het ondermijnen van Assads leger ten behoeve van HTS, is het onwaarschijnlijk dat al-Jolani de Israëlische bezetting van Palestina zal aanvechten of Iran zal toestaan Hezbollah of Hamas opnieuw te bevoorraden.
“Als ze schedels zaaien in de aarde, zal onze oogst hoop en licht zijn”
Ondanks al-Jolani’s naam, die verwijst naar de Golan, is het ondenkbaar dat hij de Golanhoogten voor Syrië zal willen heroveren. Israëls ‘buffers’ in Libanon en Syrië komen bovenop andere ontwikkelingen, zoals de vredesverdragen met Egypte (1979) en Jordanië (1994).
Geen enkele buur van Israël vormt momenteel een bedreiging. De Palestijnse strijd raakt hierdoor verder geïsoleerd. Er zal ongetwijfeld verzet blijven, maar er zal geen buurland zijn dat kan helpen of wapens kan doorlaten.
Sahel
De Verenigde Staten en Israël staan geopolitiek gezien zowat op één lijn. Israëls succes is dus ook een succes voor Washington. De machtswisseling in Syrië heeft niet alleen Iran op korte termijn verzwakt, maar ook Rusland, dat al langer een strategisch doelwit voor de VS is.
Tot voor kort gebruikte Rusland Syrische vliegvelden als tussenstation voor bevoorrading op weg naar verschillende Afrikaanse landen. Nu kan Rusland die bases niet meer gebruiken, en is onduidelijk waar Russische militaire vliegtuigen kunnen tanken op hun vluchten naar de regio, vooral naar de Sahellanden.
Dit geeft de VS de kans om landen die grenzen aan de Sahel, zoals Nigeria en Benin, onder druk te zetten om actie te ondernemen tegen de regeringen van Burkina Faso, Mali en Niger. Dit blijft voorlopig afwachten.
In juli 1958 organiseerden een aantal dichters een festival in Akka (bezet Palestina 1948). Eén van hen, David Semah, droeg het gedicht “Akhi Tawfiq” (Mijn Broeder Tawfiq) op aan de Palestijnse communistische dichter Tawfiq Zayyad, die op dat moment in een Israëlische gevangenis zat.
Semahs gedicht verwoordt de mentaliteit die we in deze tijden zo hard nodig hebben:
Als ze schedels zaaien in de aarde,
Zal onze oogst hoop en licht zijn.
Dit artikel verscheen eerder op The Tricontinental.
Notes:
[1] Sektarisch verwijst naar stromingen binnen een godsdienst die zich onderscheiden door hun exclusieve, vaak strikte interpretaties van religieuze voorschriften en doctrines. Zij zijn meestal intolerant tegenover andersgelovigen of mensen van hun eigen religie die er andere, minder strikte interpretaties en praktijken op nahouden. (nvdr)
[2] Een kalifaat is een islamitische staat die wordt geleid door een kalief, dat wil zeggen door een opvolger van de profeet Mohammed. (nvdr)