Protest tegen de sancties (in Washington DC) in Irak werd grotendeels genegeerd door de media. Foto: DM2011/CC BY-SA 3:0
Opinie, Mediakritiek -

Oorlogsmisdaden moeten veroordeeld worden, wie ze ook begaat, vandaag én dertig jaar geleden

In Oekraïne wordt infrastructuur voor o.a. drinkwatervoorziening vernield, wat terecht als oorlogsmisdaden wordt aangeklaagd. Gaat deze aanklacht over een edel principe dat altijd en overal van toepassing is, wie de daders ook mogen zijn? Dat kunnen we vaststellen uit deze terugblik op een andere invasie dertig jaar geleden en hoe verontwaardigd we toen reageerden op beschikbare informatie over oorlogsmisdaden.

donderdag 19 januari 2023 18:46
Spread the love

 

Inleiding van de redactie

De informatie die in deze analyse werd verwerkt is niet nieuw. Ze was reeds vrij beschikbaar dertig jaar geleden, sinds 1991,  voor wie wilde zoeken. De eerste verontwaardigde analyses die de VS veroordelen voor oorlogsmisdaden in Vietnam, Laos, Cambodja, Syrië, Irak, Libië, Afghanistan en Jemen moeten in onze media echter nog verschijnen. Deze cynische selectiviteit bemoeilijkt de vervolging van oorlogsmisdaden door anderen en maakt zo de nieuwe oorlogsmisdaden van het heden en de toekomst mogelijk.

Rusland misbruikt nu reeds het argument van de pot en de ketel tegen de VS en de NAVO. Commentatoren wijzen er tevens op dat Rusland vervolgen voor oorlogsmisdaden moeilijk zal zijn omdat Rusland de jurisdictie van het VN-Strafhof in Den Haag niet erkent. Het VN-Strafhof in Den Haag kan immers alleen optreden in landen die het Hof erkennen.

Rusland is daarin echter niet uniek. Er zijn nog landen die het statuut van het VN-Strafhof niet erkennen: Israël, Libië, China, Qatar én de VS. Oekraïne heeft het verdrag voor de erkenning reeds ondertekend in 2000, maar het parlement heeft het verdrag nog steeds niet geratificeerd en president Zelensky maakt er geen werk van, ook al heeft zijn partij de meerderheid in het parlement en drukt hij daar op heel wat andere vlakken zijn wil door.

De VS gaan nog een stap verder. Het is het enige land ter wereld dat zich in een wet het recht toeëigent om elke VS-soldaat die door het Hof zou worden berecht militair te ontzetten, ook al bevindt hij (meestal zijn het toch mannen) zich in een gevangenis in Den Haag.

Zolang de media verontwaardiging over oorlogsmisdaden selectief uiten, informeren zij de publieke opinie niet over wat er echt gaande is in de wereld. Dat gewone burgers op basis van deze eenzijdige informatie verontwaardigd zijn over de oorlogsmisdaden die worden begaan in Oekraïne, valt te begrijpen. Het gaat immers effectief over oorlogsmisdaden.

Journalisten en politici hebben dat excuus niet. Zij beschikken wél over de informatie om het hele verhaal te brengen. Hun medeplichtig zwijgen of goedpraten over de oorlogsmisdaden die door ons en onze bondgenoten werden/worden begaan, maakt de oorlogsmisdaden van de toekomst mogelijk.

…/…

Een Washington Post artikel, gepubliceerd op 23 juni 1991, citeerde ambtenaren van het VS-ministerie van defensie die toegaven dat VS-bombardementen in Irak zich niet enkel concentreerden op militaire doelwitten, maar dat de VS “haar strategische doelen wilde bereiken in de Perzische Golf door op grote schaal de Iraakse samenleving uit te schakelen en opzettelijk grote schade toe te brengen aan het vermogen van Irak om zich te herstellen als een industriële samenleving.”

Een ambtenaar van het Pentagon, die meegeholpen had met de planning van de bommencampagne, verklaarde: “Mensen zeggen: ‘je wist toch dat het bombarderen van de infrastructuur een effect zou hebben op de watervoorziening en de rioleringssystemen?’ Wel, wat probeerden we te doen met de sancties, denk je? Het Iraakse volk helpen? Nee, wat we deden met de aanvallen was het effect van de sancties vergroten.”

De VS besefte zeer goed de rampzalige gevolgen voor de Iraakse burgers, vooral kinderen, en toch gingen ze er mee door.

Gedeclasseerde documenten van het Defense Intelligence Agency (DIA) bewijzen dat de VS-regering opzettelijk de sancties tegen Irak gebruikte om de watertoevoer van het land te verminderen na de Golfoorlog. De VS besefte zeer goed de rampzalige gevolgen voor de Iraakse burgers, vooral kinderen, en toch gingen ze er mee door.

Geen enkele Iraakse stad werd zwaarder getroffen dan Fallujah . VS-soldaten sleurden patiënten uit het enige nog functionerende ziekenhuis, wat door de VS-media als ‘noodzakelijk’ werd afgedaan. Foto: US Marina Corps/Public Domain

Een eerste document, ‘Kwetsbaarheden van de Iraakse waterbehandeling’, dateert van 22 januari 1991. Het geeft weer hoe de sancties Irak verhinderen om zuiver water te verstrekken aan zijn burgers.

“Irak hangt af van de invoer van gespecialiseerd materiaal en sommige chemische stoffen om zijn watervoorraad te zuiveren, dat meestal zwaar gemineraliseerd is en vaak brak door het zout,” stelt het document.

“Zonder de leveringen van zowel wisselstukken voor waterbehandeling als sommige essentiële chemicaliën, zal Irak blijven pogen om de VN-sancties te omzeilen om deze vitale goederen in te voeren. Een faling om de bevoorrading te verzekeren zal resulteren in een tekort aan zuiver drinkwater voor een groot deel van de bevolking. Dit kan leiden tot een verhoogd aantal ziektes, misschien zelfs epidemieën.”

Tijdens de sancties werden de grote aantallen gestorven kinderen (in de witte kistjes) begraven in processiestoeten. Foto: gicj.org

Het document bevat een groot aantal technische details over de kwaliteit van de Iraakse watervoorraad. De kwaliteit van onbehandeld water “is over het algemeen slecht”, en dergelijk water drinken “kan leiden tot diarree”, aldus nog het document.

Het vermeldt tevens dat de Iraakse rivieren “erg vervuild zijn en veel bacteriën en ziektekiemen bevatten. Tenzij het water gezuiverd wordt met chloor, kunnen epidemieën van ziektes zoals cholera, hepatitis en tyfus voorkomen.”

Het document meldt daarnaast dat de invoer van chloor onder het embargo valt. “Recente rapporten tonen aan dat de chloorvoorraad kritisch laag is. “Voedsel en medicijnen zullen ook aangetast worden. Voedselverwerking, elektronische en vooral farmaceutische bedrijven hebben extreem zuiver water nodig dat vrij is van biologische vervuilers”.

Foto: gicj.org

Het document vermeldt verder nog mogelijke Iraakse tegenmaatregelen om zuiver drinkwater te bekomen ondanks de sancties.

“Irak zou mogelijk water kunnen vervoeren van reservoirs in de bergen naar de stedelijke gebieden. Maar de mogelijkheid om zo aanzienlijke hoeveelheden te winnen is erg beperkt,” meldt het document.

“Het gebrek aan pompstations zou het aanleggen van pijpleidingen naar deze reservoirs beperken. Bovendien zou het water, zonder zuivering door chloor, nog steeds biologische vervuilers bevatten. Sommige rijke Irakezen zouden hun eigen minimale voorraad water van goede kwaliteit kunnen halen uit bronnen in Noord-Irak. Gekookt zou dit water veilig gebruikt kunnen worden. Armere Irakezen en industrieën die grotere hoeveelheden nodig hebben, zouden niet in staat zijn aan hun behoeften te voldoen.”

Huiveringwekkend koel wordt beschreven wat er te gebeuren staat: “Irak zal lijden onder toenemende tekorten aan zuiver water door gebrek aan de vereiste chemicaliën en zuiveringselementen.”

Het document spreekt ook over de beperkte mogelijkheden inzake het gebruik van regenwater. “Neerslag komt in Irak voor tijdens de winter en de lente, maar valt vooral in de noordelijke bergen. Sporadische regens komen soms voor in de lagere vlakten, maar Irak kan niet vertrouwen op regen om voldoende zuiver water te verkrijgen.”

Als alternatief “zou Irak kunnen proberen de VN of individuele landen te overtuigen toebehoren voor waterbehandeling vrij te stellen van sancties voor humanitaire redenen,” zegt het document. “Het land probeert waarschijnlijk ook toebehoren aan te kopen door enkele sympathiserende landen te gebruiken als front. Als zulke pogingen mislukken, zijn de Iraakse alternatieven niet toereikend voor hun nationale vereisten.”

Huiveringwekkend koel wordt beschreven wat er te gebeuren staat: “Irak zal lijden onder toenemende tekorten aan zuiver water door gebrek aan de vereiste chemicaliën en zuiveringselementen. Ziektes, ook mogelijke epidemieën, zullen waarschijnlijk opduiken tenzij de bevolking zo voorzichtig is om het water te koken.”

Het document geeft ook een tijdschema voor de vernietiging van de Iraakse watervoorraad. “Iraks algemene mogelijkheid voor waterbehandeling zal langzaam verminderen, eerder dan een plotse stopzetting. Hoewel de capaciteit voor waterbehandeling nu al vermindert, zal het waarschijnlijk ten minste zes maand duren (tot juni 1991) voor het systeem volledig platligt.”

Nog meer bezwarende documenten

Een ander document, “Informatie over ziektes”, dateert ook al van 22 januari 1991. “Onderwerp: effecten van bombardementen op het opduiken van ziektes in Bagdad.” De analyse zegt botweg: “Toenemende ziektegevallen zullen te wijten zijn aan de vermindering van normale preventieve medicijnen, afvalverwerking, waterzuivering, distributie, elektriciteit”.

Foto: gicj.org

Het document gaat verder met het opnoemen van mogelijke ziekten. Het vermeldt “acute diarree” veroorzaakt door bacteriën zoals Escherichia coli, shigella, en salmonella, door protozoa zoals giardia, die vooral kinderen zullen treffen, of door het rotavirus, dat ook vooral kinderen zal treffen.

En het citeert ook mogelijke uitbraken van typhus en cholera. Het document waarschuwt dat de Iraakse regering “de VS zou kunnen beschuldigen voor de publieke gezondheidsproblemen veroorzaakt door het militair conflict.”

Nog een DIA-document, ‘Uitbraak van ziektes in Irak’, dateert van 21 februari 1991. Het stelt: “Voorwaarden zijn gunstig voor het uitbreken van besmettelijke ziektes, vooral in grote stedelijke gebieden die aangetast zijn door de bombardementen van de coalitie. Infectieziektes in grote Iraakse stedelijke gebieden die het doelwit waren van de bombardementen (Bagdad, Basra) zijn ongetwijfeld toegenomen sinds het begin van Operation Desert Storm. (…)”

“De huidige publieke gezondheidsproblemen zijn te wijten aan de vermindering van normale preventieve medicijnen, afvalverwerking, waterzuivering en -distributie, elektriciteit en de afnemende mogelijkheid om uitbraken van ziektes te controleren.”

Dit document somt de “meest waarschijnlijke ziektes” op die zouden voorkomen gedurende de volgende zestig-negentig dagen (in dalende volgorde): diarree (vooral kinderen); acute ademhalingsziektes (verkoudheden en griep); typhus; hepatitis A (vooral kinderen); mazelen; difterie; en pertussis (vooral kinderen); meningitis, inclusief meningococcen (vooral kinderen); cholera (mogelijk, maar minder waarschijnlijk).”

Net als het vorige document, wordt gevreesd dat de Iraakse regering de “toename van ziektes zou kunnen gebruiken als propaganda”.

Protest voor het Britse parlement, niet in de Britse media. Foto: gicj.org

Volgens een rapport van UNICEF/WHO, bedraagt de hoeveelheid drinkbaar water minder dan 5% van de oorspronkelijke voorraad. Er zijn geen operationele installaties voor water- en afvalwater- behandeling, en het aantal gevallen van diarree is vier keer hoger dan normaal. Bovendien nemen ademhalingsziektes toe. Vooral kinderen zijn getroffen door deze ziektes.”

Een ander document, ‘Gezondheidstoestand in Irak, juni 1991’, meldt dat de DIA een “observator” naar Irak stuurde “om de gezondheidstoestand in te schatten en de meest kritische medische noden vast te stellen. Deze bron stelt vast dat het Iraakse medisch systeem in een chaotische staat verkeert, medische faciliteiten zijn geplunderd, en bijna alle medicijnen zijn slechts in een zeer beperkte voorraad aanwezig.”

In één vluchtelingenkamp, Cukurca, “heeft minstens 80% van de bevolking diarree en zijn epidemieën van cholera, hepatitis B en mazelen uitgebroken. Er is ook een ziekte, te wijten aan eiwittekort, die voor het eerst waargenomen werd in Irak”.

Foto: gicj.org

En verder: “Buikvliesontsteking doodt kinderen. In het Zuiden zijn 80% van de dodelijke slachtoffers kinderen (met uitzondering van Al Amarah, waar 60% van de doden kinderen zijn).”

Zoals deze documenten aantonen, wisten de VS dat de sancties het waterbehandelingssysteem in Irak zou vernietigen. Ze wisten perfect wat de gevolgen zouden zijn: verhoogde uitbraken van ziektes en hoge kindersterftecijfers.

En ze waren meer bezorgd over de public-relations-nachtmerrie voor Washington dan voor de actuele nachtmerrie die de sancties creëerden voor onschuldige Irakezen.

De Conventies van Genève zijn zeer duidelijk. Artikel 54: “het is verboden om zaken die onmisbaar zijn voor het overleven van de burgerbevolking aan te vallen, te vernietigen, te verwijderen of onbruikbaar te maken”.

De Conventies van Genève zijn zeer duidelijk. Het Aanvullend Protocol van 12 augustus 1949 vermeldt: “Bescherming van slachtoffers van internationale gewapende conflicten,” Artikel 54: “het is verboden om zaken die onmisbaar zijn voor het overleven van de burgerbevolking aan te vallen, te vernietigen, te verwijderen of onbruikbaar te maken, zoals voedsel, oogst, vee, drinkwaterinstallaties en –voorraden, en irrigatiewerken, met als specifiek doel hun voedingswaarde te ontzeggen aan de burgerbevolking of de tegenpartij, wat ook het motief mag zijn, hetzij het uithongeren van burgers, hen dwingen tot vertrekken of voor eender welk ander motief.”

Doden werden verzameld in turnzalen. Foto: gicj.org

Dat is echter precies wat de Amerikaanse regering deed, met voorbedachten rade. De sancties, die meer dan een decennium lang werden opgelegd, vooral op aandringen van de VS en Groot-Brittannië zijn een schending van de Conventies van Genève. Ze zijn een systematische inspanning om, in de eigen woorden van de documenten, Iraks watervoorziening “volledig uit te schakelen”.

Op een hoorzitting op 7 juni 2001 verwees VS Congreslid Cynthia McKinney naar het document ‘Kwetsbaarheden van Iraks waterbehandeling’: “De Iraakse publieke drinkwatervoorraad aanvallen treft op flagrante wijze burgers en is een schending van de Conventie van Genève en van de fundamentele wetten van beschaafde landen.”

Washington heeft voortdurend geweigerd om de import toe te laten van chemicaliën en uitrustingselementen die nodig waren om Iraaks water te zuiveren.

Niemand kan beweren dat de regering van de VS niet wist wat ze deed.

Congreslid Tony Hall schreef aan Minister van Buitenlandse Zaken Madeleine Albright: “De voornaamste doodsoorzaak bij kinderen onder de vijf jaar – diarree – heeft epidemische proporties aangenomen, vier keer meer dan in 1990 (…). Het blokkeren van contracten voor de water- en zuiveringssectoren zijn de belangrijkste reden voor de toename van ziekte en dood. Van de achttien contracten, kwamen alle blokkeringen behalve één, van de Amerikaanse regering.  De contracten zijn voor chemicaliën voor zuivering, chloor, chemische doseerpompen, watertanks, en andere uitrusting.”

Niemand kan beweren dat de regering van de VS niet wist wat ze deed. Professor Ian Roberts van de London School of Hygiene and Tropical Medicine opperde dat het opzettelijk bombarderen van watervoorziening, sanitaire installaties, rioleringssystemen en elektriciteitscentrales, een vorm is van biologische oorlogsvoering, omdat epidemieën zoals tyfus en cholera, diarree, hepatitis daarvan het gevolg zijn.

Bijkomend is het beperken van de toegang tot essentiële geneesmiddelen en verbod op de invoer van medische apparatuur door het embargo, een aanval op toch al kwetsbare bevolkingsgroepen, zoals kinderen beneden 5 jaar, omdat eenvoudige respiratoire virussen, zoals een bronchitis, al fataal kunnen zijn.

“Elke kwaadwillige interventie die het vermogen van een burgerbevolking schaadt om te weerstaan aan infecties is een vorm van biologische oorlogsvoering”, aldus Roberts.

Kinderen zijn de grootste slachtoffers

In de zes maanden die volgden op de oorlog verdrievoudigde de kindersterfte, goed voor nog eens 46.900 doden. In 1995 waren er volgens UNICEF omwille van het embargo al meer dan 500.000 kinderen onder 5 jaar gestorven.

Het totale aantal slachtoffers, dat omwille van embargo-gerelateerde oorzaken is overleden bedroeg eind december 2002, volgens de cijfers van het Iraaks Ministerie van Volksgezondheid, 1.806.915, waaronder 755.732 kinderen beneden 5 jaar, overleden omwille van een economische wurggreep die ongezien was in de geschiedenis van de mensheid.

Dit was een collectieve straf, opgelegd aan de gehele bevolking van Irak, als middel om druk uit te oefenen op de Iraakse regering.

Toen aan VS-minister van Buitenlandse Zaken Madeleine Albright in 1996 werd gevraagd of ze dacht dat de sancties tegen Irak de dood van een half miljoen Iraakse kinderen wel waard was, antwoordde Albright laconiek: “Het was een zeer moeilijke keuze, maar we denken dat het de prijs waard is.” (het echte cijfer was 567.000, nvdr).

Volgens eenUNICEF-rapport, gepubliceerd in december 2000, was Irak het droevige lot toebedeeld om van al de 188 landen waar de organisatie werkzaam was, het land te zijn met de grootste stijging van de kindersterfte gedurende de periode 1990-1999. De distributie van de hulpgoederen gebeurde nochtans op een bevredigende manier door de Iraakse autoriteiten, daar waren alle hulporganisaties (UNICEF, WHO, FAO etc..) het over eens.

“Volgens Saddam Hoessein hebben de sancties 500.000 kinderen gedood. Dat was ‘een spectaculaire leugen'”, volgens The Washington Post. Niet Saddam Hoessein gaf dat cijfer maar UNICEF, de WHO en het Rode Kruis.

Anupama Rao Singh, vertegenwoordiger van UNICEF in Irak zei op 4 maart 2000 in de Britse krant The Guardian: “De veranderingen die het land de voorbije 10 jaar heeft ondergaan zijn nooit eerder gezien.”

“In 1989 was de alfabetiseringsgraad 95% en 93% van de bevolking had gratis toegang tot moderne medische voorzieningen. Ouders kregen een boete als ze hun kinderen niet naar school stuurden. Het fenomeen van straatkinderen en bedelende kinderen was onbestaande.”

“Irak had het stadium bereikt waarbij de basis-indicatoren die we gebruiken om het algehele welzijn van de mens te meten, met inbegrip van kinderen, tot de beste ter wereld behoorden. Nu is Irak gezakt naar de onderste 20%”

“Irak had het stadium bereikt waarbij de basis-indicatoren die we gebruiken om het algehele welzijn van de mens te meten, met inbegrip van kinderen, tot de beste ter wereld behoorden. Nu is Irak gezakt naar de onderste 20%. Op 10 jaar tijd is de kindersterfte van een van de laagste in de wereld, tot de hoogste gestegen.”

Prof. Richard Garfield van Columbia University (VS): “Irak is het enige voorbeeld in de afgelopen 200 jaar, waar in een stabiele populatie van meer dan 2 miljoen mensen, een aanhoudende stijging van het sterftecijfer werd waargenomen.”

 

Bronnen:

The Role of Iraq Water Treatment Vulnerabilities in Halting Genocide and Preventing Others, University if Texas, July 2001.

Sanctioned Genocide: Was the price of disarming Iraq worth it? Rob Kennedy, Reliefweb, July 2003

The Secret Behind the Sanctions: How the US Internionally Destroyed Iraq’s Water Supply. Thomas J. Nagy, The Progressive Magazine, September 2001

‘Iraq Water Treatment Vulnerabilities’: a challenge to pubic health ethics. Graeme McQueen et al. National Library of Medicine, April-June 2004

Iraq: 1989-1999, a decade of sanctions, International Committee of the Red Cross, December 1999

Water in Armed Conflicts. International Committee of the Red Cross, November 1994

Razing the Truth About Sanctions Against Iraq. Geneva International Centre for Justice

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!