Libanese Aya Jaffal (25) uit Nederland brengt met Sabah Foundation hulpgoederen naar land in nood
Meer dan een half miljoen Libanezen zijn op de vlucht op zoek naar veiligheid, toch is er nauwelijks overheidssteun. Er is geen luchtalarm en er zijn geen schuilkelders beschikbaar. Vluchtelingen zoeken onderdak bij familie, kennissen of in geïmproviseerde opvangplekken zoals scholen.
Enkele jaren geleden richtte de recent afgestudeerde studente rechten, Aya Jaffal de Sabah Foundation op. “Het begon als een initiatief tijdens de coronapandemie om voedseltekorten te verlichten. Ondertussen is de foundation uitgegroeid tot een internationale hulporganisatie. De Sabah Foundation levert nu niet alleen voedselpakketten, maar ook kleding, matrassen, medicijnen en hygiëneproducten aan verschillende landen waaronder Irak, Syrië, Oeganda, Gambia en nu ook Libanon”, vertelt Jaffal.
“De betekenis van het Arabische woord Sabah is ‘ochtend’”, legt Jaffel uit. “De zon komt hoe dan ook op en gaat weer onder. Wat we met het licht doen zolang het er is, is aan ons. Als organisatie willen we dat stukje hoop zijn voor mensen, want zelfs de donkerste nacht zal eindigen en de zon zal opkomen.”
Jaffals stichting werkt nauw samen met lokale NGO’s en vertrouwt daarnaast op familie en vrienden in Libanon die de distributie coördineren en de projecten in goede banen leiden. De eerste containers worden binnen twee weken verzonden vanuit Antwerpen dankzij Crown Logistics en zouden binnen een maand in Beiroet aankomen. “Ik onderzoek momenteel of sommige goederen sneller vervoerd kunnen worden via de luchtvaartmaatschappij Middle East Airlines", legt ze uit.
“Libanon is ons vaderland. We zijn opgegroeid met de cultuur en bezoeken onze familie nog regelmatig. Het is voor ons vanzelfsprekend dat we de Libanese bevolking helpen waar we kunnen” – Yasmin Malak
Solidariteit
De zussen Malak – Jihane (22), Yasmin (31) en Gaëlle (39) – zijn half Belgisch, half Libanees en botsten via Instagram op de Sabah Foundation. “Libanon is ons vaderland. We zijn opgegroeid met de cultuur en bezoeken onze familie nog regelmatig. Het is voor ons vanzelfsprekend dat we de Libanese bevolking helpen waar we kunnen en dus ook doneren via het fonds”, vertellen ze.De twee oudste zussen hebben zich als moeders vooral gericht op hulpgoederen voor kinderen. “Het fonds verzamelt voornamelijk nieuwe of bijna nieuwe spullen. Door de oorlog verloopt de communicatie met het land moeilijk. Elektriciteit en internet is beperkt. Bovendien is de douane die de hulpgoederen controleert streng. Toch vertrouwen we erop dat de spullen hun weg vinden naar de mensen die het nodig hebben”, aldus de zussen.