Tekening © Fleur Leysen
Sana El Kadouri, Fleur Leysen

“Het zijn geen vrouwen meer zoals vroeger”

Sana El Kadouri en Fleur Leysen verzamelden een aantal treffende getuigenissen, die aantonen dat er voor heel wat mannen 'werk aan de winkel' is, wat betreft hun gedrag en handelingen tegenover vrouwen. "Het besef dat vrouwen op gelijke voet behandeld moeten worden groeit. De daad bij het woord voegen gaat blijkbaar moeizamer. De mens is een gewoontedier en de roep naar verandering kan soms overweldigend zijn. Toch moet er iets veranderen, want zo kan het niet verder."

vrijdag 5 maart 2021 15:44
Spread the love

 

“Ik zat op de trein toen plots een dronken man naast me kwam zitten. Hij begon vieze toespelingen te maken en begon over mijn been te wrijven. Ik probeerde me te verzetten, maar de man leek agressief. Ik was helemaal in de war van de situatie. Toen ik hem probeerde weg te duwen, was ik op mijn hoede. Ik was bang dat hij zou uithalen. Bij de eerstvolgende halte ben ik snel van de trein gespurt. Ik was nog ver van huis, stond op een perron waar ik niks te zoeken had en miste een afspraak. Omdat een dronken man vond dat hij mij kon lastigvallen.”

Internationale Vrouwendag staat voor de deur. Het ideale moment om even open kaart te spelen dus. Er wordt nog vaak de vraag gesteld waarom een vrouwendag in onze contreien nodig is, België biedt immers veel kansen. In dit land kun je uitbloeien tot sterke, zelfstandige vrouw. We kunnen in grote mate ons eigen pad effenen, onze stoel claimen aan de tafel.

Openbaar vervoer, niet voor iedereen even veilig … Foto: pixnio.com

Wil je een carrière uitbouwen, ga je gang. Wil je een familie starten, geen probleem. Onze opties zijn legio. Maar zelfs in dit land, waar de wereld praktisch aan onze voeten lijkt te liggen, kun je als sterke vrouw plots een slag in het gezicht krijgen. Een slag die de grenzen niet enkel aftast, maar ruimschoots achter zich laat. Een slag die intussen zo normaal geworden is, dat velen hem nauwelijks nog voelen.

Een dag als deze is broodnodig om grensoverschrijdend gedrag – een term waarbij sommigen nu waarschijnlijk al driftig wegklikken – te benoemen zoals het is: onaanvaardbaar en alomtegenwoordig. We horen deemoedig de ongemakkelijke tot heftige situaties aan waar de vrouwen in ons leven mee te maken krijgen.

Situaties die we zelf ook ervaren of die we onbekende vrouwen zien delen. Aanvaringen die nagenoeg elke vrouw zal herkennen. Begrijp ons niet verkeerd, mannen kunnen ook slachtoffer zijn. Dat willen we zeker niet ontkennen of minimaliseren. We begrijpen ook dat het taboe hier vaak nog veel groter is en dat de drempel nog een pak hoger kan liggen.

Met de regelmaat van de klok

“Toen ik naar huis wandelde, stond er op de hoek van mijn straat een groepje mannen. Van zodra ik in hun gezichtsveld kwam, begonnen ze naar me te roepen. Ik besloot gewoon door te lopen en er geen aandacht aan te besteden – zoals ik meestal doe in dergelijke situaties. Dit maakte hen enkel meer opgefokt. Ik kreeg verwensingen naar mijn hoofd geslingerd, ‘of ik me te goed voel voor hen’. Zelfs vijf meter voor mijn eigen voordeur voelde ik me niet veilig.”

Het absurde zit ‘m vooral in de regelmaat van deze situaties. De alleenstaande gevallen kunnen soms onschuldig lijken. Maar we maken dit allemaal zo vaak mee, dat het al lang geen alleenstaande gevallen meer zijn. En het feit dat we dit zélf na verloop van tijd bijna normaliseren, waarbij we er al bijna van uitgaan dat we wel op een of andere manier lastiggevallen zullen worden op weg naar huis of waarbij we al bepaalde voorzorgsmaatregelen nemen, is misschien nog schrijnender.

Amsterdam, 1969. De vertrouwde straat, van iedereen? Foto: pixnio.com

Ondanks de tegenwind van de voorbije jaren is er nog steeds geen duidelijk signaal dat dergelijk ongepast gedrag aangepakt dient te worden. De straffeloosheid omtrent dit soort buitensporig gedrag zit verankerd in onze maatschappij en de voorvallen worden al te vaak geminimaliseerd.

Vaak wordt de schaal van dit gedrag niet op waarde geschat, hoe het bijna alledaags of banaal is geworden. Het is immers moeilijk de ware reikwijdte van het probleem te vatten, aangezien de meeste gevallen onder de radar blijven.

De ‘kleine aanvaringen’ vermeld je vaak gewoon niet, behalve aan je vriendinnen. Het lijkt de moeite al niet meer waard, want het brengt niets op om er over uit te wijden. Getuigenissen worden nu eenmaal vaak niet serieus genomen.

De reacties zijn duidelijk: ‘Het zal wel gelogen zijn, of toch alleszins sterk overdreven’ of ‘vrouwen kunnen tegen niks meer’. We kunnen u eerlijk zeggen dat de getuigenissen in dit artikel niet verzonnen zijn, en zeker niet overdreven. Ze zijn niet aangedikt om het sappiger te doen lijken.

We vinden het zelf trouwens helemaal niet moeilijk om die verhalen te geloven of om ons in hun schoenen te plaatsen. Wanneer vrouwen (en mannen) in alle kwetsbaarheid hun verhaal brengen, dan geloven we hen. Want we herkennen onszelf hierin. Onze ervaringen, maar ook die van onze naasten, zijn een spiegel van deze getuigenissen.

Met dit artikel willen we voornamelijk aantonen dat dit probleem wel degelijk veel groter is dan heel wat mensen denken. We willen tonen hoe veelvoorkomend dit is, in de hoop dat we dit niet nóg jaren moeten aankaarten.

“Ik was op een feestje en wachtte aan de wc’s bij de uitgang, toen een jongen naar me kwam en heel plakkerig begon te doen. Ik gaf aan dat ik niet geïnteresseerd was en net naar huis wou gaan. Hij bleef rond me hangen, dus besloot ik de wc’s in te lopen in de hoop hem af te schudden, tevergeefs. Hij volgde me de wc’s in. Ik kroop snel een wc-hokje binnen, waar hij ook wist binnen te glippen. In het hokje begon hij me in mijn gezicht te likken. Ik was volledig verstijfd, kon geen kant op. Reageren was precies geen optie meer, er kwam niks uit. Toen een vriendin me kwam zoeken, lukte me het uiteindelijk toch iets uit te brengen. Ze sleurde de jongen het hokje uit en schold hem de huid vol. Hij lachte echter enkel. Ik bleef verdwaasd achter mijn vriendin staan, nog steeds geschokt van wat er net gebeurd was. Als ik er nu aan terugdenk, krijg ik nog steeds de kriebels.”

‘De verbitterde mannenhaatster’

Van zodra grensoverschrijdend gedrag of seksuele intimidatie aangekaart wordt, wordt er moord en brand geschreeuwd over hoe die vrouwen wel een grondige hekel moeten hebben aan mannen. Hoe het waarschijnlijk verbitterde vrouwen zijn die alle mannen zien als bronstig roofdier en het liefst zo snel mogelijk de man onderwerpen aan de vrouw. Dit stigma helpt dit debat geen meter vooruit.

We zijn geen verbitterde vrouwen met een onnoemelijke haat voor het mannelijke geslacht. We weten dat er ontelbaar veel mannen zijn die dergelijk gedrag niet goedkeuren. Die opkomen voor vrouwen, die hier zelf genoeg van hebben. We weten dat er mannen zijn die hier zelf slachtoffer van zijn. We hebben absoluut géén hekel aan ‘de man’, laat ons dat heel duidelijk zijn.

We zijn wel bezorgd. Bezorgd over het aantal vrouwen dat zich dagelijks niet op hun gemak voelt door ongepast gedrag dat al te vaak weggelachen wordt. We zijn bang. Omdat we vaker wel dan niet ons gedwongen voelen om met onze sleutels in de hand de straten te doorkruisen, klaar om in de aanval te gaan.

We zijn ook kwaad, omdat deze dagelijkse aanvaringen niet au sérieux genomen worden. Omdat we worden weggezet als dramatisch, zwak of snel op de tenen getrapt.

Met de fiets op stap, voor het werk, voor de boodschappen of gewoon ter ontspanning, onbezorgd. Altijd?… Foto: Carlos ZGZ/pxhere.com

Dit gaat ook niet over het al dan niet weinig kunnen verdragen. Veel van deze gevallen zijn gewoon te gek voor woorden, die maar weinig mensen zouden kunnen verdragen. Het loopt nu eenmaal de spuigaten uit. En daarom weigeren we nog langer dergelijke ‘incidenten’ onder tafel te schuiven, ze te moeten weglachen.

Er valt ook niets te lachen. Deze absurde ingesteldheid, waarbij het in een moderne maatschappij als de onze toch nog oké lijkt te zijn om vrouwen in hun waardigheid te raken, ze niet enkel oncomfortabel te doen voelen, maar vaak ook ronduit bang … deze absurditeit moet ophouden.

“Ik zat op de fiets. Plots werd ik ingehaald door twee brommers. Toen ze me passeerden vertraagden ze. De jongen op de achterste brommer reikte uit en sloeg me op mijn achterste. Terwijl hij op z’n brommer zat en ik aan het fietsen was, vertraagde deze jongen dus, manoeuvreerde hij op z’n voertuig, puur voor de kick van een meisje aan te raken dat er niet om vroeg. Toen ze wegreden staken ze nog snel even een duim naar mekaar op. Ik was van mijn melk en kon enkel nog zielig een middelvinger opsteken die ze waarschijnlijk nooit gezien hebben en waar ze ook niets om zouden geven.”

Laten we ook even stilstaan bij het feit dat dit geen aanvaringen zijn die uit de context zijn getrokken, waar er nog een heel verhaal aan voorafgaat. Dit gebeurt meestal plots, geen waarschuwing, geen voorgaande dreiging.

Geen alarmbellen die zouden moeten afgaan. Geen provocerend gedrag dat dit uitlokt. Dit overvalt je, grijpt je even bij de keel en is meestal net zo snel gedaan als het begon.

Zwijgen en knikken

Met een steek in ons hart zien we bovendien steeds de typische reacties wanneer dergelijk gedrag aan de kaak gesteld wordt. “Overdreven, hysterisch” en al wat slecht is, of nog beter “het zijn geen vrouwen meer zoals vroeger”.

Laat ons hier even een kanttekening bij maken. Vrouwen vonden het vroeger evenmin oké om ongevraagd aangeraakt te worden, dat ze omwegen moesten maken om starende blikken uit te weg te gaan of zich uit de voeten moesten maken omdat ze achtervolgd werden. De vrouwen van vroeger walgden hier net zoveel van als wij. Ze kregen gewoon de mogelijkheid niet dit aan te kaarten.

Shoppen op de Antwerpse Meir, niet altijd even ontspannend. Foto: G. Lanting/CC BY-SA 4:0

Het is ook beangstigend dat vrouwen hier tot op heden nog altijd drempels ondervinden. Dat ze zich nog altijd moeten afvragen of hun verhaal wel ‘erg genoeg’ is om te vermelden of dat ze zich moeten afvragen of ze wel serieus genomen zullen worden en wat dit voor hun reputatie of zelfbeeld zal doen.

Of hoe ze door het gedrag van een narcistische dwaas zelf de paria in de maatschappij dreigen te worden. Het is nog beangstigender wanneer we zien dat sommige vrouwen zélf liever terug zouden gaan naar een tijd waarin ze monddood werden gemaakt, naar een tijd van incasseren en laten passeren.

“Toen ik op de Meir aan het winkelen was, had ik al snel door dat ik achtervolgd werd. Ik voelde zijn ogen bij elke stap die ik zette, die ogen die in mijn rug brandden. Ik probeerde enkele winkels binnen te gaan, in de hoop dat hij zou vertrekken. Telkens wanneer ik dacht dat hij weg was, dook hij wel weer op. Het begon donkerder te worden. Ik moest eigenlijk nog enkele zaken kopen, maar besloot uit ongemak toch te vertrekken. Toen ik op de trein zat voelde ik me weer wat veiliger, maar ook gefrustreerd dat ik mijn plannen moest veranderen door deze onbekende. Toen ik even uit het raampje van de trein keek, wist ik niet wat me overkwam. Ik zag hem vanop het perron naar me kijken. Hij grijnsde naar me. Ik voelde me doodsbenauwd en vooral ook machteloos.”

Niet passief, wel moegetergd

Er wordt vrouwen bovendien vaak verweten dat ze maar hun mond moeten opendoen. Dit is helaas niet altijd mogelijk of maakt vaak gewoon geen verschil. Een grens aangeven wil niet zeggen dat je daarmee uit de gevarenzone bent. Soms ben je ook zodanig op je hoede dat je geen confrontatie durft aan te gaan.

Soms lijkt het gewoon verstandiger om uit voorzorg te zwijgen. Je wilt ze immers niet uitdagen. Soms ben je gewoonweg te verbaasd en kun je even geen woord uitbrengen. Andere keren ben je in gedachten al te druk bezig met het zoeken naar een vluchtweg. Waarom die incidenten dan niet meteen na de feiten gemeld worden? Als we elke keer dat zoiets gebeurt onze mond zouden openen, zouden we nooit meer zwijgen.

“Ik wachtte aan de bushalte toen een jongen voorbij fietste. Terwijl hij passeerde staarde hij me langdurig aan. Niet gewoon een snelle blik, maar echt het soort staren waar je je ongemakkelijk door voelt. Een paar meter verderop draaide hij om en fietste opnieuw richting de bushalte. Opnieuw staarde hij me aan. Hij zette zijn fiets weg en kwam naast me zitten. Mijn gedachten draaiden ondertussen al op volle toeren, het ongemak groeide. Toen de bus aankwam bleef de jongen eerst nog even zitten, maar toen kwam hij recht en net voor ik de bus opstapte vond hij het gepast om over mijn kont te wrijven. Ik stond perplex, wist even niet wat te doen. Gelukkig kon ik op de steun van de buschauffeur rekenen, want ik was zelf te verbaasd om te reageren.”

Vrouwen – of mannen – die met dit gedrag te maken krijgen, zijn geen passieve slachtoffers. We proberen voor onszelf op te komen, onze grenzen aan te geven en intimidatie het hoofd te bieden.

De alomtegenwoordigheid van het probleem, de straffeloosheid en het algehele wantrouwen tegenover mensen die ervoor uitkomen, zorgen er wel voor dat we bijna moegestreden zijn. Te moe om het te blijven aankaarten, te moe om te blijven smeken voor oplossingen.

Flirten mag wél nog

Uiteraard zullen sommige tegenstanders met het gebruikelijke stokpaardje komen aanzetten: “Mag er dan niet meer geflirt worden?” Hierop antwoorden we volmondig: jawel. Flirt erop los, maak mensen het hof. Flirten is iets natuurlijks, het is iets plezants. Daar zit dan ook het verschil met seksuele intimidatie.

Flirten moet plezant zijn. Het moment waarop de andere persoon – man of vrouw – zich hierbij ongemakkelijk voelt, is het tijd om te stoppen. Daar ligt de grens. Die grens kan voor iedereen anders zijn, maar duidt wel altijd het moment aan waarop flirten niet langer flirten is.

“Toen ik op een feestje was, kwam er een jongen op me af. Hij begon te flirten, maar ik had geen interesse. Uit het niets duwde hij me hardhandig tegen de muur en begon me te kussen. Hij was veel sterker, dus hem wegduwen had geen avance. Gelukkig kwam een vriend tussenbeide toen die al snel doorhad dat ik dit niet wilde.”

Laten we ook even duidelijk maken dat het onschuldige flirten waar de roeptoeters zo vaak over prediken niet gelijkstaat aan achtervolgen, stalken, dreigend aanstaren of ongewenst aanraken. Iemand kussen die daar absoluut geen interesse in heeft, is geen flirten. Iemand geld aanbieden voor seksuele diensten of naroepen in vulgaire termen, dat is géén flirten. Flirten hoort nu eenmaal niet bedreigend te zijn.

“Toen ik op een dag naar het station wandelde, merkte ik dat een auto naast me vertraagde. Ik gaf er geen aandacht aan. De chauffeur begon me vanuit zijn raam toe te roepen, maar ik bleef het negeren. Hij vertrok. Een minuut later passeerde hij uit de tegenovergestelde richting, opnieuw vertragend en roepend. Meteen daarna zag ik dat hij de auto weer draaide. Hij passeerde me voor de derde keer. Ik was opgelucht toen ik aan de volgende straat kwam, waar de auto niet in kon. Toen ik uiteindelijk toekwam aan het station wachtte de auto me op voor het stationsgebouw, waarbij de chauffeur me toewuifde. Ik voelde me zo angstig, ondanks dat het klaarlichte dag was en er redelijk wat volk op de baan was. Ik rende snel het station binnen in de hoop me daar veiliger te voelen, omringd door de vele mensen op het perron.” 

Fix the culture, not the women

“Ik bestelde sushi bij een restaurant. Toen de jongen aan mijn deur stond, kreeg hij een vriendelijke goedenavond – ik ben beleefd opgevoed. De jongen vatte mijn vriendelijkheid blijkbaar op als uitnodiging, waarna hij mijn persoonlijke gegevens van de Takeaway-website gebruikte om mij zowel via social media als via mijn nummer te contacteren. Ondanks dat ik heb duidelijk gemaakt dat ik geen interesse heb, word ik al drie maanden te pas en te onpas lastiggevallen door deze jongen.”

De bovenstaande getuigenissen en het verhaal dat we hier brengen maken duidelijk dat er nog veel werk aan de winkel is. Dit is ook waarom we dit steevast zullen blijven aankaarten. De wereld verandert continu, alsook de tijdsgeest.

Het besef dat vrouwen op gelijke voet behandeld moeten worden groeit. De daad bij het woord voegen gaat blijkbaar moeizamer. De mens is een gewoontedier en de roep naar verandering kan soms overweldigend zijn. Toch moet er iets veranderen, want zo kan het niet verder.

De huidige situatie maakt ons paranoia. Het is uitputtend om steeds op je hoede te zijn. Vrouwen hebben tegenwoordig een soort ingebouwd mechanisme ontwikkeld, waarbij ze groepjes mannen schuwen of de hulp van een onbekende wantrouwen. We vinden het zo ontzettend jammer dat we op den duur argwanend worden van een louter vriendelijk gebaar.

Bij elke aanvaring denken we: dit is het. Dit is de druppel die de emmer doet overlopen, de druppel die aangeeft dat het gewoonweg genoeg is. Maar dan bedenken we ons dat die emmer al lang is overgelopen, dat we ons ondertussen in een steeds dieper wordende plas van intimidatie bevinden.

En dat zolang er geen verandering in zicht is, geen structurele oplossing of drastische wijziging van de mindset, we blijven dweilen met de kraan open.

En voor al degenen die onze klaagzang intussen beu gehoord zijn, hebben we dan ook maar één boodschap: zolang de situatie niet verandert, moeten we wel blijven zingen.

Creative Commons

take down
the paywall
steun ons nu!