Duurzaam klimaatbeleid moet massaal broeikasgassen afvangen en hergebruiken uit de atmosfeer
De Verenigde Naties en in haar schoot de wetenschappers van het IPCC maken ons steeds meer duidelijk hoe snel en drastisch de klimaatontaarding om zich heen grijpt. Zonder een snel en grondig mondiaal klimaatbeleid, stevent de mensheid af op een hoogst onzeker voortbestaan.
Vanuit wetenschappelijke onderzoeken wordt de roep groter om klimaatpositief beleid te ontwikkelen. Met klimaatpositief beleid bedoelt het IPCC dat netto veel meer broeikasgassen terug uit de atmosfeer worden vastgelegd. In technisch jargon heet dat dat zeer grote hoeveelheden ‘netto negatieve emissies’ (= netto opname ervan) noodzakelijk zijn. De IPCC-rapporten spreken hier niet over enkele miljoenen ton, maar over honderden miljarden ton.
Klimaatneutraal beleid volstaat niet
Klimaatneutraal beleid, zoals de huidige doelstelling van Europa en van de wereldklimaattop, is een noodzakelijke maar onvoldoende stap. Het is slechts een korte tussenstap tussen de huidige situatie en de noodzakelijke klimaatpositieve toekomst.
Naast rechtstreekse biologische en industriële manieren om dit te doen, schuift het IPCC ook sterk een tussenvorm naar voor. Het gaat dan om vastgelegde atmosferische CO2 in biomassa/biogas. Na verbranding ervan wordt de geproduceerde CO2 niet uitgestoten, maar afgevangen en hergebruikt.
Zo kan men werkelijk duurzame en flexibele energie opwekken. Dit vult perfect de onderbroken energiebronnen wind en zon aan. En het legt tegelijk broeikasgassen netto vast. Twee vliegen in één klap dus.
Kernenergie = partnerroof van hernieuwbare energie
Netto afvangen en hergebruiken van broeikasgassen, dat is iets wat kernenergie (en ook fossiel gas) niet kan. In het minst slechte geval, bij een gedwongen huwelijk tussen hernieuwbare en nucleaire energie, is kernenergie koolstofarm. Maar het neemt nooit koolstof op.
Nucleaire energie mag dan wel koolstofarm zijn, in tegenstelling tot biogebaseerde energiebronnen neemt het nooit koolstof op.
De reden is dat nucleaire energiebronnen werken op basis van kernsplijting, bijvoorbeeld van uranium of plutonium. Noch kernsplijting noch kernfusie zijn gebaseerd op koolstof. Alleen al op deze manier belemmert kernenergie het samengaan van onderbroken energiebronnen (wind en zon), met aanvullende biogebaseerde energiebronnen.
Kernenergie pleegt partnerroof wanneer het zichzelf onterecht opdringt als partner voor hernieuwbare energie. Daardoor snijdt het de pas af voor de biogebaseerde huwelijkspartner van hernieuwbare energie. Zo belet kernenergie, inbegrepen SMR, dat atmosferische CO2 afgevangen en hergebruikt kan worden.
Kernenergie maakt hernieuwbare energie kunstmatig duurder
En het is nog erger. Niet alleen pleegt kernenergie partnerroof. Terwijl ze de roof van de eeuw pleegt, belaagt en ondermijnt ze hernieuwbare energie.
Door de veel duurdere kostprijs van kernenergie, slokt deze onnodig veel financiële en andere hulpbronnen op.
Kernenergie treedt op als een koekoeksjong in het nest van hernieuwbare energie. Door de veel duurdere kostprijs van kernenergie, slokt deze onnodig veel financiële en andere hulpbronnen op. Op die manier duwt het zelfs een deel van de hernieuwbare kuikens uit het nest.
Omdat kernenergie bovendien weinig flexibel is, worden nog steeds bestaande windmolens of zonnepanelen afgeschakeld op het moment dat er wind of zon is. Dat ondergraaft hun economisch potentieel. En zoals we in een later artikel zullen zien, is het flexibel karakter van SMR’s hoogst twijfelachtig.
SMR’s ten dienste van olie- en gaswinning
Bovendien krijgen SMR’s wel vaker een weinig lovenswaardige rol toebedeeld, ten nadele van de noodzakelijke energietransitie. Het is niet voor niets dat landen zoals bijvoorbeeld Canada en Rusland graag SMR’s ontwikkelen.
Eén van hun doelen is om autonome elektriciteitsnetten te onderhouden en te ontwikkelen in afgelegen gebieden. Daarbij zouden ze ook de dienst uitmaken om de ontginning van, jawel, fossiele bronnen te vergemakkelijken.
Dat is bijvoorbeeld het geval bij zowel Arctische fossiele bronnen in Siberië als bij teerzandgebieden in Canada. In plaats van het te houden bij partnerroof van hernieuwbare energie, houdt kernenergie zich niet in om tegelijk dubbel- en overspel te plegen met een fossiele bruid.
Kerncentrales zijn zelf gevoelig aan de gevolgen van de klimaatopwarming
Hoe je het ook draait of keert, kerncentrales moeten gekoeld worden. Bij hittegolven of grote droogte, ontstaan er tekorten aan koelwater. Dan moeten zelfs rivier gekoelde kerncentrales stilgelegd worden.
Bovendien is er ook gevaar van overstromingen van kerncentrales aan rivieren. Dat wordt verergerd omdat er door de opwarming meer hevige buien en intense neerslag verwacht wordt. En staan ze aan zee, zijn ze er eveneens aan onderhevig. Dat risico neemt nog toe, naarmate de zeespiegel verder stijgt en stormvloeden heviger worden.
In een reeks van vier artikels wil de 11 maart beweging de argumenten ontwikkelen waarom een keuze voor SMR-kerncentrales geen goede keuze is. We behandelen hierbij vier onderwerpen. In dit artikel komt aan bod hoe SMR’s duurzaam klimaatbeleid ondermijnen.
Het eerste artikel besprak hoe SMR’s veel te duur zijn. In het derde artikel gaat het over SMR’s die zeer ernstige veiligheidsrisico’s kennen door de proliferatie van kernwapenmateriaal. In het vierde en laatste artikel wordt uiteengezet hoe SMR’s de energietransitie bedreigen.