hashtag
© RV

Black Lives Matter! Hoe een hashtag kan uitgroeien tot wereldwijd protest

Geen hashtag die de voorbije jaren zo een opgang maakte als #BlackLivesMatter. Wat op het internet startte, groeide uit tot een mondiale protestbeweging. Maar hoeveel kans op slagen heeft zo’n online revolutie?

dinsdag 1 december 2020 10:58
Spread the love

 

‘Please, I can’t breathe.’ Het was de laatste zin die de Amerikaan George Floyd uitsprak toen een agent op 25 mei 2020 minutenlang zijn knie in diens nek zette. Floyd stierf. Dat lazen we later niet enkel in de krant, maar we konden het ook allemaal zien. De 17-jarige Darnella Frazier filmde de gebeurtenis en plaatste de video op Facebook, niet wetende dat die ene druk op de opnameknop een ongeziene golf aan protesten tegen racisme en politiegeweld zou ontketenen. Het filmpje van 8 minuten en 46 seconden ging viraal op sociale media. Wereldwijde protesten, gesteund door de Black Lives Matter-beweging, volgden.

In de nasleep rijst de vraag van hoeveel mensen hun dood, in tegenstelling tot George Floyd, niet op camera werd vastgelegd. Kan u hun namen opnoemen? Wellicht niet. Wanneer dit doordringt, kunnen we niet anders dan stilstaan bij de rol van sociale media bij het ontstaan van protesten. Zijn zij een belangrijke katalysator van protest? En wat is hun invloed op lange termijn?

De BLM-protesten hebben hun naam en faam mede te danken aan de nieuwe media. Wat begon als een hashtag is inmiddels uitgegroeid tot een sociale (protest)beweging, met wereldwijde bekendheid. “We don’t deserve to be killed with impunity. We need to love ourselves and fight for a world where Black lives matter. Black people, I love you. I love us. We matter. Our lives matter.” Het zijn woorden uit de ‘open liefdesbrief aan zwarte mensen’ die de Amerikaanse mensenrechtenactivist Alicia Garza in 2013 op haar Facebookpagina postte. Met de tekst wilde ze haar machteloosheid uiten over de vrijspraak van buurtwacht George Zimmerman. Die schoot het jaar daarvoor de zwarte tiener Trayvon Martin dood omdat hij hem voor een gangster aanzag. Zimmerman beriep zich op zelfverdediging en ging vrijuit. Martin was onbewapend. Het vonnis kwam bij vele Amerikanen hard aan. Duizenden mensen trokken de straat op om te protesteren.

Black Twitter

Terug naar Alicia Garza’s open brief op Facebook. De Amerikaanse activiste Patrisse Colors deelt Garza’s Facebookpost. Ze voegt er – als eerste ooit – de hashtag #BlackLivesMatter aan toe. Geen van beide dames beseft het, maar op dat moment – in 2013 – wordt de BLM-beweging geboren. De hashtag gaat pas viraal nadat ze wordt opgepikt door ‘Black Twitter’, een subcultuur op de sociale netwerksite Twitter.

Dat we spreken over ‘Black Twitter’ en niet ‘Black Instagram’ of ‘Black Facebook’ is niet toevallig. Afro-Amerikanen zijn sterk vertegenwoordigd op Twitter. Maar liefst een derde van de Afro-Amerikaanse internetgebruikers is er actief, tegenover een vijfde van de witte Amerikanen. Dat blijkt uit cijfers van een studie uit 2015 van het Pew Research Centre. Op Black Twitter gaan ze met elkaar in gesprek over cultuur, ras en identiteit. Het is een platform voor protest én voor hoop. Zo wordt er aandacht gevraagd voor politiegeweld, ongelijkheidskwesties en institutioneel racisme in de VS. Daarnaast focust ‘Black Twitter’ ook op het vieren van de zwarte cultuur. Door het delen van ludieke filmpjes en foto’s proberen de gebruikers het gebrek aan diversiteit in de populaire mediacultuur te compenseren.

Uit statistieken van Twitter, die het PEW Research Center in 2018 publiceerde, blijkt dat de hashtag #BlackLivesMatter na de dood van Trayvon Martin, gemiddeld dertig keer per dag werd gedeeld. Een jaar later krijgt de hashtag vleugels nadat de Amerikaanse agent Darren Wilson de ongewapende zwarte tiener Michael Brown doodschoot, en ook werd vrijgesproken. #BlackLivesMatter verscheen gemiddeld 58.747 keer per dag op Twitter in de weken na Browns dood. In de tien dagen na Floyds dood werd de hashtag maar liefst 47,8 miljoen keer gebruikt.

Paradox

Miljoenen socialemedia-gebruikers struikelen online vervolgens over elkaar om hun steun aan de BLM-beweging te uiten. Op 5 juni 2020 start een weekend van wereldwijd protest. Voor het eerst krijgt de beweging op wereldwijde schaal navolging. Door het thema op miljoenen schermen over de hele wereld te brengen hebben sociale media bijgedragen aan het verspreiden van het protestvuur.

De hamvraag blijft of BLM dankzij haar activiteiten op sociale media, ook sociale en politieke verandering zelf in gang heeft kunnen zetten. Volgens sociologen Mehmet Fatih Yigit en Bulent Tarman zijn sociale media de meest effectieve instrumenten om sociale veranderingen in goede banen te leiden. Techno-socioloog Zeynep Tufekci denkt daar anders over. “Technologie versterkt sociale bewegingen, maar paradoxaal genoeg worden ze op dezelfde manier erdoor verzwakt.”

Tufekci maakt de vergelijking met vijftig jaar geleden. Toen was het nog zware arbeid om een protestbeweging op de been te krijgen. In 1955 werd Rosa Parks gearresteerd omdat ze op de bus weigerde haar zitplaats af te staan aan een witte passagier. Om een boycot van het openbaar vervoer als protest mogelijk te maken, moesten tweeënvijftig flyers handmatig gedrukt worden met een stencilmachine om ze vervolgens één voor één te verspreiden. Vandaag maak je met enkele kliks een Facebook-evenement aan waar duizenden mensen zich op aanwezig kunnen zetten. Volgens Tufekci zijn het net de arbeidsintensieve logistieke taken die een beweging sterk maakten. “Zo werd een organisatie gecreëerd van mensen die samen konden nadenken, collectief moeilijke beslissingen konden nemen, consensus bereikten, innoveerden en het belangrijkste: samen konden doorgaan ondanks alle hindernissen.”

Beperkte impact

Ook politicoloog Jonathan Pinckney, die in 2017 meewerkte aan een Harvard-onderzoek naar de effectiviteit van straatprotesten, ziet de dubbelzinnigheid in van sociale bewegingen zoals BLM, die dankzij sociale media in een mum van tijd groot worden. “Een snelgroeiend protest is niet hetzelfde als het oprichten van een sterke beweging met een duurzame achterban, infrastructuur en strategie. Natuurlijk maakt een snel opgekomen, grote protestbeweging indruk”, zegt Pinckney in een interview op issuemakers.nl. “Maar politici weten dat er geen organisatie achter zit met de kracht om op lange termijn te volharden. Zo kunnen ze gewoon wachten tot het overwaait. Snel een enorme groep mensen mobiliseren is knap, maar niet genoeg voor een succesvol protest.” Zal BLM door een gebrek aan organisatie en hiërarchie in de praktijk geen grote impact hebben? Een groot sociale medianetwerk met zwakke banden. Is dat hoe we BLM moeten samenvatten?

Sander Van Haperen, die doctoreerde met een onderzoek naar de rol van sociale media in de BLM-protesten, nuanceert. Van Haperen stelde in zijn doctoraatsproef vast dat protestbewegingen zoals BLM door het gebruik van sociale media niet minder hecht zijn. De groepsvorming zou niet fundamenteel zijn veranderd. Wel zijn er meer aanleidingen gekomen om je aan te sluiten bij een protest. Bovendien blijven de lokale ‘offline’ omstandigheden en netwerken belangrijk. “Sociale media zijn een weerspiegeling van onze sociale netwerken en de meeste contacten hebben we met mensen in de buurt. Hoewel het dus in theorie mogelijk is om via sociale media veel grotere groepen mensen te bereiken, groeit protest in de praktijk gewoon via lokale gemeenschappen.”

Time for change?

Maar is dat voldoende om ook echt het systeem te veranderen? The New York Times-journalist Nate Cohn zag in een van zijn artikels alvast een lichte verschuiving. Cohn houdt zich vooral bezig met verkiezingen, opiniepeilingen en demografie. Voor The Upshot, een website van The New York Times waarop datavisualisatie wordt gecombineerd met conventionele journalistieke nieuwsanalyse, ging hij na hoe de publieke opinie over BLM is geëvolueerd. Hij komt met opvallende cijfers.

Uit een onderzoek van Civiqs blijkt namelijk dat in de twee weken nadat de video met een stikkende George Floyd zich verspreidde via sociale media, de steun voor BLM bij de Amerikaanse stemgerechtigden bijna evenveel toenam als in de twee jaar daarvoor. Daarnaast wezen ook de wekelijkse opiniepeilingen van de universiteit van Los Angeles (UCLA) op een aanzienlijke toename van betrokkenheid. Enerzijds in de aversie tegenover de politie, anderzijds in de overtuiging dat Afro-Amerikanen veel discriminatie ervaren.

Volgens Cohn is het belangrijkste dat uit een opiniepeiling van de Universiteit van Monmouth bleek dat 76 procent van de Amerikanen racisme en discriminatie als een ‘groot probleem’ beschouwt. Een stijging met 26 procent op twee weken tijd. Daarnaast toonden de opiniepeilingen aan dat een meerderheid van de Amerikanen gelooft dat de politie eerder dodelijk geweld gebruikt tegen Afro-Amerikanen, terwijl in 2013 – toen BLM begon – een grote meerderheid van de kiezers het niet eens was met deze uitspraak.

Een ander onderzoek is dat van het Pew Research Center uit 2014. Daarin werd vastgesteld dat 23 procent van de socialemedia-gebruikers in de VS zegt dat sociale media hun opinie over politieke kwesties – waaronder BLM wordt vermeld – heeft veranderd. Daaruit zouden we kunnen besluiten dat de BLM-beweging dankzij zijn grote bereik op sociale media, een wezenlijke invloed heeft gehad op de publieke opinie.

Echokamers

Maar er is ook slecht nieuws. Sociale media zijn namelijk niet enkel een zegen voor het democratisch protest. Volgens Vyacheslav Polosenski, onderzoeker aan het Oxford Internet Institute, brengen sociale media zowel nieuwe opportuniteiten als bedreigingen met zich mee. “Sociale mediaplatformen zoals Facebook en Twitter hebben in principe wel de mogelijkheid om de mens met uiteenlopende meningen in contact te brengen, maar de voorkeuren uit de gebruikte algoritmes voor personalisering zorgen dat gebruikers vooral met een bevestiging van de eigen ideeën worden geconfronteerd”, stelt Polosenski in het artikel The biggest threat to democracy? Your social media feed.

Daarmee verwijst Polosenski naar de zogenaamde echokamers waarvoor heel wat onderzoekers waarschuwen. Sociale media zouden volgens hen een echokamer zijn waarin enkel informatie en meningen voorkomen die met je eigen opinie overeenstemmen. Dat kan zorgen voor negatieve gevoelens tegenover de opinie van mensen en groepen die er een andere mening op nahouden. Zo wordt het internet een kanaal dat tegenstellingen tussen verschillende ideologieën versterkt, in plaats van plek waar publiek debat gevoerd kan worden.

 

© 2020 – StampMedia – Aida Macpherson

Stampmedia

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!