Huishoudhulpen in dienstverband betogen tegen lage mobiliteitsvergoeding in november 2021. Foto: Twitter ABVV-AC
Interview -

Huishoudhulpen: “Wij weigeren te betalen om te gaan werken!”

De drie vakbonden ACV, ABVV en ACLVB kwamen vandaag samen met de huishoudhulpen op straat in Brussel om de extreem lage mobiliteitsvergoeding voor huishoudhulpen in de dienstenchequesector aan te klagen. “Deze dekken op geen enkele manier de reële kosten van deze werknemers”, klinkt het bij de vakbonden. De actie eindigde aan de werkgeversorganisatie Federgon met de boodschap: “Het is gedaan met betalen om te kunnen gaan werken!”

donderdag 18 november 2021 16:52
Spread the love

13 cent per km dekt mobiliteitskost amper

“Huishoudhulpen krijgen nu maar 13 cent per kilometer bij zowel woon-werkverkeer als verplaatsingen tussen klanten. Ze moeten zich de laatste jaren ook meer verplaatsen, wat neerkomt op zo’n 100 kilometer per week.”

“Die 13 cent is echt te weinig om rond te komen, zeker als je naar de stijgende benzineprijzen kijkt. Vergeleken met andere sectoren is dat ook enorm weinig. Overheidspersoneel krijgt 37 cent per kilometer bij dienstverplaatsingen. Daarom eisen we een kostenvergoeding voor de verplaatsing, die er bovenop de marge van 0,4 procent loonsverhoging moet komen. Als huishoudhulp heb je al een laag loon, als je dan nog eens moet betalen om überhaupt te kunnen gaan werken, dan houd je niets over”, zegt Issam Benali van ABVV.

“Zoals in alle sectoren zijn we bezig met de tweejaarlijkse onderhandelingen in het kader van IPA (Interprofessioneel akkoord). De context is nu moeilijker omdat we te maken hebben met een loonmarge van slechts 0,4 procent. Dat heeft een zeer groot effect op de lage lonen in de  dienstenchequesector. Van in het begin hebben we altijd de nadruk gelegd op het belang van mobiliteit en een goede vergoeding ervan in deze sector”, legt Tommy Jonckheere van ACLVB uit.

 

Vakbonden en huishoudhulpen voeren actie tegen Federgon. Foto: ABVV

Werkgevers willen niet toegeven

“De werkgevers willen absoluut niet toegeven. Ze zeggen dat ze daar het budget niet voor hebben, terwijl we zien dat – zeker grote – bedrijven nog altijd winst maken. In 2020 hebben ze zelfs méér winst gemaakt dan in 2019, omdat ze extra subsidies kregen van minister – van onder andere economie en werk – Hilde Crevits. Die subsidies dienden om mondmaskers te maken en om te compenseren voor het tijdelijke stilgelegde werk, maar we zien in de realiteit dat die subsidies hebben geresulteerd in meer winst, die bovendien niet terugvloeit naar de werknemers”, aldus Issam Benali. 

Verre verplaatsingen, geen ‘buurtwerken’ meer

“De afstand die de huishoudhulpen moeten afleggen is ook veel groter. Vroeger kon je om de hoek gaan werken en de laatste jaren moeten ze veel verder verplaatsen, omdat er nu steeds grotere bedrijven zijn verspreid over heel België. Ook als je bijvoorbeeld een collega moet vervangen die ziek is, kan het zijn dat je je onverwachts vrij ver moet verplaatsen. De officiële naam van onze sector is ook nog altijd ‘buurtdiensten’, maar de diensten zijn al lang niet meer lokaal. De werknemers moeten dan ook nog eens tussen twee klanten door verplaatsen én heen en weer naar huis”, aldus Benali.

Jonckheere: “Het gaat ook niet alleen om de vergoeding, er moeten ook concrete afspraken komen rond ‘maximale verplaatsing’. Buurtwerk is nog steeds de insteek. Als huishoudhulpen ‘s ochtends al voor hun eerste klant 30 kilometer moeten afleggen, is dat niet lokaal. Zo verliezen ze én kosten voor vervoer én tijd. Dat is het gevolg van schaalvergroting van de sector en daarom moeten er dringend afspraken komen.”

“Onlangs zijn we in de sector samengekomen met de werkgevers. Er zijn toen niet-bindende afspraken gemaakt en ondertekend in een paritair comité over een maximale verplaatsing van 20 kilometer naar de eerste klant, wat een goede richtlijn is. Maar vanaf dat we de concrete afspraak bindend willen maken, is het plots onbespreekbaar en haken ze af. Er kunnen blijkbaar wel engagementen aangegaan worden als afpsraken niet-bindend en niet concreet zijn.”

Vakbonden en huishoudhulpen voeren actie tegen Federgon. Foto: ABVV

Hoge parkeerkosten

Jonckheere voegt daar nog het bijkomend probleem van de torenhoge parkeerkosten aan toe, waar ze zelf voor moeten opdraaien. In de grote steden waren die prijzen al hoog, maar nu ook in centrumsteden en kleine gemeenten geldt betalend parkeren. “Ook in Brussel is dat echt een ramp”, vertelt Jonckheere. “Werkgevers weigeren die kosten terug te betalen, maar beeld je eens in dat je 9 a 10 euro netto verdient per uur, een shift draait van slechts 3-4 uur en dan nog eens 5 euro voor een parkeerticket moet betalen. Dan verlies je makkelijk 20 procent van je loon. Het moet echt stoppen om huishoudhulpen te laten betalen om gewoon hun werk te doen”, aldus Benali. 

Onderhandelingen

“Vandaag voerden we actie aan het Noordstation te Brussel, waarna we naar Tour & Taxis gingen, waar Federgon zijn hoofdzetel heeft. Huishoudhulpen voerden daar het woord en brachten hun grieven over. Vrijdag vinden de echte onderhandelingen plaats, dan zullen we zien of er echt een opening komt om te onderhandelen en of er snel een antwoord komt. Als dat antwoord niet positief is, zullen we moeten zien.”

“Twee jaar geleden hebben we ook lokale betogingen bij bedrijven georganiseerd en was er een stakingsdag. Als we niet tot een akkoord komen zijn er nog verschillende acties mogelijk, een volledige staking is dan zeker niet uitgesloten. Voor de huishoudhulpen zelf is het altijd een verscheurende keuze om te gaan staken, ze krijgen wel een vergoeding van de vakbond, maar dat is nog altijd veel minder dan als ze gaan werken”, besluit Benali. 

Vakbonden en huishoudhulpen voeren actie tegen Federgon. Foto: ABVV

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!