Analyse -

Het Vlaams Klimaatplan: drie keer gebuisd.

In aanloop naar klimaattop van Glasgow maakte de Vlaamse regering een Klimaatplan op. Dit had heel wat voeten in de aarde. Het minste wat kan gezegd worden is dat de berg een muis gebaard heeft: Vlaanderen zet zich niet in lijn van de opgelegde Europese doelstellingen, doet geen aanzet tot structurele veranderingen en wentelt de kosten af op zijn inwoners.

maandag 29 november 2021 16:47
Spread the love

Eerst en vooral moet opgemerkt worden dat het plan enkel gaat over de sectoren die niet betrokken zijn in het Emissie Handels Systeem (ETS). Dit systeem geldt voor grote industriële sectoren en plakt een prijs (momenteel ongeveer 30 € per uitgestoten ton CO2) op vervuiling. De industrie koopt rechten en kan die onderling ook verkopen door de realisatie van klimaatprojecten. Europa stapt in dat systeem en plakt een prijs op vervuiling. De opbrengst gaat naar de nationale staten die daarmee klimaatinvesteringen kunnen doen.

Vlaanderen deelt 22.294.671 gratis emissierechten uit

Elke staat kan gratis rechten uitdelen om zijn eigen industrie te beschermen tegen buitenlandse concurrentie. Vlaanderen deelt 22.294.671 gratis emissierechten uit, goed voor 5 tot 7 miljard €, afhankelijk van de marktprijs. Het grootste deel daarvan gaat naar grote raffinaderijen, bedrijven uit de chemische sector: Bayer, BASF, Total, Ineos, 3M, Air Liquide, Eurochem, Arcellor Mittal, Inbev, Umicore, Volvo, Electrabel, Fluxys enz… Hier wordt dus niet aan geraakt. Het Vlaamse plan gaat over kleinere industriële sectoren, de overheid en wat jij en ik zoal uitvreten in het leven.

In de inleiding van het plan wijst de Vlaamse Regering nochtans met de vinger naar zichzelf en lijst ze een aantal knelpunten op. Zo schrijft men: Tot nu toe werd binnen de niet-ETS sectoren slechts een reële reductie gerealiseerd van 5% in 2019 ten opzichte van 2005 en 9,1% t.o.v. de herrekende cijfers 2005.”  Met andere woorden: we zitten aan de helft van de tijd die we hebben om onze uitstoot met 35 % te verminderen en we hebben niet de helft maar een klein zevende gerealiseerd. Mits wat creatief rekenen komen we aan een derde. Een rapport waar geen enkele leerling graag zou mee naar huis komen.

Cijferdiscussies zijn weinig concreet en soms vervelend, maar het moet nu even. Ondertussen drijft Europa in het kader van zijn Green Deal het te verminderen percentage op tot 55%. Dat wordt verdeeld over de Europese landen waarbij België een vermindering van 47 % opgelegd krijgt en daarvan zegt de Vlaamse Regering gaan wij 40 % op ons nemen en er dus voor zorgen dat Brussel en Wallonië méér moeten doen dan voorzien. Ook al is er op de Green Deal en Europa veel kritiek te leveren…wij doen bewust minder dan van ons gevraagd wordt.

60 % Belgische emissies is in Vlaanderen

Federaal Klimaatminister Zakkia Katthabi kon er niet mee lachen en verklaarde voor VRT: “Het halen van de Europese doelstelling van een reductie van 47 procent van de uitstoot zal niet eenvoudig zijn, omdat de Vlaamse doelstelling zo ver van die doelstelling ligt. De kloof die Vlaanderen laat vallen is onoverbrugbaar voor Brussel en Wallonië, die hebben aangegeven dat ze tot dicht bij de Europese doelstelling gaan. Dat komt omdat zestig procent van de emissies in Vlaanderen zit. Als België de Europese norm niet haalt, zal ons land emissierechten moeten betalen. Vlaanderen drijft België de facto naar het betalen van emissierechten. Over die factuur zal de federale overheid moeten onderhandelen met de gewesten.” 

Technologische trucjes

Als voorbereiding van dit plan werden adviezen gevraagd aan de traditionele adviesraden. Die zijn soms ontluisterend. Zo stelt het universitair Opvolgpanel klimaat: “De wetenschappelijke vaststelling dat de negatieve gevolgen van de klimaatverandering zich sneller manifesteren dan verwacht én de verhoogde doelstellingen van de Europese Unie maken samen dat een drastische versnelling van de klimaattransitie in Vlaanderen onvermijdelijk is. Het is ook noodzakelijk als we de volgende generaties niet met nog grotere problemen willen opzadelen.“ Dat moet voor beleidsmakers toch redelijk duidelijke taal zijn.

De universiteiten voegen er nog aan toe: “Optimalisatie is verre van voldoende. De westerse samenlevingen staan op een punt waar diepgaande transities nodig zijn. De energietransitie is er daar één van en wellicht de belangrijkste, maar niet de enigste. De consumptie van fossiele brandstoffen, mét vrije uitstoot van CO2 in de atmosfeer, moet nu op relatief korte termijn (30 jaar) uitgefaseerd worden. Dat kan niet met optimalisatie en efficiëntieverhoging alleen: daarvoor is een totaal ander, grotendeels CO2-vrij energiesysteem noodzakelijk, gebaseerd op andere principes.” Om het nog wat duidelijker te interpreteren: we komen er niet met technologische trucjes als het verstoppen van CO2 in de Noordzee.

Een plan vol vage intenties

In het volledige plan staan heel wat vage intenties (aanstellen van een transitiemanager, stimuleren van fietsmobiliteit, inzetten op kringwinkels, rekeningrijden collectieve renovaties,…die verder moeten bekeken of bestudeerd worden. Verder stelt Vlaanderen een aantal vragen aan de federale regering en gaat men daar pleiten voor ondermeer uitfasering van fossiele brandstoffen en het verdwijnen van benzinewagens tegen 2029.

De echte concrete maatregelen die voorzien worden focussen grotendeels op de eigen inwoners: een huis moet je verplicht renoveren na aankoop, warmtepompen op fossiele energie verdwijnen net als aardgasaansluitingen. Veel van die zaken werden voorgesteld door adviesraden, met één groot verschil: die adviesraden pleiten herhaaldelijk voor sociale compensaties en roepen op om weinig kapitaalkrachtige gezinnen te ondersteunen. Dit luikje viel blijkbaar in dovemansoren, met uitzondering van het stimuleren van de renteloze energielening. Zo een lening kan wel handig zijn voor eigenaars met meerdere huizen, maar brengt weinig zoden aan de dijk voor de gewone gezinnen die een stijging van de huurprijs of hun verbouwingskosten mogen verwachten. Voor sociale woningen wordt een actieplan vastgelegd, that’s it.

Er komen premies of fiscale stimulansen voor warmtepompen, vergroening van het vrachtveroer, stimulansen voor vervoer op het water. De Lijn krijgt meer geld om elektrische bussen aan te kopen, maar er komt geen verhoging van het aantal buslijnen of de frequenties daarop. Integendeel, de belbus gaat er volgend jaar aan en in de meeste plannen die vervoerregio’s voorstellen is er eerder sprake van de afbouw van het netwerk van het openbaar vervoer ten voordele van privé-firma’s.

Misbruik klimaatdruk om lijn te privatiseren

De Vlaamse overheidsvakbond ACOD verwijt de regering misbruik te maken van de klimaatdruk om de lijn te privatiseren. Chris Reniers: “Minister Peeters verwijt De Lijn dat zij onvoldoende inzet op groene mobiliteit en wil daarom meer ritten uitbesteden aan private busfirma’s. Blijkbaar is zij vergeten dat het haarverantwoordelijkheid is om De Lijn daarvoor voldoende middelen ter beschikking te stellen. Daarentegen vormt het subsidiëren van de vergroening van private busbedrijven geen probleem.”

VOKA wrijft in de handen

De industrie moet een ‘roadmap’ opmaken als ze nog subsidies wil krijgen maar krijgt dan verhoogde premies, die betaald worden door een aardgasheffing voor iedereen. Recyclage en sorteren worden gestimuleerd om op een of andere manier 220.000 ton minder afval te moeten verbranden, maar over preventie van afval heeft men het niet. Hoe men dat gaat doen en wat mogelijke neveneffecten (recyclage verbruikt ook energie) zijn laat men blauw-blauw. Begrijpelijk ook dat het VOKA als een van de weinigen positief reageert op het plan: “Het Vlaams klimaatplan zal een wezenlijke bijdrage leveren op weg naar de doelstelling van -47% CO2-emissiereductie die Europa van ons land vraagt. De maatregelen die de Vlaamse regering voorstelt, gaan in de juiste richting” 

Hoe men herbruikbare energie gaat produceren, bescherming van bossen gaat opdrijven, voor degelijke overheidsdiensten gaat zorgen, die adviseren en sanctioneren, is niets te lezen. Evenmin over de noodzakelijke actualisering van de Vlaamse Milieuwetgeving Vlarem, die nog werkt met verouderde normen en definities. Sectoren als visserij en luchtverkeer komen niet eens aan bod.

Paragraaf over landbouw toont greep neoliberale Europa

Aan de landbouw is een paragraafje besteed dat zegt dat de inspanningen 10 % moeten opgedreven worden en dat men de boeren daarbij zal begeleiden. Een vermindering van de veestapel komt er niet. Het Vlaams Opvolgpanel Klimaat had in een rapport aan de Vlaamse regering gesuggereerd om het in de landbouw met 23 miljoen kippen, 1,7 miljoen varkens en 142.500 koeien minder te doen. Die inkrimping van de veetelt zou, als die positief aangepakt wordt en begeleid wordt door prijsregulerende maatregelen kunnen zorgen voor een herwaardering van de kleine boer, die aan een betere prijs minder dieren zou kunnen kweken. Maar neen: zolang Europa veel vlees eet, doen wij dat ook, zegt onze regering.

De landbouwproblematiek toont ook welke overweldigende greep het neoliberale Europa heeft: als men zijn eigen import en export niet kan beperken of gevangen blijft binnen het Europses subsidiesysteem van landbouwsteun per hectare, wordt het moeilijk of onmogelijk om kleine boeren een waardige plaats te geven in onze voedselsysteem.

Conclusie: Vlaamse regering beschermt vooral de industrie

Onze Vlaamse regering maakte een plan dat afwijkt van de internationale normen en waarvan verwacht wordt dat het België boetes zal opleveren. Die boetes betalen we dan om verder opgezadeld te blijven met overstromingen, droogteproblemen, extremere temperaturen en andere narigheden. De Vlaamse regering beschermt vooral de industrie maar niet zijn inwoners en stuurt die laatste groep bovendien de factuur toe. Dat er niet meer stemmen oprijzen die zich tegen deze wending verzetten, mag als het ware een Vlaams mirakel genoemd worden.

 

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!