Het politieke succes van extreemrechtse partijen is een symptoom van een brede maatschappelijke onvrede, gevoed door economische onzekerheid, een decennialange afbouw van sociale vangnetten, en het falen van traditionele politieke structuren om mensen stabiliteit en vooruitgang te bieden. Hier ligt ook een verantwoordelijkheid voor de vakbonden.
Infopaketten en trainingen
Dat Vlaams Belang (en bij uitbreiding N-VA) vakbonden buitenspel willen zetten, is een open deur intrappen. Zoals elke andere kritische, antiracistische middenveldorganisatie passen vakbonden niet in hun ideale samenleving.
Toch zijn heel wat vakbondsleden en werknemersafgevaardigden zich daarvan niet bewust. Zij kennen de standpunten van extreemrechtse partijen over vakbonden en werknemersrechten niet.
Bijkomend probleem is dat in Vlaanderen de mainstream media Vlaams Belang behandelen als een ‘normale’ partij. In de aanloop naar de verkiezingen van 9 juni hebben wij, als ACV, dan ook verschillende initiatieven genomen.
Partijprogramma’s werden grondig doorgelicht om ook vakbondsleden te informeren over het ware gelaat van extreemrechts (ook ABVV zette hier overigens sterk op in). Onze vormingswerkers ontwikkelden infopakketten en trainingen voor vakbondspersoneel en werknemersafgevaardigden.
De gesprekken op de werkvloer tonen aan hoe essentieel het is om de nodige skills te trainen rond actief luisteren, open gesprekken voeren, perspectieven bieden en focussen op wat ons verenigt als werkende klasse.
Deze acties blijven allemaal nodig en heeft de schade kunnen beperken, maar ten gronde is het niet genoeg. Wat kunnen wij, als vakbonden, nog meer doen om extreemrechts te bestrijden?
Veranderende realiteit, aangepaste vakbondsstructuren
Het is niet evident om te navigeren in een constant veranderende arbeidsmarkt, binnen een complexe regelgeving en een politiek van voortdurende besparingen. Onze structuren en organisatiemodellen zijn onvoldoende aangepast.
De context waarin we vandaag aan vakbondswerk doen, staat zeer ver van de idee dat vakbonden, werkgeversorganisaties en de overheid als gelijke partijen aan de onderhandelingstafel zitten om welvaart te verdelen.
Het naoorlogse sociaal pact én de welvaartsstaat zijn na veertig jaar neoliberalisme fundamenteel veranderd. De ongelijkheid groeit, de werkzekerheid daalt, en steeds meer mensen vallen tussen de mazen van het sociaal vangnet.
Neen, de koek die werknemers bakken, wordt (al lang) niet (meer) eerlijk verdeeld. De systematische afbraak van het Belgisch overlegmodel, noem het gerust het ongebreidelde neoliberalisme, heeft geleid tot meer angst, meer onzekerheid en werkende armen.
We weten allemaal dat rechtse partijen hierop teren. Het is hoog tijd om in dat Belgisch overlegmodel onze seat at the table fundamenteel anders te benaderen.
Naar en nieuwe mindset
Het moet afgelopen zijn met de strategie van ‘schadebeperking’ en het slechts bijvijlen van de scherpe kantjes van slechte maatregelen. Onze houding zou moeten zijn: ‘Het is al erg genoeg en we pikken het niet langer.’
Vakbonden moeten een veel ambitieuzer verhaal brengen, een verhaal van hoop en fundamentele systeemverandering. Dit vereist een nieuwe visie op wat mogelijk is.
Vakbonden moeten een veel ambitieuzer verhaal brengen, een verhaal van hoop en fundamentele systeemverandering
Veel mensen, waaronder kiezers die op rechtse partijen stemmen, verlangen hevig naar echte verandering. Dat is een kans die vakbonden moeten grijpen. Door het aanbieden van een positief en hoopvol alternatief blijven we relevant voor de werkende klasse, jongeren, studenten en boeren
Vakbonden moeten de motor worden achter een breed gedragen maatschappelijke beweging. Wij moeten beseffen dat geen enkele ‘pragmatische aanpak’ gericht op ‘erger voorkomen’ ooit mensen geïnspireerd, laat staan in beweging gebracht heeft. En dat is nu net wat we echt wel nodig hebben.
Het organiseren van een beweging
Om onze ambitie waar te maken, moeten we de interne structuren en organisatievormen van de vakbond onder de loep nemen. Het huidige model, waarin onderhandelaars vaak over de hoofden van leden heen beslissingen nemen, is niet toereikend.
Met de beste bedoelingen beperken wij ons als onderhandelaars en technische experts tot wat wij ‘haalbaar’ achten, bereiden we ons daarop voor en proberen we het onderste uit een veel te lege kan te halen.
We kunnen het ons niet permitteren om hoofdzakelijk te focussen op vertegenwoordiging aan de onderhandelingstafel. Wij moeten meer dan ooit focussen op een beweging maken, op het actief betrekken en organiseren van leden en hun collega’s bij besluitvorming en bij acties, op lokaal, sectoraal en nationaal niveau.
Er moet ruimte worden gemaakt voor bewegingswerkers binnen de vakbondsstructuren, ook op de hoogste niveaus
Dit betekent dat er ruimte moet worden gemaakt voor bewegingswerkers binnen de vakbondsstructuren, ook op de hoogste niveaus. Deze mensen hebben voeling met de werkvloer en kunnen zorgen voor de broodnodige verbinding tussen vakbondsleiders en de werkvloer en de wijken.
In gesprek met Fatiha Dahmani – Vakbonden en extreemrechts op de werkvloer (30:56):
Zij zijn cruciaal voor het organiseren en empoweren van werknemers, en voor het creëren van een beweging die niet afwacht tot onderhandelingen vastlopen, maar die de druk opvoert en initiatief neemt.
De kracht van samenwerking
Daarnaast is het van essentieel belang dat vakbonden de samenwerking met andere middenveldorganisaties intensiveren. Het sociaal weefsel in onze samenleving wordt systematisch afgebroken, en dat proces zal onder de volgende regering zo goed als zeker worden voortgezet.
Het helpt niet wanneer vakbonden zelf wegtrekken uit wijken en buurten
Maar eerlijk, het helpt niet wanneer vakbonden zelf wegtrekken uit wijken en buurten. We moeten daar gaan waar onze mensen zijn, de deuren van onze vakbondsgebouwen opensmijten. Vakbonden moeten zorgen dat hun ruimtes veilige havens worden voor iedereen die op zoek is naar steun en ’community’.
Die ruimtes zijn niet alleen belangrijk voor succesvolle onderhandelingen en acties, maar ook voor het opbouwen van een dam tegen extreemrechts. In een tijd van toenemende polarisatie en onzekerheid moeten vakbonden hun rol als anker van stabiliteit en solidariteit versterken.
Als wij niet toegankelijk en laagdrempelig zijn voor mensen in nood, creëren we zelf de omstandigheden mee waarin extremistische bewegingen kunnen floreren.
Conclusie
De opkomst van extreemrechts dwingt vakbonden om zichzelf opnieuw uit te vinden. Het oude model van onderhandelen en compromis volstaat niet meer in een wereld waarin de welvaart steeds ongelijker wordt verdeeld en mensen op zoek zijn naar echte verandering.
Vakbonden moeten durven dromen van een betere toekomst en die dromen omzetten in concrete, systemische veranderingen.
Dat vraagt om een nieuwe mindset, een herziening van hun organisatiemodellen, en een intensieve samenwerking met andere maatschappelijke bewegingen. Alleen zo kunnen wij vakbonden een effectieve kracht ontwikkelen om een vuist te maken tegen extreemrechts en een solidaire samenleving creëren.
Het artikel Vakbonden moeten zichzelf heruitvinden werd overgenomen van Samenleving & Politiek, Jaargang 31, 2024, nr. 7 (september), pagina 57 tot 59. Fatiha Dahmani is vakbondsverantwoordelijke bij ACV Puls.