Foto: Natalia Molebatsi, Flickr / CC BY-SA 2.0
Monika Triest

6 maart 1923: Islamitisch feminisme bestaat honderd jaar

We hebben wellicht een ander beeld van Egypte, maar exact honderd jaar geleden werd daar de feministische beweging opgericht met heel progressieve standpunten voor de tijdsgeest van toen. De oprichtster Huda Sha’arawi inspireerde heel wat vrouwen die haar strijd hebben voortgezet.

vrijdag 3 maart 2023 09:57
Spread the love

 

Wat hebben de feministische beweging in de VS en Egypte met elkaar gemeen? Het antwoord geldt eigenlijk voor zoveel landen waar een progressieve vrouwenbeweging vorm kreeg, de ene in de 19e, de andere in de 20e eeuw.

Vrouwen, meestal van de geletterde middenklasse, verzetten zich tegen sociaal onrecht en merkten dat ze, binnen de brede beweging die daarvoor ijverde niet als volwaardig werden aanzien. Ze mochten niet in het openbaar optreden namens die beweging en gingen in verzet, vaak met steun van andere internationale bewegingen.

De oprichtster Huda Sha’arawi

Huda Sha’arawi. Foto: Wikimedia Commons, Public Domain

In Egypte gebeurde dat formeel op 6 maart 1923, nu honderd jaar geleden. De voortrekster van de Feminist Union was Huda Sha’arawi. Zij was geboren in 1879, groeide op in een harem, werd uitgehuwelijkt aan haar neef, en verliet hem na een jaar.

Ze ontdekte de vrijheidsstrijd van Egypte dat onder Brits mandaat stond, de Wafd-beweging die een aparte afdeling had voor vrouwen. Huda maakte zich sterk dat ze via de Wafdistische vrouwenbeweging haar dubbel doel kon bereiken: nationalistisch verzet en verbetering van de positie van de vrouw.

In 1923 richtte ze de Egyptische Feministische Unie op, werd er voorzitster van tot aan haar dood. Vanuit die functie – en met voldoende eigen financiële middelen – kon ze contact nemen met vrouwenbewegingen in andere landen. Dit leidde haar onder meer naar de Palestijne vrouwen. Ze was ook mede-oprichtster van de Arabische Feministische Unie.

Via liefdadigheidswerk en de steun van prinses Ain al-Hayat organiseerde ze mee  onderwijs voor de armere klasse en zorgde voor toenadering tussen de verschillende rangen en standen van Egyptische vrouwen.

Huda Sha’arawi kwam in contact met feministen uit andere landen, zoals Marguerite Clément (1886-1979) die vurig het stemrecht voor vrouwen in Luxemburg verdedigde en verkozen werd tot eerste vrouw in het Luxemburgs parlement.

Intussen bleef ze, samen met vele andere vrouwen, betogen tegen de Britse bezetting, een boycot van Britse producten en de mishandeling van vrouwen bij betogingen. De mannen konden de acties waarderen maar bleven in hun eisenpakket toch de vrouwen negeren.

De mannen konden de acties waarderen maar bleven in hun eisenpakket toch de vrouwen negeren.

Huda bleef internationale steun zoeken, sloot zich en haar Union aan bij de International Alliance of Women (IAW), dat een congres hield in Rome. Bij haar terugkeer in Cairo trok zij, samen met een andere afgevaardigde, haar sluier van het gezicht, onder groot applaus van de menigte vrouwen. De sluier was voor hen een symbool van onderdrukking.

Meer en meer vrouwen uit het Midden-Oosten sloten zich aan bij de IAW, met hun gezamenlijke eisen voor vrede, gelijkheid, democratie en de afschaffing van de prostitutie en vrouwen-en kinderhandel. Met deze laatste eis kon ze geen doorbraak realiseren. Eén van de redenen was dat de uitbaters van bordelen vaak in andere landen woonden waarover Egypte geen gerechtelijke bevoegdheid had.

Huda maakte kennis met de Britse Suffragiste Margery Corbett Ashby, voorzitster van de IAW, en met de Nederlandse feministen Rosa Manus en Christine Bakker-van Bosse. De IAW slaagde erin om, midden in de eerste wereldoorlog, in 1915, vrouwen uit de oorlogvoerende en neutrale landen bijeen te brengen in een vredescongres, in Den Haag, onder impuls van de Nederlandse feministe Aletta Jacobs (1854-1929).

Met Rosa Manus kwam het voor Huda tot een hechte vriendschap, die nochtans onder druk kwam te staan door Huda’s radicale standpunten ten voordele van de Palestijnen. Haar standpunten wekten bij de joodse Manus de vrees op voor anti-semitisme.

De kloof tussen Oosterse en Westerse feministen bleek groter dan Huda had ingeschat. Aan het congres dat ze inrichtte in 1938 onder de noemer ‘Oosterse Vrouwen voor de Verdediging van Palestina’ namen 67 vrouwen deel uit zes landen.

De kloof tussen Oosterse en Westerse feministen bleek groter dan Huda had ingeschat.

In 1944 richtte ze de Arabische Feministische Unie op, met het dubbele doel van gelijkheid van mannen en vrouwen en het bevorderen van Arabisch nationalisme, dit met de steun van koningin Farida en de Egyptische minister van onderwijs.

Huda kreeg de steun van pacifiste Eleanor Roosevelt, maar protesteerde tegen de Amerikaanse president Roosevelt, die volgens haar het zionisme steunde. De dolksteek kwam er toen in 1945 de Arabische Liga werd opgericht, en de vrouwen ervan uitgesloten werden.

Erfenis van Huda

Huda overleed in 1947 nadat ze zowel van binnen- als buitenland diverse medailles had gekregen. Haar memoires werden in 1987 in het Nederlands vertaald als ‘Haremjaren’.

Na haar dood verkregen de Egyptische vrouwen het kiesrecht, terwijl president Nasser tegelijk alle feministische activiteiten verbood zodat Huda’s organisatie zich verplicht zag zich te beperken tot liefdadigheid. In 1956 werd de Egyptische Feminist Union opgeheven en in 2011 terug opgericht onder de naam ‘Huda Sha’arawi Vereniging’.

Nawal El Saadawi. Foto: Haydn, Flickr/CC BY-NC-SA 2.0

Huda’s erfenis inspireerde andere vrouwen om haar strijd voort te zetten: Nabawiyya Mohamed Musa Badawi (1886-1951), die een grote rol speelde voor vrouwen in onderwijs en arbeid. Journaliste Aminah al-Said (1914-1995), die als eerste vrouw toegang kreeg tot de universiteit en strijd voerde tegen de verplichte hoofddoek.

Huda’s erfenis inspireerde andere vrouwen om haar strijd voort te zetten.

Saiza Nabarawi (1897-1985), die onder Huda’s vleugels redactrice werd van het Franstalige magazine van de EFU, ‘l’Egyptienne’. Uit de bijdragen blijkt dat de dubbele strijd voor vrouwenrechten en onafhankelijkheid werd verdergezet. Nabarawi richtte in 1951 het ‘Women’s Popular Resistance Committee’ op.

In België leerden wij een andere Egyptische activiste kennen toen ze in 2007 ons land bezocht en van de VUB/ULB het eredoctoraat mocht in ontvangst nemen: gynaecologe Nawal El Saadawi (1931-2021).

Zij schreef meerdere boeken over vrouwen in de islam en voerde strijd tegen genitale verminking van meisjes. In 1985 maakte een hele generatie feministen in België via haar kennis met het islamitisch feminisme. Ze noemde zichzelf een socialistische feministe; sommigen noemden haar de Arabische Simone de Beauvoir of ‘de meest radicale vrouw van Egypte’.

Ze werd heel haar leven geïntimideerd en vervolgd, en trok tijdelijk naar de Verenigde Staten, waar ze doceerde aan meerdere universiteiten. Na haar terugkeer naar Egypte in 1996 werd ze, wegens haar kritische stem, opgesloten in de gevangenis door president Anwar Sadat. Zelfs daar bleef ze verder schrijven en startte de organisatie Arab Women’s Solidarity Association (AWSA)

Op 6 maart 2023 herdenken we de start van de organisatie Egyptian Feminist Union honderd jaar geleden, niet toevallig in de ruimere context van 8 maart, de internationale dag van de vrouw.

Voor wie kennis wil maken met Nawal El Sadaawi: lees vooral ‘De gesluierde Eva: vrouwen in de Arabische wereld’. Lees ook de laudatio van de toenmalige rectoren van de VUB/ULB bij haar eredoctoraat. Ikzelf mocht haar tweemaal ontmoeten. Een heel indrukwekkende vrouw, een icoon, een voorbeeld.

Wie wil kennis maken met het islamitisch feminisme vandaag in Vlaanderen: neem contact met BOEH: Baas Over Eigen Hoofd, een Vlaamse feministische en antiracistische activistische organisatie die ontstaan is in 2007 uit de strijd tegen het hoofddoekenverbod voor stadsambtenaren in Antwerpen.

In 2021 bracht BOEH! een gelijknamig boek uit bij EPO, geschreven door leden Samira Azabar en Ida Dequeecker.

 

Monika Triest is feministe en auteur.

Creative Commons

take down
the paywall
steun ons nu!