Een democratie wordt geacht een beleid na te streven dat in overeenstemming is met de wensen van zijn electoraat. Maar in werkelijkheid is het niet zo dat de regeringen eerst de wensen van het volk nagaan en dan beslissen over het beleid.
De overeenstemming tussen volk en regering wordt doorgaans verzekerd doordat de regering haar beleid afstemt op de belangen van de heersende klasse en vervolgens via een mechanisme van propaganda het volk overtuigt van de wijsheid van dit beleid.
Hoe die overeenstemming wordt bereikt tussen de publieke opinie en wat de heersende klasse wil, is complex, maar komt uiteindelijk neer op het manipuleren van de publieke opinie.
Maar nu is er iets heel anders aan het gebeuren: niettegenstaande alle op haar gerichte propaganda wil de publieke opinie een heel ander beleid dan hetgeen de heersende klasse stelselmatig voert. Anders gezegd: het door de heersende klasse geprefereerde beleid wordt gevoerd ondanks dat de publieke opinie er duidelijk en systematisch tegen is.
Dit wordt mogelijk gemaakt door ervoor te zorgen dat het merendeel van de politieke partijen dit beleid steunt. Door een breed spectrum van politieke formaties of partijen achter dit beleid te krijgen tégen de wensen in van de meerderheid van het kiezerspubliek.
De meerderheid van de bevolking in de VS wil een einde aan de genocide en de wapenleveringen aan Israël. De VS-regering doet exact het tegenovergestelde
De huidige situatie vertoont dus twee verschillende kenmerken: een brede eensgezindheid onder het grootste deel van de politieke formaties (partijen) en tegelijkertijd een totale kloof tussen waar deze partijen het over eens zijn en wat de mensen willen.
Dit is een nooit eerder geziene situatie in de geschiedenis van de democratie. En dan gaat het niet over de een of andere minder belangrijke politieke vraag, maar over fundamentele kwesties zoals oorlog en vrede.
Neem nu de VS. Daar is volgens alle beschikbare opiniepeilingen de meerderheid van de bevolking ontzet over Israëls genocidale oorlog tegen het Palestijnse volk. Die meerderheid zou willen dat de VS een eind maken aan deze oorlog en ophouden met wapens te leveren aan Israël.
De VS-regering doet exact het tegenovergestelde, met het risico dat de oorlog escaleert en het hele Midden-Oosten met zich meesleept. De publieke opinie in de VS wil evenmin dat de oorlog in Oekraïne blijft duren.
Ze verkiest dat het conflict wordt beëindigd met een onderhandelde vrede, maar de VS-regering heeft (samen met de Britse) systematisch alle kansen op een vreedzame oplossing getorpedeerd.
Deze tegenstelling tussen wat de burgers – ondanks alle propaganda waaraan ze worden blootgesteld – willen en wat het politieke establishment beslist, vinden we in alle westerse landen terug
Het is in de eerste plaats door het verzet van de VS-regering tegen de Minsk-akkoorden, een verzet dat aan Oekraïne werd overgebracht door het bezoek van de Britse premier Boris Johnson aan Kiev, dat de oorlog is begonnen.
En zelfs nu, toen Poetin bepaalde voorstellen deed om tot vrede te komen, zetten de VS Oekraïne aan tot de inval in de Russische grensregio Koersk, die alle hoop op vrede de grond in boorde.
Veelzeggend is dat zowel de Republikeinen als de Democraten in de VS het eens zijn met deze politiek van wapens leveren aan Netanyahu en Zelensky, niettegenstaande dat hun eigen bevolking vrede wil en niettegenstaande het feit dat Oekraïne met zijn avonturisme riskeert een nucleaire wereldbrand te ontketenen.
Deze tegenstelling tussen wat de burgers – ondanks alle propaganda waaraan ze worden blootgesteld – willen en wat het politieke establishment voorschrijft, vinden we in alle leidende landen terug. Maar nergens is die tegenstelling zo uitgesproken als in Duitsland.
De oorlog in Oekraïne treft Duitsland directer dan enig ander groot land, doordat Duitsland voor zijn energiebehoefte helemaal afhankelijk was van Russisch gas. De sancties tegen Rusland hebben een gastekort veroorzaakt en de stijging van de gasprijzen ten gevolge van duurdere gasleveringen vanuit de VS heeft een sterke impact op de levensstandaard van de Duitse Jan met de pet.
De Duitsers vragen dringend een eind aan de oorlog in Oekraïne, maar de regerende coalitie van de sociaaldemocratische SPD, de liberale FDP en de groenen, noch de belangrijkste oppositiepartij CDU/CSU (christendemocraten) toont enige interesse in een vreedzame oplossing van het conflict. Integendeel.
Het Duitse politieke establishment probeert angst aan te jagen voor Russische troepen die aan de Duitse grens zouden verschijnen, terwijl ironisch genoeg tegenwoordig juist Duitse troepen in Litouwen aan de grens met Rusland gelegerd zijn!
Terwijl het gros van de Duitse bevolking zich verzet tegen de genocide, heeft de Duitse regering elke oppositie tegen de Israëlische genocide gecriminaliseerd.
Wanhopig verlangend naar een eind aan de oorlog in Oekraïne wendt de Duitse Jan met de pet zich nu tot de neofascistische AfD, die bewéért tegen de oorlog te zijn (hoewel je ervan kunt uitgaan dat ze onvermijdelijk hun belofte zullen breken zodra ze nog maar in de buurt van de macht komen), en de nieuwe linkse partij BSW van Sahra Wagenknecht, die zich precies op deze oorlogskwestie van moederpartij Die Linke heeft losgescheurd.
Exact hetzelfde gaat op voor de Duitse houding tegenover de genocide in Gaza. Terwijl het gros van de Duitse bevolking zich verzet tegen deze genocide, heeft de Duitse regering elke oppositie tegen de Israëlische genocide feitelijk gecriminaliseerd, met het argument dat dit ‘antisemitisme’ zou zijn.
De Duitse federale regering verbood zelfs een congres om te protesteren tegen de genocide waar internationaal bekende sprekers zoals Yanis Varoufakis waren uitgenodigd.
Gebruik van het label ‘antisemitisme’ om elk verzet tegen de Israëlische agressie te breken, is ook wijdverbreid in andere landen. In Groot-Brittannië werd Jeremy Corbyn, voormalig leider van de Labour Party, uit zijn partij verjaagd, zogezegd om zijn ‘antisemitisme’, maar in werkelijkheid omdat hij de Palestijnse zaak steunde.
In de VS hebben universiteiten dezelfde beschuldiging ingeroepen tegen de wijdverbreide campusbezettingen die het land op stelten zetten.
De gebruikelijke manier om dit over de publieke opinie heen te walsen bestaat erin deze brandende kwesties van vrede en oorlog simpelweg buiten de politieke discussie te houden.
Neem de komende presidentsverkiezingen in de VS. Aangezien beide kandidaten, Donald Trump en Kamala Harris, het eens zijn over wapenleveringen aan Israël zal in presidentiële debatten of kiescampagnes dit onderwerp niet aan bod komen.
Het halve kabinet van Brits eerste minister Keir Starmer kreeg geld uit pro-Israëlische bronnen voor hun verkiezingscampagnes.
Andere thema’s, waarop ze wel verschillen, zullen centraal staan, maar dit cruciale onderwerp, dat de burgers raakt en waarover zij een andere mening hebben dan de presidentskandidaten, zal geen onderwerp van debat zijn.
Een van de redenen – en niet de minste – dat het politiek establishment in de VS Israël steunt in zijn acties, is dat het er rijkelijk voor wordt beloond door pro-Israëlische geldschieters.
Volgens een rapport dat op 21 augustus verscheen in Defend Democracy Press had zowat het halve kabinet van Keir Starmer, de pas verkozen Britse premier van Labour, geld uit pro-Israëlische bronnen gekregen voor de verkiezingscampagnes, die hen aan de macht brachten.
In hetzelfde nummer van Defend Democracy Press staat dat ook een derde van de Conservatieven in het Britse parlement geld uit pro-Israëlische bron gekregen had voor de verkiezingen. Er is dus pro-Israëlisch geld beschikbaar voor beide belangrijkste Britse politieke partijen. Steun voor Israëlische acties wordt zo een bipartisane aangelegenheid.
Wat er daarentegen gebeurt met wie de zijde van Palestina kiest, illustreert het geval van twee VS-Congresleden. Jamaal Bowman en Cori Bush, beiden zwart en progressief, met sympathieën voor de Palestijnse zaak en stevige kritiek op de Israëlische genocide, werden verslagen tijdens Democratische voorverkiezingen in hun kiesdistrict. AIPAC (American-Israel Public Affairs Committee), de machtige pro-Israëllobby in de VS, zette miljoenen dollars in voor steun aan de campagne van een Democratische tegenkandidaat.
Defend Democracy Press van 31 augustus schrijft dat er 17 miljoen dollar werd uitgegeven om Bowman in het zand te doen bijten en 9 miljoen voor de moddercampagne tegen Cori Bush. Opvallend genoeg werd in de campagne tegen Cori Bush de agressie van Israël tegen Gaza niet genoemd.
AIPAC wist immers maar al te goed dat precies omwille van dat onderwerp de kiezers hun steun aan Cori Bush zouden hebben gegeven in plaats van aan haar tegenstrever, waardoor hun plan om haar te verslaan zou zijn mislukt.
Wat betekent dit nu allemaal?
Concreet betekent dit dat een fundamentele beslissing over oorlog en vrede die iedereen aangaat in de leidende landen tégen de wil van het volk genomen wordt door een politiek establishment dat wordt gefinancierd door lobby’s met gevestigde belangen.
Het morele bankroet van het traditionele politieke establishment is de context voor de groei van het fascisme.
In de invloedrijkste landen heeft zich zo een transitie voltrokken van ‘manipulatie van afwijkende meningen’ door propaganda, naar een totaal negeren van afwijkende meningen – zelfs als die een meerderheid vormen, die immuun gebleken zijn voor propaganda.
Dit is een nieuwe fase in de uitholling van de democratie, een fase die wordt gekenmerkt door een nooit eerder gezien moreel bankroet van het politieke establishment.
Een dergelijk moreel bankroet van het traditionele politieke establishment vormt ook de context voor de groei van het fascisme.
Maar of het fascisme nu wel of niet aan de macht komt, de uitholling van de democratie in de leidende samenlevingen heeft de burgers reeds machtelozer dan ooit gemaakt.
The Bizarre State of Western Democracy werd vertaald door Hilde Baccarne. Prabhat Patnaik is een Indiase econoom en politiek commentator.