Volgens de studie van DBIO (Don’t Buy Into Occupation) gaat het om bedrijven die betrokken zijn bij zogenaamde ‘listed activities’ die leiden tot bepaalde vormen van mensenrechtenschendingen, zoals het leveren van bewakingsapparatuur, materieel voor het vernietigen van huizen en infrastructuur, het leveren van veiligheidsdiensten, gebruik van grondstoffen of dumpen van afvalstoffen, inbeslagnames, enzovoort.

Opvallende namen zijn Airbnb en Booking.com (onderdeel van Booking Holdings). Dat laatste bedrijf is gevestigd in Nederland en prijkt ook tussen de 112 bedrijven op de lijst van de VN-Mensenrechtenraad die betrokken zijn bij activiteiten in Israëlische nederzettingen in Palestijns gebied. Het bedrijf toont op haar kanalen  accommodaties in illegale nederzettingen op toegeëigend Palestijns land.

Booking.com toont op haar kanalen accommodaties in illegale nederzettingen op toegeëigend Palestijns land

In de onderzochte periode werd 114 miljard dollar verstrekt in de vorm van leningen en ‘underwritings’  (het  onderschrijven van de uitgifte van obligaties), terwijl Europese investeerders 141 miljard dollar  aan aandelen en obligaties bezitten van deze bedrijven.

Bij de top 10 crediteuren (leningen en obligaties) voert de Franse bank BNP Paribas de lijst aan met 17,3 miljard dollar gevolgd door de Deutsche Bank (12,03 miljard) en het Britse HSBC (8,69 miljard). De Belgische overheid is met 7,7 procent van de aandelen een van de grootste aandeelhouders van BNP Paribas. Ook de Belgische bank KBC is een crediteur ter waarde van 1,069 miljard dollar.

Bij de top 10 investeerders (aandelen en obligaties) voert het Noorse Government Pension Fund Global (GPFG) de lijst aan. GPFG kondigde in september 2021 wel aan dat het drie bedrijven uitsluit van samenwerking vanwege hun betrokkenheid bij de Israëlische nederzettingen. Opvallende namen in deze top 10 van investeerders zijn het Franse Crédit Agricole, opnieuw Deutsche Bank en de Duitse verzekeringsmaatschappij Allianz.

Bij de top 10 crediteuren voert de Franse bank BNP Paribas de lijst aan. België is een van de belangrijkste aandeelhouders van de bank

Israëlische koloniale nederzettingen zijn illegaal

Er zijn 132 officiële koloniale nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever en 13 in Oost-Jeruzalem, dat in 1980 bij wet door Israël is geannexeerd maar volgens het internationaal recht bezet Palestijns gebied blijft. Het gaat om nederzettingen die gepland, gebouwd of goedgekeurd zijn door de Israëlische overheid.

Daarnaast zijn er ook nog eens 135 ‘buitenposten’ die gebouwd werden zonder officiële goedkeuring. Nederzettingen en ‘buitenposten’ zijn illegaal volgens het internationaal recht.

Dat belet niet dat er sinds de bezetting van de Palestijnse gebieden in 1967 meer dan 660.000 Joodse kolonisten in Palestijnse bezet gebied (Westelijke Jordaanoever en Oost-Jeruzalem) gevestigd zijn. De Vierde Conventie van Genève (Internationaal humanitair recht) verbiedt verplaatsingen van de eigen burgerbevolking naar bezette gebieden.

Onder het Statuut van Rome inzake het Internationaal Strafhof (ICC) kunnen deze nederzettingspraktijken tot individuele strafrechtelijke aansprakelijkheid leiden als oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid.  Daarnaast is de inbeslagneming van land om nederzettingen te bouwen of uit te breiden verboden.

Desinvesteren

Volgens het rapport Don’t Buy into Occupation worden bedrijven geacht om snel te reageren “wanneer  de  activiteiten,  producten en diensten van bedrijven direct gelinkt zijn aan ernstige mensenrechtenschendingen”.

“Internationale financiële instellingen, zoals banken en pensioenfondsen, hebben volgens bovenstaande richtlijnen ook een verantwoordelijkheid om hun invloed aan te wenden en zich ervan te verzekeren dat de ondernemingen waarin zij investeren het internationaal recht respecteren.

Als het bedrijf in kwestie vervolgens weigert haar activiteiten aan te passen of stop te zetten, dienen financiële instellingen te desinvesteren.” Dat is een van de 26 aanbevelingen in het rapport aan bedrijven, financiële instellingen en overheden om hun verantwoordelijkheid te nemen en zich te conformeren aan de regels van het internationaal recht en het respect voor de mensenrechten.