Franse troepen in het kader van ISAF. Foto: military wikia / Vrede vzw
and

Afghanistan: tijd voor een parlementaire onderzoekscommissie

De laatste buitenlandse troepen zijn hals over kop uit Afghanistan vertrokken. Dat het om een niet te winnen oorlog ging en een bodemloze put voor oorlogsdollars/euro's was al vele jaren duidelijk, maar de propaganda haalde de bovenhand op de werkelijkheid. Nu is het hoogtijd om politieke verantwoordelijkheden te duiden.

maandag 6 september 2021 12:24
Spread the love

 

De laatste VS-troepen zijn hals over kop uit Kaboel vertrokken. Daarmee is er definitief een einde gekomen aan een militaire interventie die twintig jaar heeft geduurd en op een complete mislukking is uitgelopen. Opeenvolgende regeringen en ministers van Defensie echoden de pr—en zegeberichten van de VS en de NAVO, goed wetende dat in Afghanistan een niet te winnen oorlog werd gevoerd. Vooral Pieter De Crem (Crembo), minister van Defensie van 2007 tot 2014, toonde zich een vurige verdediger van de oorlog in Afghanistan en van het interventionisme tout court. Onder zijn bewind steeg het aantal Belgische militairen in buitenlandse operaties naar 1200. In Afghanistan liet hij het aantal troepen flink optrekken tot rond de 700 en werd het aantal ontplooide F-16-gevechtsvliegtuigen uitgebreid van 4 naar 6 als aandeel in het kader van de International Security Assistance Force (ISAF). Sinds 2003 stond ISAF onder leiding van de NAVO die het tot vandaag op haar website over ‘peacekeepers’ heeft.

Belgische betrokkenheid

België was bijna vanaf het eerste uur bij de Afghaanse oorlog betrokken. Eind 2001 besliste de regering om deel te nemen aan ISAF, de ‘veiligheidsmissie’ in Afghanistan van 2001 tot 2014. België begon met het sturen van transportvliegtuigen, daarna (vanaf 2008) volgden gevechtsvliegtuigen en tientallen militairen voor trainingsopdrachten. Nadien veranderde de NAVO-missie in een ondersteunings- en trainingsmissie (Resolute Support) die er op gericht was om het Afghaanse leger volledig zelfstandig te laten opereren. België nam deel met een honderdtal militairen die voornamelijk werden ingezet in Masar-E-Sharif, in het noorden van Afghanistan.

Volgens de Belgische propaganda zorgde de militaire aanwezigheid in het land voor “zeer veel vooruitgang”.

Propaganda

Volgens Parlementslid Denis Ducarme (MR) eind augustus in het parlement, is er zeker 500 miljoen euro belastinggeld naar de oorlog gevloeid. Dat ging gepaard met de propaganda dat de militaire aanwezigheid in het land zorgt voor “zeer veel vooruitgang”. Het is de moeite om eens de verklaringen te lezen die er in de loop van de oorlog in Afghanistan werden vrijgegeven. Een gemeenschappelijk opiniestukvan De Crem en minister van Buitenlandse Zaken De Gucht in de zomer van 2008 stond bol van de propaganda, halve waarheden en hele leugens. Volgens hen schaarde 70 procent van de Afghaanse bevolking zich achter de internationale aanwezigheid. Er was een sterk gestegen toegang tot de gezondheidszorg, dalende kindersterfte, een verdubbeling van het BNP, onderwijssuccessen, amper veiligheidsincidenten, enzovoort … Het kon niet op. Zegebulletins en opgeblazen cijfers werden op de bevolking losgelaten. In 2011 verklaarde De Crem dat er weliswaar nog veel werk was die een substantiële aanwezigheid van onze troepen verantwoordde, maar dat het “doel was bereikt” om te “Afghaniseren” (het overdragen van de verantwoordelijkheid over de veiligheid in Afghanistan aan Afghaanse troepen).

Instellingen van de Verenigde Naties, kritische waarnemers die de moeite deden om het terrein op te gaan en veel stemmen van de vredesbeweging (zoals Vrede vzw) spraken een heel andere taal. Toen beide ministers hun opiniestuk publiceerden sprak het VN-Bureau van Humanitaire Zaken (OCHA) van een ‘ernstige’ en ‘verslechterde’ humanitaire situatie.

“Het is onze plicht burgers in nood bij te staan, waar ook ter wereld” zo klonk het toen uit de mond van beide ministers. Als Afghanen hun NAVO-oorlog ontvluchten doen zij en de andere Europese beleidsmakers – zoals nu weer blijkt – er evenwel alles aan om ze buiten de grenzen te houden. In de aanloop naar de transformatie van de gevechtsmissie (ISAF) in een ondersteuningsmissie van het Afghaans leger en andere veiligheidsdiensten (‘Resolute Support’ in 2015), bleven NAVO-leiders ‘de vooruitgang’ op het terrein benadrukken. “We kunnen trots zijn over wat we in Afghanistan hebben bereikt”, aldus NAVO-secretaris-generaal Rasmussen in een toespraak voor de Parlementaire Assemblée van de NAVO in mei 2013.

Twintig jaar lang kregen we PR-praatjes te horen over ‘vrouwenrechten’, terwijl er duizenden kinderen en vrouwen het leven lieten bij de bombardementen van de VS en hun bondgenoten

Twintig jaar lang kregen we PR-praatjes te horen over ‘vrouwenrechten’, terwijl er duizenden kinderen en vrouwen het leven lieten bij de bombardementen van de VS en hun bondgenoten. De Afghaanse president Hamid Karzai zag zich zelfs verschillende keren verplicht om oproepen te lanceren aan de buitenlandse troepen in zijn land om een einde te maken aan het “extreme” en “disproportionele” gebruik van geweld. “Burgerslachtoffers veroorzaakt door de militaire operaties van coalitietroepen zijn de oorzaak van spanningen in de betrekkingen tussen Afghanistan en de Verenigde Staten van Amerika”, aldus Karzai in maart 2011, nadat 9 jongens tussen 7 en 13 jaar vanuit een helikopter werden neergeschoten. Over die gruwelijke werkelijkheid van de oorlog bleven de NAVO-leiders oorverdovend stil.

“De NAVO bepaalde heel duidelijk haar ‘successtrategie’.” Aldus De Gucht en De Crem nog in hun pogingen om de bevolking te overtuigen waarom België zich in Afghanistan bevindt: “Het doel is de opbouw en de vorming van een zelfstandige en duurzame Afghaanse rechtsstaat aan wie de internationale gemeenschap haar taken kan overdragen”. Dat doel is vele tientallen miljarden euro’s en dollars later overduidelijk mislukt. En meer dan waarschijnlijk wisten de betrokken beleidsmakers toen ook al dat al dat geld in de bodemloze put van een uitzichtloze oorlog werd gestopt en enkel ten goede kwam aan de wapen- en veiligheidsindustrie en de corruptie die zich op deze oorlog had geënt.

‘Afghanistan Papers’

Er waren twee belangrijke momenten in de Afghaanse oorlogsgeschiedenis de afgelopen 20 jaar die een uitstekende gelegenheid zouden hebben gevormd voor een parlementaire onderzoekscommissie over Afghanistan. In 2010 kon de klokkenluiderssite wikileaks de hand leggen op 91.000 officiële ‘oorlogsdocumenten’ over Afghanistan die het daglicht niet mochten zien, met details over de vele slachtoffers van het optreden van de buitenlandse troepen of de toename van het aantal aanvallen door de Taliban. Maar de PR-praatjes kregen een prominentere plaats in de politieke en mediadebatten dan de realiteit op het terrein die uit deze documenten naar voor sprong. Uiteindelijk zouden mensen die achter de bekendmaking ervan zaten – Chelsea Manning en Julian Assange – worden vervolgd omdat ze de onfrisse praktijken van het buitenlandse optreden op de straatstenen hadden gegooid. In de NAVO-lidstaten is er geen enkele regering en amper een handvol parlementairen die het voor hen heeft opgenomen toen ze juridisch werden vervolgd en opgesloten.

SIGAR

Een tweede gelegenheid deed zich eind 2019 voor toen de Washington Post na drie jaar procederen onder het recht op informatie, de hand kon leggen op 2000 confidentiële documenten (de “Afghanistan Papers”, zie ook onze commentaar hier) van de Speciale Inspecteur Generaal voor de Afghaanse Reconstructie (SIGAR). Het betrof onder meer interviews met hoge militairen, diplomaten en politici uit de VS die nauw betrokken waren bij de aanslepende oorlog in Afghanistan. Uit deze documenten bleek dat de opeenvolgende VS-presidenten de publieke opinie voortdurend hebben misleid en voorgelogen. Dat laatste was althans het oordeel van John Sopko zelf, het hoofd van SIGAR. Wat officieel heropbouw heette, was in werkelijkheid een bodemloze put van grootschalige corruptie. Geld en contracten werden gebruikt om de loyaliteit van krijgsheren en drugsbazen af te kopen.

Geld en contracten werden gebruikt om de loyaliteit van krijgsheren en drugsbazen af te kopen.

Sinds het einde van ISAF eind 2014 vielen er volgens de VN 17.740 burgerdoden, van wie een kleine 10% als gevolg van het optreden van de internationale troepenmacht, hoewel deze officieel alleen nog maar ondersteunings- en trainingsmissies uitvoerde. De NAVO bleef het mantra herhalen dat de militaire alliantie werkt aan vrede en stabiliteit in Afghanistan. Op de NAVO-top in Washington (april 2019) loog NAVO-secretaris-generaal Stoltenberg dat de NAVO de voorwaarden creëert voor sociale en economische vooruitgang en “onderwijs en mensenrechten bracht voor vrouwen en meisjes”. De werkelijkheid: twee derde van de meisjes gaat niet naar school, 78% van de Afghaanse vrouwen is analfabeet en vier op de vijf vrouwen krijgen te maken met gedwongen huwelijken – velen voor hun 16de levensjaar. Een rapport van de SIGAR noemde de 280 miljoen dollar die USAID in een vrouwenprogramma stopte eenvoudigweg een verkwisting van belastinggeld.

Het is nodig dat er een parlementaire onderzoekscommissie komt die de leugens, de verkwisting van belastinggeld en onze deelname aan de oorlogspolitiek tot op het bot ontrafelt.

Op 26 augustus vond er een debat plaats in het parlement over Afghanistan waar vooral de spoedevacuatie uitgebreid aan bod kwam. Veel minder ging het over de Belgische deelname aan een uitzichtloze en mislukte oorlog en de politieke verantwoordelijkheden die ermee gepaard gaan. Jarenlang gold Afghanistan als uithangbord voor de ‘War on terror’, zonder dat er ooit een deftige evaluatie werd gemaakt van hoe militaire interventies landen als Afghanistan, Irak of Libië verder hebben gedestabiliseerd. Dat terwijl regeringen de keuze maakten om het leger uit te rusten met wapens en materieel die in eerste instantie moeten dienen om aan buitenlandse interventies deel te nemen. Diezelfde Pieter De Crem die, tegen beter weten in, de Belgische betrokkenheid in Afghanistan vergrootte, was de grootste voorstander van de aankoop van nieuwe F-35-gevechtsvliegtuigen. Net daarom is het nodig dat er een parlementaire onderzoekscommissie komt die de leugens, de verkwisting van belastinggeld en onze deelname aan de oorlogspolitiek van de VS en de NAVO tot op het bot ontrafelt.

 

Dit artikel is een overname van Vrede vzw.

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!