Munt
Foto: www.elbpresse.de, Wikimedia Commens / CC BY-SA 4.0
Barbara Fritz, IPS Journal,

Gemeenschappelijke munt Brazilië en Argentinië: een stap naar grotere financiële autonomie

Argentinië en Brazilië streven naar een gemeenschappelijke munt. Zo’n eenheid kan de regionale handel stimuleren en leiden tot een grotere onafhankelijkheid ten opzicht van de VS.

maandag 20 februari 2023 12:12
Spread the love

 

Nog voordat Olaf Scholz begin deze week in Brasilia de pas herkozen Braziliaanse president Lula ontmoette, had Lula al zijn buurland Argentinië bezocht. Daar kondigde hij samen met zijn Argentijnse vakgenoot Alberto Fernandez aan te willen streven naar een gemeenschappelijke munt voor de regio. De internationale reactie bestond hoofdzakelijk uit wenkbrauwfronsen. ‘Dit is een verschrikkelijk idee,’ twitterde Nobelprijswinnaar Paul Krugman. Thomas Fischermann schreef in Die Zeit over ‘Zuiders droomgeld’. Is een gemeenschappelijke munt voor zuidelijk Latijns-Amerika dan pure, holle prietpraat?

Is een gemeenschappelijke munt voor zuidelijk Latijns-Amerika prietpraat?

Een monetaire unie, als die heel Latijns-Amerika zou omvatten, zou immers slechts vijf procent van het mondiale bruto binnenlands product betekenen. Peanuts als je het bijvoorbeeld vergelijkt met de 14% van de Europese Unie, zo berekende de Financial Times. Het idee stak regelmatig de kop op sedert het begin van Mercosur, de gemeenschappelijke markt van Latijns-Amerika, die begin jaren negentig werd opgericht. Als we Argentinië en Brazilië – veruit de twee grootste lidstaten – nader bekijken, is de zaak inderdaad niet eenvoudig. Beide landen lijden al lange tijd onder een lage en zeer volatiele groei en hebben onstabiele munten.

Ontmoeting tussen de president van Brazilië, Lula da Silva, en zijn Argentijnse vakgenoot Alberto Fernandez. Foto: Casa Rosada
Creative Commons Attribution 2.5 ar

Argentinië heeft zichzelf keer op keer insolvent moeten verklaren. Of het de volgende tranche van zijn schuld aan het Internationaal Monetair Fonds volgend jaar mei zal kunnen betalen, is nog steeds onduidelijk. Je hebt bijna drie cijfers nodig om de inflatie in het land van de wereldkampioenen voetbal uit te drukken. Wil Brazilië echt samenwerken met een buurland dat financieel zo instabiel is? Wie zou zo’n regionale munt in handen willen hebben? De gezamenlijke handel staat ook op een laag pitje (momenteel slechts tien procent van de buitenlandse handel van beide landen). Volgens Mundells klassieke theorie van optimale valutagebieden[i] zou de regio dus zeker niet in aanmerking komen voor een gemeenschappelijke munt.

De voordelen van een gemeenschappelijke munt

Toch zijn er enkele begrijpelijke redenen waarom de landen er inderdaad goed aan zouden doen hun munten dichter bij elkaar te brengen. En er is al een begin gemaakt met regionale valutasamenwerking die zeker mogelijkheden biedt. Zo kunnen beide landen via Mercosur industriële goederen exporteren, wat ze de laatste tijd steeds minder kunnen met andere handelspartners zoals de VS, Europa of China. Zelfs het grote Brazilië, dat tot tien jaar geleden in niet geringe hoeveelheden eindproducten en halffabrikaten exporteerde, is wereldwijd grotendeels teruggevallen op een positie van grondstoffenleverancier. Negentig procent van de Braziliaanse uitvoer bestond in 2020 uit producten als soja en ijzererts. In de handel met Argentinië verkoopt het land daarentegen 80 procent technologische goederen, vooral auto’s en auto-onderdelen.

Het grote Brazilië is wereldwijd grotendeels teruggevallen op een positie van grondstoffenleverancier

Dat is hoe Lula en de Argentijnse president Fernández de valutasamenwerking rechtvaardigden: als onderdeel van de revitalisering van Mercosur als intern en extern strategisch project. Het gaat erom hun onderhandelingspositie in de multilaterale instellingen en in de mondiale context te versterken. Maar bovenal maakt het ook deel uit van de strategie van herindustrialisering van de twee landen die de economie beter bestand moet maken tegen wereldwijde schokken. Een dergelijke regionale handel vereist echter een zekere coördinatie van de valuta.

Het feit dat de Argentijnse peso en de Braziliaanse real tegen verschillende koersen schommelen ten opzichte van de Amerikaanse dollar, maakt de handel tussen de buurlanden tot een onzekere aangelegenheid. Coördinatie is dringend nodig om opnieuw een regionale dynamiek tot stand te brengen. Een theorie van optimale valutazones, aangepast aan de problemen van het globale Zuiden, moet daarom de klassieke volgorde omkeren: het gaat hier niet om de creatie van een valutaeenheid tussen landen die al hoge gemeenschappelijke handelsvolumes uitwisselen; het gaat hier om het creëren van meer monetaire samenwerking die de economische Zuid-Zuid-integratie een boost moet geven.

Tegen de ‘verwapening’ van het wereldwijde geldwezen

De eurolanden kunnen het een en ander vertellen over het feit dat coördinatie van het economisch beleid tussen buurlanden een veeleisende onderneming is. Voor de regionale handel in het globale Zuiden zijn er echter bijkomende problemen, hoewel de oplossing ervan niet zo utopisch ver weg is. Het gaat om het opzetten van regionale betalingssystemen die wat meer onafhankelijkheid van de Amerikaanse dollar mogelijk maken. Want de dominantie van de dollar in het internationale betalingsverkeer is zo sterk dat de regionale handel – met uitzondering van de eurozone –  het meestal niet kan stellen zonder een omweg via de Amerikaanse munt. Een Braziliaanse exporteur moet zich door zijn Argentijnse importeur in dollars laten betalen en deze vervolgens weer omwisselen in Braziliaanse reals – en omgekeerd. Deze driehoekshandel valt duur uit voor de betrokken bedrijven.

De recente geopolitieke ontwikkelingen hebben de perceptie van afhankelijkheid van de Amerikaanse dollar nog versterkt. De landen van het Zuiden kijken met bezorgdheid naar de zogenaamde ‘verwapening’ van de mondiale financiën, het hanteren van het geldwezen als wapen. De uitgebreide uitsluiting van Russische banken, maar ook die van Iran, Cuba en Venezuela van het internationale betalingssysteem SWIFT toont aan dat het monetaire beleid een erg politieke aangelegenheid is. Afhankelijk zijn van de dollar betekent dus ook afhankelijk zijn van het buitenlands beleid van de VS, zoals de huidige Braziliaanse minister van Financiën Fernando Haddad vorig jaar al betoogde – reden waarom hij pleitte voor een gemeenschappelijke munt met beperkte reikwijdte.

De landen van het Zuiden kijken met bezorgdheid naar de zogenaamde ‘verwapening’ van de mondiale financiën

Als je verder leest dan de poeha in de media, gaat het huidige Zuid-Amerikaanse voorstel niet over een kopie van de euro, maar in de eerste plaats over een virtueel rekengeld – een rekeneenheid die door de deelnemende centrale banken ter beschikking wordt gesteld voor onderlinge handel, zodat die in lokale valuta kan blijven plaatsvinden. In Mercosur bestaat al een institutionele voorloper, het ‘Betalingssysteem in Lokale Valuta” (Sistema de Pagos en Moneda Local – SML ). Dat is al een bestaande, eerste vorm van institutionele samenwerking van centrale banken in de Mercosur waarvan het gebruik nog zeer beperkt en nauwelijks bekend is.

En dat is niet alles: Hoewel Mercosur het afgelopen decennium op vrijwel alle gebieden stagneerde of er zelfs op achteruit ging, heeft het betalingssysteem geleidelijk de kleinere Mercosur-landen Uruguay en Paraguay opgenomen. Zoals wij in een nieuwe studie aantonen, heeft het SML aanzienlijk bijgedragen tot de opbouw van vertrouwen tussen centrale banken. En laat het nu uitgerekend ‘vertrouwen’ zijn wat veel Latijns-Amerikaanse regionale projecten in het verleden ontbrak, zoals de voormalige Braziliaanse minister van Buitenlandse Zaken en uitstekend deskundige op het gebied van Latijns-Amerikaanse integratieprocessen Celso Amorim onlangs opmerkte.

Overigens blies West-Europa zijn regionale handel na de Tweede Wereldoorlog nieuw leven in met een soortgelijk regionaal betalingssysteem. Dat werd gevolgd door de kunstmatige munt ECU, die later de euro werd. Misschien zal Zuid-Amerika een soortgelijke weg willen volgen, zoals nu aangekondigd. Misschien zal het andere vormen van monetaire samenwerking ontwikkelen zoals een regionale digitale munt van de centrale bank, misschien zal de Chinese munt die aanstuurt op een sterker internationaal gewicht een grotere rol gaan spelen… Al deze ‘misschiens’ maken deel uit van de onzekerheden van de nieuwe multipolaire wereld.

 

Prof. Dr. Barbara Fritz is econoom en professor aan de Vrije Universiteit Berlijn en aan het Institut voor Latijns-Amerikaanse Studies.

Deze tekst verscheen in IPS-Journal. Vertaling: Jan Reyniers.

Note

[i] Robert A. Mundell: A Theory of Optimum Currency Areas, The American Economic Review, Vol. 51, No. 4, Sep., 1961, https://www.jstor.org/stable/i331432

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!