De 23-jarige Ibrahima werd op 9 januari vorig jaar gearresteerd toen hij probeerde te vluchten van een politiecontrole. De politie haalde hem in en kon hem oppakken. De 23-jarige jongeman zette het op een lopen toen enkele agenten hem viseerden omdat hij een controle van de coronamaatregelen aan het Noordstation filmde. Hij liep weg uit schrik opgepakt te worden. 

Nadat de politie hem had opgepakt brachten ze hem over naar het commissariaat aan de achterkant van het Noordstation. Daar verloor hij al snel het bewustzijn, waarna hij naar het Sint-Jansziekenhuis werd gevoerd en even later ter plekke overleed.

In een eerder artikel beschreven we al wat in januari vorig jaar de vaststellingen waren. Alexis Deswaef, advocaat van de familie van Ibrahima, vertelde toen dat in het politiekantoor al duidelijk was dat het slachtoffer zich onwel voelde. Hij ging op een stoel zitten, verloor zijn bewustzijn en gleed van de stoel, waarna de politie hem 5 tot 7 minuten heeft laten liggen. “De politie liet Ibrahima sterven”, zei Deswaef toen. 

Leugens

Het parket liet toen ook weten aan de familie van Ibrahima dat er een onderzoek was geopend wegens onopzettelijke doodslag. Naast het onwaarschijnlijke gevolg van de arrestatie, de dood van de jonge Ibrahima, is de politie ook schuldig voor het vertellen van leugens.

Volgens de politie werd Ibrahima namelijk opgepakt omdat hij de avondklok overtreden had. Zijn zus Aïssatou Barrie vertelde in april vorig jaar – enkele maanden na de dood van haar broer – in een BBC-reportage dat de politie haar broer heeft proberen zwart maken in de media. Daarmee verwees ze naar de berichten over Ibrahima, waarin journalisten schreven dat hij na zijn arrestatie drugs zou hebben genomen. Volgens advocaat Deswaef zijn het leugens die de politie in de media verspreidde. Later werd die versie dan weer ontkend tegenover de familie. 

Recht om politie te filmen

Deswaef vertelde in januari vorig jaar al aan DeWereldMorgen dat “Ibrahima in de eerste plaats een burger is die zijn recht uitoefende om de politie te filmen. Dat recht heeft hij volgens alle mensenrechtenorganisaties. Enkele agenten hebben daar slecht op gereageerd, ze maakten zich kwaad en zoals dat zo vaak gebeurd als burgers de politie filmen, hebben ze beslist om hem aan te houden. Ibrahima werd dus volledig onterecht aangehouden.”

Onderzoek bijna afgerond

In een recent artikel van Bruzz meldt de krant dat het onderzoek naar de dood van Ibrahima in een politiecel van de zone Brussel Noord bijna is afgerond. Dat heeft de krant in kwestie vernomen van het Brusselse parket. Snel na de feiten waren er volgens het Brusselse parket al voldoende feiten om een onderzoek te openen wegens onvrijwillige doodslag, wat ook gebeurde. Het onderzoek is nu bijna afgerond, waarin een analyse van de beelden van bewakingscamera’s in de cel werd opgenomen, alsook verhoren van betrokken politieagenten en van verschillende toxicologische en medische expertises.  

Martin François van het Brusselse parket laat ook aan Bruzz weten dat het laatste rapport in december 2021 werd voorgelegd aan de onderzoeksrechter. Het is dus nog wachten tot de laatste stappen in het onderzoek tot een goed einde zijn gebracht, voor het parket een eindvordering opstelt … 

Begin 2021 kwamen honderden mensen samen aan het politiekantoor waar Ibrahima stierf. De betoging leidde tot een heftig protest. Honderden agenten bestookten de actievoerders met traangas en enkele agenten raakten gewond. 

Politiegeweld met dodelijke slachtoffers tot gevolg

De afgelopen jaren leidden interventies van de Belgische politiediensten meerdere keren tot dodelijke slachtoffers, zo meldt Police Watch, het observatiepunt voor politiegeweld, een project dat sinds 2021 wordt uitgerold door de Liga voor Mensenrechten in Nederlandstalig België.

“Het probleem is zo acuut dat België zelfs meerdere keren gesanctioneerd werd door het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. In tegenstelling tot wat men zou verwachten, zijn de tools om buitensporig politiegeweld te onderzoeken en voorkomen in België niet op punt. Police Watch wil daar verandering in brengen”, zoals meldt het observatiepunt.

Verslag actie tegen politiegeweld vandaag in Brussel

Vandaag kwamen tientallen actievoerders dan ook samen tegen het disproportionele politieoptreden in ons land, dat al verschillende slachtoffers maakte. De organisatoren wijzen op de plicht en missie van de politie om burgers te beschermen en hen bij gevaar veilig te stellen, zoals bepaald in artikel 14 van de wet van 5 augustus 1992 over de functie van de politie.

Daarin wordt het woord ‘bescherming’ maar liefst 58 keer geciteerd. Wat de politieagenten bij Ibrahima deden de dag dat hij stierf, was allesbehalve hun plicht uitvoeren ten dienste van het volk. Ze hielpen hem niet toen hij gedurende meerdere minuten duidelijk bewusteloos lag.

Actie tegen politiegeweld, 1 jaar na overlijden Ibrahima Barrie. Foto: Evi Van Thienen

Bij Ibrahima en vele andere slachtoffers zoals Mawda, Lamine, Mehdi, … bouwde ons politie- en justitiesysteem een muur van leugens op tegen de families, aldus de actievoerders. Een systeem dat de slachtoffers van geweld aan de kant van de schuldigen zet en dat met behulp van leugens doet geloven dat een slachtoffer als Ibrahima zijn lot in eigen handen had.

Zowel Aïssatou, zus van Ibrahima en Ayoub Bouda, broer van Mehdi – die op 17-jarige leeftijd na een agressieve achtervolging door de politie overleed – waren erbij en spraken de aanwezigen van de samenkomst toe. Ze waren beide enorm dankbaar voor de steun en de opkomst en deelden openhartig mee dat het enorm moeilijk is om daar op die plek te staan, respectievelijk één jaar en twee jaar na de dood van hun dichte familieleden. Maar de strijd moet doorgaan.

Ayoub beklemtoonde dat bij alle verschillende gevallen van politiegeweld één gemeenschappelijke lijn te trekken valt: nooit is er sprake geweest van duidelijke gerechtigheid voor de familie en slachtoffers. “We verliezen een broer, en we weten niet eens in welke omstandigheden die overleden is. We krijgen geen antwoorden en er is 0,0 eerlijke communicatie vanwege de politie en overheidsdiensten.” Ook Aïssatou blijft zich verder de vraag stellen: “Wanneer gaat dit stoppen? Na één jaar weten we nog altijd niet hoe mijn broer aan zijn einde is gekomen.”

Actie tegen politiegeweld, 1 jaar na overlijden Ibrahima Barrie. Foto: Evi Van Thienen

Ayoub roept op om elkaar te blijven steunen, omdat dit buitensporige en disproportionele politiegeweld een ziekte is van onze samenleving, een structureel probleem. “De prioriteit moet zijn: gerechtigheid. We kunnen niet praten over het einde van politiegeweld voor er gerechtigheid komt voor álle slachtoffers. Als je getuige wordt van geweld, dien klacht in, laat je niet doen!”

Tot slot droeg een dichte vriend van Ibrahima een pakkend gedicht voor, ter nagedachtenis van zijn verloren kameraad.

Eerder deze week stonden ook al acties gepland tegen politiegeweld. Op zaterdag 22 januari was er de samenkomst van get collectied van de ouders van de jongeren die op 24 januari vorig jaar hardhandig werden gearresteerd en mishandeld in hun cel. Ook afgelopen woensdag kwamen mensen bijeen n.a.v. de zaak van Ouassim Toumi en Sabrina Bakkali dat voor het gerecht kwam. Deze twee stierven in een motoraccident tijdens een politieachtervolging. Nadat het parket de buitenvervolgingstelling van de betrokken agenten gevraagd had en de raadkamer besloot de agenten wél voor de rechtbank te laten verschijnen, tekende het parket beroep aan. De advocaten van de familie van Sabrina en Ouassim vechten nu die beroepsprocedure aan.