Om de hoek van de ingangspoorten van het Klein Kasteeltje, waar al maanden veel mensen op straat slapen.
Reportage -

Opvangcrisis Klein Kasteeltje: “Wat België doet is illegaal over de hele lijn”

Elke dag belanden tientallen mensen op straat na hun asiel-aanmelding bij het Klein Kasteeltje. Velen van hen slapen er nu al meer dan 40 dagen op een stuk karton. En elke dag opnieuw wordt het voor tientallen mensen onmogelijk gemaakt om überhaupt asiel aan te vragen. “Wat België vandaag doet is illegaal over de hele lijn. En hoewel het misschien minder in de media komt dan in 2015, is er sindsdien nog niets veranderd”, vertelt mensenrechtenactiviste bij Vriendschap Zonder Grenzen Riet Dhont.

woensdag 17 augustus 2022 11:15
Spread the love

 

De Belgische Staat is dit jaar al meer dan 1.000 keer veroordeeld voor het niet nakomen van zijn plicht om de mensen op te vangen die in ons land internationale bescherming aanvragen [1]. Onze regering kiest er vandaag voor om elke dag tientallen extra mensen op straat te laten slapen.

Vluchtelingenwerk Vlaanderen trok daarom met een aantal andere sociale en humanitaire organisaties midden juli aan de alarmbel. Ze riepen de Belgische regering op om in alle urgentie crisisopvang te organiseren en lieten weten dat de voorstellen van nieuw aangesteld staatssecretaris voor Asiel en Migratie de Moor, om 750 slaapplaatsen te voorzien vanaf augustus, niet volstaan. De regering biedt intussen geen noodhulp en het zijn vooral de humanitaire organisaties die eerste bijstand bieden.

DeWereldMorgen ging naar het Klein Kasteeltje om te kijken hoe de situatie er momenteel uitziet.

Woensdag 10 augustus: afspraak om 8u20 aan Klein Kasteeltje

‘Geen plaats’, alleen op straat

Ongeveer 250 mensen staan aan te schuiven in de richting van de grote poorten van het Klein Kasteeltje in Brussel. Hier, aan het oudste en grootste opvangcentrum van België dat sinds 2018 ook dienst doet als aanmeldcentrum, begint de vaak lange en ingewikkelde asielprocedure van mensen op de vlucht die in ons land aankomen. Ik heb afgesproken met Riet Dhont, die al sinds een jaar na de opening van het Klein Kasteeltje in ‘87 betrokken is bij het Belgische opvangbeleid, en vandaag terugkijkt op 7 jaar voedselbedeling met Vriendschap Zonder Grenzen aan diezelfde poorten.

Mensen die wachten om zich aan te melden, woensdag 10 augustus, rond 8u.

Registratiepapieren worden uitgedeeld woensdag 10 augustus 8u30.

“Deze 250 mensen zijn alleenstaande mannen, gezinnen en niet-begeleide minderjarigen. Gezinnen en niet-begeleide minderjarigen krijgen altijd voorrang, zij mogen zich diezelfde dag laten registreren [2], en krijgen zonder twijfel opvang”, vertelt Riet.

Van de rij alleenstaande mannen blijft er een tiental over. De groene papiertjes die worden uitgedeeld zijn net op als zij aan de beurt zijn. Voor hen begint het opnieuw, zij blijven in hete temperaturen buiten aan het Klein Kasteeltje staan en blijven er ‘s nachts ook slapen om zeker te zijn van hun plek in de rij voor de volgende dag. Maar zij niet alleen, want Riet vertelt mij dat er sowieso voor alleenstaande mannen al maanden geen slaapplaats is.

Een tiental mensen (alleenstaande mannen) mogen woensdag 10 augustus niet binnen om zich aan te melden. Poort Klein Kasteeltje (rechts) in de Passendalestraat. Foto: Evi Van Thienen

“Als zij niemand kennen of geen familie hebben in België die hen een slaapplek kan bieden, slapen zij sowieso op straat. Zij krijgen te horen dat er geen slaapplaats is. Er worden geen alleenstaande mannen meer opgevangen.” Als zij al wel genoeg vooraan in de rij stonden, kunnen ze zich voor een asielaanvraag aanmelden, maar op straat belanden ze zonder twijfel.

“Dit is 100 procent illegaal, van de staat. Een flagrante schending van de rechten van de mens en van de wet.”

Dit hoor je de afgelopen maanden op de radio en lees je in de kranten, maar het gebeurt ook effectief. En omdat het zo gecommuniceerd wordt, wil dat niet zeggen dat het normaal is. Er slapen mensen op straat. En dat is illegaal, los van de vraag of het al dan niet verontwaardiging oproept. Het gaat over mensen die er in veel gevallen een traumatische vlucht op hebben zitten.

“Wat België doet, is 100 procent illegaal. Een flagrante schending van de rechten van de mens en van de wet”, benadrukt Riet.

Iedereen krijgt dit papier mee bij de aanmelding, waarop staat: “Wegens de verzadiging van het opvangnetwerk kan Fedasil momenteel niet aan iedereen een opvangplaats garanderen. U kunt uw verzoek om internationale bescherming laten registreren bij Dienst Vreemdelingenzaken. Daarna wordt u naar de uitgang begeleid.”

Foto: Evi Van Thienen

“Mais, il n’y a pas de solution?”

Aan het Klein Kasteeltje liggen overal slaapzakken. We spraken twee Afghaanse mannen die hier al 35 dagen op straat slapen. 35 dagen geleden stonden ze hier in de rij aan te schuiven, wachtend op dat papiertje. Ze lieten ons zien dat ze schurft hebben, ze zijn ziek en worden niet verzorgd. Hun eerste interview is bijna twee maanden na hun aanmelding, eind augustus. Eén van hen heet Rahmani.

Ook aanwezig; iemand die al een tijd in België is en hier ook werkt. Hij wil een vriend helpen. “Hij is ziek, maar hij mag zich vandaag niet aanmelden en heeft geen slaapplaats”. Riet moet hierop (met pijn in het hart) zeggen dat het altijd hetzelfde is en ze hier niets aan kan doen. Verslagen en vol ongeloof vraagt de man: “Mais, il n’y a pas de solution?”. Zijn vriend was een collega van zijn papa in Syrië. “Nee, er is geen oplossing.”

“Onder druk van extreemrechts wil onze regering de situatie op het terrein niet zien noch aanpakken.”

Hoe leg je dat uit, aan iemand die medische zorgen nodig heeft? Riet vertelt over een werkneemster van Fedasil, die elke dag hier aan de poort staat. “Zij is moe”, zegt Riet. “Onder druk van extreemrechts wil onze regering de situatie op het terrein niet zien noch aanpakken. De werknemers van Fedasil moeten het vuile werk doen.” Ze neemt de mensen in de buurt van het opvangcentrum ook niets kwalijk, zij zijn het beu en kunnen de huidige situatie ook niet meer aan.

“Iedereen is ziek hier, ja natuurlijk, ze krijgen geen basishygiëne, iedereen heeft hier schurft”. Even daarvoor kwam een man uit Libië naar ons toe, en vroeg aan Riet: “Vous pouvez me donner un avocat?”. “Ja, je kan bij Ciré terecht”, waarop we het nummer van de organisatie gaven. Hij toonde de papieren die hij had gekregen, met twee doorgestreepte data. Zijn interview bij het CGVS is twee keer geannuleerd en uitgesteld. Nog een langere asielprocedure.

Loterij

Even later verwijst Riet me naar een man met een bril op, die om 8u20 als vierde in de rij staat. “Hij stond hier gisteren al. Toen hij aan de beurt was, stopten ze de registraties. Hij bleef hier deze nacht, nu staat hij helemaal vooraan.” Zijn schoonbroer Nadim wacht aan de andere kant van de straat. Ze komen uit Syrië, Nadim is hier al enkele jaren. Hij voert het woord, want zijn schoonbroer spreekt geen Frans of Nederlands. “Ik heb Fadi gisterenochtend naar hier gebracht, we waren hier om half 5 in de ochtend. Maar er waren al zo veel mensen, dat hij net niet binnen kon voor zijn aanmelding.”

“Ze lieten toen een 30-tal alleenstaande mannen binnen”, gaat hij verder. “Fadi was er net niet bij. We bleven dan maar slapen.” Hij woont in Peer, Limburg. Daar mag Fadi nu tijdelijk wonen, hij is dan nog bij de gelukkigen, terwijl hij afgelopen nacht door een hel is gegaan.

“Ik heb geen seconde geslapen. Midden in de nacht, zo tegen 4 uur komen nieuwe mensen aan, en springen over de hekken en proberen dan voor te steken”, zegt Fadi. Precies een loterij.

“Ze hebben iedereen met waterkanonnen naar de andere kant van het gebouw verdrongen, daar mochten we wel slapen. Je had er toen moeten bij zijn”, vertelt Fadi me.

“Uit schrik om je plaats in de rij kwijt te spelen, blijft iedereen in de rij slapen. Maar omdat dat niet mag, komt op een gegeven moment de politie. Ze hebben iedereen met waterkanonnen naar de andere kant van het gebouw verdrongen, daar mochten we wel slapen. Je had er toen moeten bij zijn”, vertelt Fadi me.

“Een grote groep komt uit Burundi”, gaat Riet verder. Die zijn hier ook onlangs toegekomen, zij krijgen geen opvang. De verontwaardiging spat van hun gezichten, hoe kan je uitleggen dat zij geen plek krijgen om te slapen, en bovendien niet hun recht gewaarborgd zien om asiel aan te vragen?

Ook verder door in de Passendalestraat, voorbij de zwarte poort slapen mensen op straat.

Een van de Burundese mannen vertelt: “Gisteren belde ik naar Samusocial [3] om te horen of we daar konden slapen deze nacht. ‘Geen plaats’. Vandaag bel ik terug om 16u.” Op een gegeven moment, na een paar gesprekken hier en daar, hoor je de definitieve klap. Het is de poort van het Klein Kasteeltje die met een luide weergalm toeslaat. “Het is gedaan voor vandaag”, zegt Riet. “Elke keer, elke dag hetzelfde.”

Een tiental mensen blijft in de rij staan, ondertussen is ook de politie present. De mensen worden aangemaand om weg te gaan, maar zij die vandaag niet de kans kregen zich te registreren, blijven hopeloos vragen stellen aan de poort, terwijl daar niemand meer staat die hen kan helpen. Zodra de poorten sluiten, is er enkel nog security en politie te zien. Zij hebben geen antwoorden klaar.

“Nog niets veranderd sinds 2015”

Uiteindelijk moet iedereen weg uit de Passendalestraat, de straat voor de grote poort van het Klein Kasteeltje. Velen van hen spenderen de dag en nacht op hun slaapzakken in de buurt. Riet benadrukt dat het belangrijk is om te spreken over een ‘opvangcrisis’, en niet over een ‘vluchtelingencrisis’.

Ze vertelt dat exact 7 jaar geleden op deze dag ze met Vriendschap Zonder Grenzen met voedselbedeling begonnen naar aanleiding van de crisis in 2015. “‘Open Grenzen’ was de voorganger, de organisatie die het levenslicht zag in ’87, een jaar na de opening van het Klein Kasteeltje.” Daar zagen ze schrijnende toestanden en willekeur bij de behandeling van de asielzoekers. Zo begonnen ze met de eerste acties om een humane behandeling te vragen voor vluchtelingen.

“En hoewel het misschien minder in de media komt, is er sindsdien nog niets veranderd. Er worden continu Fedasil-opvangcentra geopend, maar die blijven steeds tijdelijk open. Er wordt dan bijvoorbeeld gebruik gemaakt van een hotelgebouw, een oud rusthuis, en als investeerders of ondernemers op de privémarkt beslissen om weer in die gebouwen te investeren dan moeten de centra weer sluiten”, vertelt Riet.

“Ze vinden niemand om de centra te beheren.” 

Zo’n geval is het huidige opvangcentrum in Molenbeek, dat binnenkort moet sluiten. “Daar zitten veel vluchtelingen uit Oekraïne die daar ook geen permanente verblijfsvergunning hadden, zoals bijvoorbeeld studenten uit Somalië.” De burgemeester van Molenbeek, Catherine Moureaux (PS), vroeg de sluiting, en heeft daar in de rechtbank gelijk in gekregen. Haar argument was dat het gebouw voordien als rusthuis maar kon dienen voor 140 oudere mensen. En dit terwijl het opvangcentrum voor 750 mensen bedoeld was, een onmenselijke situatie dus.”

“Maar ja, waar moeten die mensen nu dan naartoe?”, zegt Riet. “Ik ben bang om het ze te vertellen.” Ze vertelt ook dat de stad Brussel recent een gebouw aan de Lombardstraat, vlak bij het station Brussel-Centraal, ter beschikking heeft gesteld voor mensen op de vlucht. “Weet je wat ze daarvoor gedaan hebben? Ze belden mij op met de vraag of ik niet iemand ken die dat centrum kan beheren, at random. Het is allemaal zo slecht geregeld. Ze vinden niemand om de centra te beheren.” 

“Nu gaat er een nieuw centrum openen in Berlaar, maar daar zijn ook maar maximaal 750 mensen welkom, en met een stapsgewijze capaciteitsopbouw, dat wil zeggen dat er per dag maar een enkele 20 extra kunnen worden opgevangen. Dat is verre van genoeg, daarmee los je het probleem niet op. En dan was er het idee om lege hotelkamers te gebruiken, maar daar wil de overheid niet op ingaan.”

Dinsdag 16 augustus: afspraak om 8u00 aan Klein Kasteeltje

Feestdag

Vandaag is het 16 augustus, één dag na een feestdag. Vorige week woensdag vertelde Riet me bezorgd dat ze haar hart al vasthield voor vandaag. “Het is weer een feestdag geweest. De mensen die ‘s nachts al aanschoven, weten niet dat het centrum die dag niet opengaat. Je had dat moeten zien op 21 juli.”

Ook de mensen van Vluchtelingenwerk Vlaanderen staan er weer, zij tellen dagelijks hoeveel mensen Fedasil binnenlaat. Er wordt gezegd dat de kans bestaat dat ze vandaag niet alle gezinnen kunnen binnenlaten. De groep niet-begeleide minderjarigen is groot. Alexia-Maria Giakkoupi van Vluchtelingenwerk Vlaanderen telt er 57. Van de alleenstaande mannen mogen er vandaag maar 20 binnen, wat – opnieuw – niet wil zeggen dat zij een slaapplek krijgen, zij krijgen gewoon hun papier met hun afspraak bij het CGVS.

Dinsdag 16 augustus aan het Klein Kasteeltje, omdat het de dag na een feestdag is, zijn er veel mensen. Heel veel niet-begeleide minderjarigen: Vluchtelingenwerk Vlaanderen telt er 57.

“De crisis is al in november begonnen”, zegt Alexia. “Ik zie nog zo voor me hoe ze toen onderdak bouwden met karton. Nu zijn er meer dan 70 alleenstaande mannen die zich vandaag niet gaan kunnen laten registreren.” Het aantal slaapzakken is ten opzichte van vorige week weer toegenomen.

“Voor corona was er nog een infolijn die je kon bellen als de poorten gesloten waren, die is er nu ook al niet meer. En ze beantwoorden hun mails ook niet meer.”

“Ik kom hier om te zoeken naar slaapplek”

Ik spreek met iemand afkomstig uit Kameroen, hij heeft zijn afspraak al, maar heeft geen plaats om te slapen. Hij staat aan de overkant van de straat en vertelt me dat hij hier al 12 dagen is. Hij komt bijna elke dag naar het Klein Kasteeltje en kijkt naar de situatie vanaf 8u ‘s morgens, wanneer de poorten openen. “Ik kom hier naartoe om te zoeken naar een slaapplek.” Wanneer de jongsten in de rij naar binnengaan, zegt hij: “Ah, les mineurs sont beaucoup aujourd’hui.”

Alexia vertelt: “Met Vluchtelingenwerk Vlaanderen proberen we het hier wat te monitoren, cijfers te verzamelen, als er nog gezinnen aankomen nadat de poorten zijn gesloten, proberen we nog aan te bellen in de hoop hen te kunnen aanmelden. Voor corona was er nog een infolijn die je kon bellen als de poorten gesloten waren, die is er nu ook al niet meer. En ze beantwoorden hun mails ook niet meer.”

Ze vertelt dat advocaten van Vluchtelingenwerk Vlaanderen mensen die geen slaapplek hebben proberen te helpen via een gerechtelijke procedure die Fedasil onmiddellijk verplicht om deze mensen op te vangen. “Vroeger konden mensen binnen de week aan een slaapplek geraken na de procedure via de rechtbank, nu duurt dat meer dan 30 dagen. Alles gaat heel traag, nergens is genoeg personeel om te helpen.”

Iedereen vertrekt, alles wordt opgeruimd en gekuist door de straatdienst, maar hun kartonnen bedden zijn de mensen kwijt.

Voor een auto springen

We zien een man passeren die ons een zelfgeschreven karton laat zien, waarop staat dat hij niets anders kan doen dan voor een auto springen, aangezien hij hier al 42 dagen op straat slaapt. Alexia vertelt dat ze onlangs een man had gezien die 40 pillen naar binnen had geslikt, uit wanhoop. “De mensen weten dat ook niet, zij komen hier aan en denken opgevangen te worden, maar komen dan te weten dat ze geen plek krijgen om te slapen.”

Als ik met Alexia praat over het draagvlak bij de bevolking dat klein lijkt, zegt ze: “Het is belangrijk om te onthouden dat deze mensen recht hebben op opvang. Voormalig staatssecretaris van Asiel en Migratie Sammy Mahdi begon in de media altijd over de Dublin-procedure, maar dat betekent nog altijd niet dat deze mensen op straat moeten slapen. Dat is tegen de wet.”

De politie maant iedereen aan weg te gaan.

Vandaag is de politie vroeg. Met agressieve toon en gebaren verplichten ze iedereen om de straat te verlaten, niet enkel de weg naar de poorten, maar ook de straat aan de andere kant van het gebouw, waar alle matjes en slaapzakken liggen en waar ook veel mensen liggen te slapen. Iedereen vertrekt, alles wordt opgeruimd en gekuist door de straatdienst. De mensen zijn hun kartonnen bedden kwijt.

“Ik ga naar de burgemeester bellen”, sluit Riet ons gesprek af.

 

Lees ook: Riet Dhont: “Mensen zonder papieren willen werken waar handen tekort zijn, maar ze mogen niet”

Lees ook: Daniel Alliet: “Wij profiteren van hen en niet omgekeerd”

 

Notes:

[1] Mensen die internationale bescherming aanvragen in België hebben recht op opvang. Dit betekent dat zij in een opvangcentrum mogen verblijven tijdens hun procedure en recht hebben op medische, psychologische, maatschappelijke begeleiding en juridische hulp. Honderden asielzoekers zagen dit jaar hun opvangrecht geschonden door Fedasil. België is nochtans verplicht om dit recht te respecteren.

[2] Diegenen die zich kunnen laten registreren, starten die dag hun asielprocedure en krijgen hun ‘annexe’ (registratiepapieren), waarop met een stempel de datum van hun eerste interview bij het CGVS gedrukt staat (Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en Staatslozen). Het CGVS beslist dan of de persoon in kwestie zal erkend worden als vluchteling. 

[3] Stedelijke voorziening die sociale noodhulp verstrekt en strijdt tegen uitsluiting, zij bieden o.a. noodhulp aan daklozen in de straten van Brussel.

 

UPDATE: Klein Kasteeltje gesloten door onveilige verkeerssituatie

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!