Het regenwoud van de Amazone in de Braziliaanse deelstaat Amazonas. Foto: Palmer / CIAT / CC BY-NC-ND 2:0
Analyse - Laurent Delcourt, Centre Tricontinentale (CETRI),

Voor en na de bosbranden smeult het vernietigende Amazonebeleid van Jair Bolsonaro verder

dinsdag 14 juli 2020 12:05
Spread the love

 

“We moeten gebruik maken van het feit dat “de internationale pers zich bijna uitsluitend richt op COVID-19” om “hervormingen door te drukken en de regels te versoepelen” op vlak van de bescherming en het behoud van het leefmilieu.” Dit was in essentie de verklaring van Ricardo Salles, federaal minister van Leefmilieu onder president Bolsonaro, die zonder zijn medeweten op 22 april 2020 werd gefilmd tijdens een bijeenkomst van de regeringsraad, in een video-opname die breed werd uitgesmeerd in de Braziliaanse media.

Deze verklaringen van de minister veroorzaakten heftige publieke verontwaardiging, maar zijn geenszins een afwijking van de norm. Beter dan welke demonstratie ook, beklemtonen zij de systematische vernietiging van elke beschermende milieuwetgeving.

Die wordt door deze extreemrechtse regering doorgedrukt, in naam van – en ten behoeve van – economische en geostrategische belangen die als superieur worden beschouwd. Zo blaast deze regering nieuw leven in een project voor de ‘modernisering’ van het Amazonegebied dat ooit werd ontworpen door het oude autoritaire militaire regime (1964-1985).

Enkele maanden na de bosbranden (van januari tot oktober 2019, nvdr.) wordt een nieuwe zwarte pagina geschreven voor de verdedigers van het Amazonegebied en zijn volkeren. Op 1 november 2019 werd inheems activist Paulo Polino vermoord tijdens een gevecht met houthandelaars. Hij was lid van de Guajajara-stam (Maranão) en lokale leider van de Guardiões da floresta (‘de boswachters’), een groepering die het Amazonegebied verdedigt.

Het Amazonegebied omvat het volledige noordoosten van Brazilië. Map: Raphael Lorenzeto de Abreu/CC BY 2:5

Een paar weken later werden tegelijk twee grote politieoperaties gestart. Op 26 november 2019 werd het terrein van de ngo Saúde e Alegria (‘gezondheid en vreugde’) overvallen door de politie, die computers en documenten meenam. Deze ngo staat bekend voor haar uitstekende inzet voor de inheemse bevolking in het rivierbekken van de Topajos-rivier in de deelstaat Pará.

Op dezelfde dag werden vier vrijwilligers van de Brigada Alter do Chão, een vrijwilligersorganisatie opgericht om samen met de brandweer bosbranden te bestrijden, gearresteerd en in hechtenis genomen op beschuldiging dat zij zelf het bos in brand zouden hebben gestoken en daarbij ongeveer 1.200 hectare in de regio van de stad Santarém in de staat Pará (Brum, 2019) zouden hebben verwoest.

President Bolsonaro had in augustus 2019 de milieu-ngo’s er in het openbaar van beschuldigd veel van deze branden opzettelijk te hebben aangestoken om de aandacht te trekken en zijn regering in diskrediet te brengen. Na zijn verklaringen blijkt dat met deze politieoperaties een nieuwe fase is ingetreden in het offensief van de Braziliaanse autoriteiten tegen activisten voor het leefmilieu en voor mensenrechten.

Op basis van een bevel van een rechter stellen de lokale autoriteiten nu alles in het werk om al wie zich verzet tegen hun project voor de Amazone te muilkorven, te criminaliseren en te delegitimiseren tegenover de publieke opinie. Deze rechter komt zelf uit een familie van houthakkers die vroeger actief was in de regio en openlijk pro-Bolsonaro is (Folha de São Paulo, 20 november 2019).

Zo voeren deze lokale overheden een autoritair project uit voor de exploitatie van de immense Amazone, waarbij de oude droom van de Braziliaanse juntageneraals voor verovering en ‘ontwikkeling’ van het gebied nieuw leven wordt ingeblazen (Brum, 2019; Dias, 2019).

De amazone-obsessie van de Braziliaanse generaals

De Europese media hebben nauwelijks melding gemaakt van deze informatie. Die is echter essentieel om de omvang van de voorbije bosbranden in Brazilië en de diplomatieke crisis tussen Brazilië en Frankrijk, die er toen op volgde, te vatten.

De onafhankelijke nieuwssite The Intercept wierp een steen in deze poel. De site bracht opnames uit van de manoeuvres van voormalig rechter Sergio Moro, nu minister van Justitie, om de veroordeling van voormalig president Luis Inácio Lula da Silva op 20 september 2019 te forceren.

Deze bewijzen1 onthulden het bestaan van een groot plan om een van de meest geïsoleerde en best bewaarde gebieden van de Amazone te ontsluiten, te exploiteren en te herbevolken. Het gaat over een uitgestrekt gebied genaamd Calha Norte, dat zich uitstrekt over de staten Amapá, Roraima, Pará en Amazonas.

De Amazone omvat negen Braziliaanse deelstaten. Map: OS2Warp/CC BY SA 3:0

Het plan omvat de voltooiing van de autoweg BR-163 om de stad Santarém in de staat Pará naar het noorden te verbinden met de grens met Suriname, de bouw van een brug over de Amazonerivier en een nieuwe hydro-elektrische dam, verbreding en consolidatie van de waterwegen en het openen van grote delen van het grondgebied langsheen deze nieuwe route voor mijnbouw, agro-bosbouw en agro-industriële exploitatie, in beschermde natuurgebieden en inheemse gronden.

Het project, dat in het grootste geheim wordt besproken onder leiding van het secretariaat voor strategische zaken van de president, is zeer ambitieus. Uiteindelijke doelstelling is de aanwezigheid versterken van de overheid in deze grensregio, zogenaamd tegen externe bedreigingen, te consolideren en om de deelname van de deelstaat aan de nationale economie te vergroten door de aanmoediging van investeringen en herbevolking.

Naast hun economische en geostrategische ambities, geven de auteurs van het project ook een opsomming van de obstakels en potentiële risico’s die de realisatie kunnen belemmeren: een “globalistische campagne” georkestreerd door internationale milieu-ngo’s om “de Braziliaanse soevereiniteit over het Amazonegebied te minimaliseren”, mensenrechtenorganisaties, de militante rooms-katholieke kerk, nationale overheidsorganen belast met de bescherming van de bossen en de rechten van de inheemse bevolking (zoals Ibama en FUNAI2), enz. Dit zijn allemaal “potentiële bedreigingen die moeten worden geneutraliseerd”.

Het plan van Barão de Rio Branco is in werkelijkheid niets origineels. De inspiratie voor het plan komt van reserve-generaal Maynard Marques de Santo3. Het is slechts een heruitvoering van de oude droom om de “grote Amazone leegte” te veroveren, door middel van de vestiging en economische ontwikkeling, en de militarisering van de noordelijke grens van het land (Dias 2019).

Gefrustreerde ambities

“Integreer [het grondgebied] om er niet van te worden gescheiden, om er niet onteigend te worden” (integrar para não entregar)”. Deze formule vat een van de hoofdlijnen samen van de doctrine van de generaals die in 1964 in Brazilië met een staatsgreep aan de macht kwamen en tot 1985 stand hielden.

Geobsedeerd door een grotendeels gefantaseerde dreiging van een “internationalisering” van de regio4, brachten zij deze doctrine al snel in de vroege jaren zeventig in praktijk door een uitgebreid programma voor economische ontwikkeling en vestiging in de Amazone te lanceren. Dit project was kolossaal. Het omvatte ondermeer de aanleg van een autoweg van meer dan 4.000 km die de regio van de ene naar de andere kant doorkruist van het oosten naar het westen.

Deze Transamazonië-autostrade werd in 1972 met veel pracht en praal ingehuldigd en was in feite een antwoord op de existentiële angst van de militairen, voor wie elke lege ruimte binnen het grondgebied als een bedreiging voor de nationale veiligheid werd gezien. Tevens zagen zij er ook een conservatieve oplossing in voor de verslechterende sociale conflicten in het hele land.

Map: The Intercept Brasil

De verdeling van de “te ontruimen” en economisch te ontwikkelen gronden langs deze duizend kilometer lange weg, werd verondersteld het probleem van de landloosheid en de plattelandsarmoede in het noordoosten van Brazilië definitief op te lossen. De slogan “Land zonder mannen voor mannen zonder land” wordt er nog steeds ingehamerd door een regime dat elk idee van landbouwhervorming afwijst.

Maar al snel werd deze militaire droom van de Amazone aan diggelen geslagen op de muur van de economische realiteit. De eerste (1973) en de tweede olieschok (1979) brachten het land in een recessie. De faraonische projecten van het regime (Transamazonië, de Itaïpu-dam5 …) zetten de overheidsfinanciën zwaar onder druk en de staatsschuld explodeerde.

Veel bouwwerven werden onafgewerkt verlaten, terwijl de beloften van het leger op vlak van sociale, onderwijs- en gezondheidsinfrastructuur nooit werden nagekomen. Vrij snel veranderde het Braziliaanse “economische wonder” in een nachtmerrie voor kolonisten6 en landlozen, die aan hun lot werden overgelaten. De regio werd het toneel van talrijke agrarische en sociaal-ecologische conflicten. Deze mislukking is nog steeds duidelijk.

Vanaf het begin van de jaren 1980 zal de democratisering van het land, en daarmee gelijklopend de opkomst van een nieuw activisme voor de verdediging van het oerwoud en de mensen die er wonen, het militaire Amazoneproject zijn genadeklap geven.

In een internationale context die gekenmerkt wordt door een groeiend bewustzijn van het belang van de milieuproblematiek, zijn deze actoren er ten koste van grote mobilisaties in geslaagd om in de nieuwe grondwet van 1988 de erkenning van de sociale, economische en culturele rechten van de Amazonebevolking af te dwingen, evenals de verplichting voor de staat om deze rechten te garanderen en te realiseren door middel van de uitvoering van passende beleidsinstrumenten en -mechanismen.

Voor het eerst werd het recht op land van inheemse volkeren erkend in de Braziliaanse grondwet. Het is vanaf dan aan de staat om dit te garanderen door hun grondgebied af te bakenen. De overheid zal voortaan ook moeten zorgen voor het behoud van natuurgebieden van groot ecologisch belang.

In 1992 spreekt de afdeling Brazilië van de allereerste Earth Summit zich uit voor een verdere stap in de bereidheid van het land om zich te engageren voor een meer ambitieus sociaal en milieubeleid, maar pas toen de Arbeiderspartij PT (van presidenten Lula en Rousseff) in januari 2003 aan de macht kwam, werd een echte kwalitatieve sprong voorwaarts gemaakt.

De PT-regeringen beslisten de versnelling van het proces van afbakening van inheemse gebieden, de uitbreiding van beschermde natuurgebieden, de versterking van de instellingen die belast zijn met de strijd tegen de ontbossing en de verdediging van de mensenrechten, de vermenigvuldiging van de overlegorganen met de actoren op het terrein, de goedkeuring van het Nationaal Plan tegen klimaatverandering (2009) en de ambitieuze doelstellingen die het land zichzelf heeft gesteld in het kader van het Klimaatakkoord van Parijs (COP21 – 2015).

De resultaten van dit proactieve beleid zijn onmiskenbaar: tussen 2004 en 2014 daalde het ontbossingstempo in de Amazone met bijna 82 procent (Aubertin, Kalil, 2017).

Toegegeven, het beleid van de regeringen van Luis Inácio Lula da Silva en Dilma Rousseff in de Amazone breekt niet volledig met dat van hun voorgangers. In veel opzichten hebben ze zelfs bepaalde kenmerken van het landbouw-extractivistische ontwikkelingsmodel waarin ze zijn blijven werken nog benadrukt.

Op 19 september 2019 werd Paulo Polino vermoord door illegale houthakkers. Hij organiseerde de lokale bevolking om zich tegen hun activiteiten te verzetten. Foto: jornalfolhalitoral.com.br

Dit beleid blijkt uit de opening van grote projecten, zoals de omstreden bouw van de Bello Monte dam, die vandaag wordt beschreven als “een monument voor afval en waanzin” (Vigna 2019), steun voor het liberaliseringsbeleid, de toekenning van talrijke concessies aan landbouw-exporterende sectoren, de hervorming van het boswetboek en de stopzetting van het proces van afbakening van inheemse gronden onder de tweede regering-Rousseff (Brum 2019).

In een poging om economische imperatieven te verzoenen met sociale en milieueisen werd echter tegemoetgekomen aan de woede van de oude conservatieve generaals, die volledig gekant waren tegen milieu- en inheemse overwegingen.

Omdat Lula en Rousseff toch ontvankelijker waren voor de eisen van sociale en milieubewegingen, voedden ze uiteindelijk de paniekangst van de militairen dat ‘hun’ Amazone overgeleverd werd aan de genade van internationale drukkingsgroepen met de steun van hun zogezegde lokale tussenpersonen: ngo’s, inheemse en milieuorganisaties, VN-agentschappen, enz.

Bolsonaro’s woedende beschuldigingen tegen milieuactivisten, “linkse bandieten” en milieu-ngo’s, zijn hysterische aanklacht tegen het Klimaatakkoord van Parijs als “een internationale samenzwering” om de ontwikkelingsinspanningen van het land te ondermijnen, zijn belofte om elke nieuwe afbakening van inheems land definitief te bevriezen en zijn herinneringen aan het soevereine recht van Brazilië over de Amazone, konden alleen maar een gunstige weerklank vinden in de kazernes en bij de generaals die meer dan wat dan ook vreesden voor een mogelijke terugkeer van de Arbeiderspartij naar het politieke leiderschap van het land.

Het lijdt geen twijfel dat hun stellingname over de Amazone heeft bijgedragen tot hun openlijke en massale steun voor Bolsonaro, terwijl ze aanvankelijk enige reserve hadden tegenover zijn kandidatuur, tot hij vooruitging in de peilingen. Zijn machtsovername liet hen niet alleen toe zich politiek terug te vestigen maar gaf vooral de kans terug de hand te leggen op het Amazonebeleid.

Geplande chaos

Als belangrijkste regio in het Plan Barão do Rio Branco heeft de deelstaat Pará nu een van de hoogste ontbossingspercentages van het land. Het is ook een van de meest gewelddadige staten en het toneel van talrijke agrarische en sociaal-ecologische conflicten. Het is daar, in de gemeente Novo Progresso, langs de BR-163, dat op 10 augustus 2019 de ‘Dag van het Vuur’ werd gehouden: tientallen branden werden tegelijkertijd gesticht op initiatief van veefokkers en landbouwproducenten uit de regio die zo hun steun wilden betuigen aan het Amazonebeleid van Bolsonaro.

Het ministerie van Leefmilieu was ruim van tevoren gewaarschuwd en heeft zich niet verwaardigd om in te grijpen. Onder internationale druk aarzelde Bolsonaro niet om enkele dagen later de argumenten van de vermeende verantwoordelijken voor de brandhaarden – de leden van de organisatie van landbouwproducenten – over te nemen. Hij schreeuwde dat dit een “internationale samenzwering tegen Brazilië” was en gaf voor de branden zowel aan de droogte als aan milieu-ngo’s de schuld (Repórter Brasil, 25 augustus 2019; Rayes, 26 augustus 2019).

Protest tegen de ontbossing van de Amazone in Porto Alegre. Foto: Ricardo André Frantz/CC BY 4:0

Deze houding, door de internationale pers vaak als surrealistisch beschreven, is echter zeer rationeel vanuit het oogpunt van de huidige Braziliaanse regering. De bosbranden in de Amazone zijn niet het resultaat van een of ander onverantwoordelijk, incompetent of grillig beheer. Ze zijn daarentegen de zichtbare logische consequentie van een zeer weloverwogen en doordacht beleid om de milieuwetgeving te verzwakken en alle toezichts- en controleorganen te ontmantelen. Dit is een beleid van systematische vernietiging van beschermingsmechanismen in combinatie met nauwelijks verhulde steun voor groeperingen die het oerwoud met hun milities illegaal exploiteren.

Door onder het voorwendsel van budgettaire besparingen de controle- en sanctiebevoegdheid te ondermijnen van de instellingen die belast zijn met het bosbeheer en de verdediging van de rechten van de volkeren, probeert de Braziliaanse regering in feite de grondwettelijke en juridische obstakels te neutraliseren voor haar plannen in de Amazone die de drukkingsgroepen tegenhouden die ze steunen (illegale mijnwerkers, boswachters, agribusiness, militairen, veehouders en grootgrondbezitters, …).

Door op deze manier te vertrouwen op een strategie van laissez-faire en voldongen feiten, wil deze regering bepaalde gebieden uit de bestaande beschermingsmechanismen weghalen en hun openstelling afdwingen voor legale economische exploitatie.

Deze tactiek verklaart de tolerantie van de extreemrechtse regering voor de criminele groeperingen die de verdedigers van het bos en de inheemse bevolking terroriseren. Dit is niet anders dan die van de militaire junta aan het eind van de jaren 1960.

Om de kolonisatie en de economische conversie van het midwesten en het noorden van het land te versnellen, hadden de generaals enerzijds de grootschalige privé- en illegale toeëigening van openbare grond aangemoedigd en anderzijds de systematische invasie van de talrijke “inheemse” gebieden, die als hindernissen voor de verdere economische exploitaite werden gezien.

Voor de militairen was het een kwestie van schoon schip maken met het bestaande om een nieuwe wereld te creëren, verbonden met de economische polen in het zuiden van het land, wat ook de sociale en milieukosten mochten zijn. De aanleg van de Transamazonië-autostrade heeft tientallen inheemse dorpen van de kaart geveegd en hele gemeenschappen gedecimeerd, zoals de Waimiri-Atraori, die van 3.000 leden in 1972 tot 350 in 1983 werden herleid.

In totaal zijn bijna 8.000 inheemse mensen gestorven tijdens het regime van de generaals, slachtoffers van opzettelijke vergiftiging, aanvallen van handlangers, onenigheid met het leger en ziekten die de kolonisten of arbeiders op de bouwplaatsen meebrachten (Dias, 2019).

“De Braziliaanse cavalerie was zeer incompetent. De Noord-Amerikaanse cavalerie daarentegen was wel competent. Die decimeerden hun indianen in het verleden en nu hebben ze dat probleem niet meer in hun land”, een openlijke goedkeuring van de genocide van de Amerikaanse inheemse volkeren. Deze man is nu president van Brazilië. Foto: piaui.folha.uol.com.br

Dat was blijkbaar nog niet genoeg voor (toenmalig federaal parlementslid) Jair Bolsonaro, die in 1998 voor het Congres een gewelddadige aanklacht uitsprak tegen het proces van afbakening van inheemse grondgebieden: “De Braziliaanse cavalerie heeft zich onbekwaam getoond. De Noord-Amerikaanse cavalerie daarentegen, die was wel competent. In het verleden heeft het zijn Indianen gedecimeerd. Vandaag hebben zij dit soort problemen niet meer in hun land”7.

Als vertegenwoordiger van het hardste rechtsextremisme in Brazilië heeft ex-militair Bolsonaro nu de kaarten in handen om zijn project voor de Amazone uit te voeren. Tegen welke prijs? Zevenentwintig beschermde gebieden en inheemse landen zullen naar verwachting worden getroffen door het Plan Barão de Rio Branco, waaronder het grondgebied van de Wajapi-gemeenschap in de deelstaat Mapá.

Begin augustus werd hun leider, Emeyra Wajapi, dood aangetroffen in een rivier, blijkbaar vermoord door leden van een militie die het mineralen-rijkdom van de regio begeren. De waarschijnlijke moordenaars hoeven zich geen zorgen te maken …

“De dubbele moraal van de Europese Unie

De de facto medeplichtigheid tussen de Braziliaanse regering en criminele groeperingen die in de Amazone actief zijn, werd al aan de kaak gesteld in een recent rapport van Human Right Watch Rainforest Mafia: How Violence and Impunity Fuel Deforestation in Brazil’Amazon.

Dit rapport legt de nadruk op het verband tussen het beleid van Bolsonaro, het hernieuwde geweld tegen mensenrechtenactivisten, vertegenwoordigers van de bosbewoners, milieuactivisten en staatsagenten die belast zijn met de bescherming van het milieu, en de ontbossing die zich voltrekt.

Sinds Jair Bolsonaro aan de macht is gekomen werden tientallen activisten vermoord, gewond of bedreigd. Het ontbossingstempo heeft zijn hoogste niveau in tien jaar bereikt. Meer dan 10.100 hectare km2 bos werd in 2019 vernietigd, een stijging van 43 procent ten opzichte van 2018 – en een stijging van bijna 74,5 procent in de inheemse gebieden (Le Soir, 28 november 2019).

Tegenover wat zonder twijfel als officieel staatsbeleid kan worden bestempeld, heeft de EU opnieuw blijk gegeven van diepe contradicties. Gedreven door de golf van verontwaardiging over de omvang van de bosbranden hebben de EU-leiders de diplomatieke druk op Brazilië zeker opgevoerd, maar deze protesten zijn tevergeefs geweest en de onhandige verklaringen van Frans president Macron, die het oude voorstel tot internationalisering van de regio nieuw leven inblazen, bleken contraproductief.

De extreemrechtse president was zich volledig bewust van de gevoeligheid van deze kwestie in Brazilië, ook in de gelederen van de oppositie, en greep zijn kans. Hij heeft het nationalisme van de Braziliaanse publieke opinie aangewakkerd en niet nagelaten de inmenging van de Europeanen in de interne aangelegenheden van het land aan de kaak te stellen. Dat deed hij door opnieuw het schrikbeeld van een “globalistisch” complot te activeren dat door de internationale gemeenschap wordt ingespannen, voor een deel om de controle over de Amazone en zijn rijkdommen over te nemen, voor een deel om de legitieme economische aspiraties van het land te dwarsbomen, opnieuw te activeren.

Bolsonaro heeft het soevereine recht van zijn land om de Amazone te exploiteren opnieuw bevestigd en verwerpt de begrippen “longen van de planeet” en “erfgoed van de planeet” omdat ze vooral neokoloniale belangen dienen. Bij gebrek aan enige economische vergeldingsmaatregel is het onwaarschijnlijk dat de moralistische uitspraken van de Europese leiders en hun diplomatieke initiatieven de situatie zullen veranderen. De Braziliaanse regering zal alleen inbinden8 wanneer de economische belangen van haar belangrijkste handelspartners worden bedreigd.

De EU heeft met zijn vrijhandelsdogma’s de voorkeur gegeven aan een andere aanpak. Terwijl de bosbranden vorig jaar volop woedden, feliciteerde de EU zichzelf dat zij een historisch vrijhandelsovereenkomst met de landen van de Mercosur had gesloten. Zo gaf zij Bolsonaro en zijn bondgenoten een blanco cheque voor hun belofte om het Amazonewoud te vernietigen en alle mechanisme voor milieubescherming en de mensenrechten te ontmantelen.

Om deze redenen lanceren de inheemse volkeren van Brazilië een oproep tot de EU om deze overeenkomst niet te ratificeren. Nora Barré, algemeen coördinator van COIAB, een federatie van bijna 300 inheemse Braziliaanse gemeenschappen, leidde een delegatie die in november jongstleden door Europese parlementsleden werd ontvangen.

Hij verklaarde toen: “Wij zijn hier om het Parlement te vragen de overeenkomst met Mercosur niet te ratificeren, in ieder geval niet de tekst zoals die nu opgesteld is, omdat die op dit moment leidt tot genocide op inheemse volkeren … De vraag van Europa, in termen van consumptie van producten uit Brazilië, leidt tot toenemende ontbossing en monopolisering van onze grondgebieden ten gunste van de agro-industrie. De groei van deze vraag heeft een directe impact op ons … Europa verbruikt veel soja en hout, allemaal producten die in onze gebieden worden gewonnen.” (geciteerd in RTBF-Info, 6 november 2019).

De tijd dringt

“We zijn getuige van een laatste offensief tegen inheemse volkeren”, waarschuwt de Braziliaanse antropoloog Eduardo Viveiros de Castro (El País Brasil, 12 oktober 2019). Op 7 december werd een nieuwe gewapende aanval op boswachters uitgevoerd, waarbij twee inheemse mensen omkwamen en verschillende anderen gewond raakten. Ze behoren tot dezelfde etnische groep als Paulo Polino, de leider die iets meer dan een maand eerder werd vermoord.

 

Socioloog en historicus Laurent Delcourt is studiemedewerker aan het Centre Tricontinentale (CETRI), een ngo in Louvain-la-Neuve die onderzoek verricht over ontwikkeling en de relaties tussen Noord en Zuid. Door aandacht te besteden aan de standpunten van het Zuiden weerlegt het CETRI de dogma’s van het neoliberalisme over de globalisering van de economie. Het artikel Les dessous de l’incendie: la politique Amazonienne de Jair Bolsonaro verscheen op 25 juni 2020 en werd vertaald door Lode Vanoost.

 

Bibliografie:

 

Notes:

1 The Intercept bracht ook audio-opnames en presentaties uit van de vergaderingen in het hoofdkwartier van de Landbouwfederatie van Pará (FEAPA) in de stad Belém tussen projectmanagers, lokale politici en vertegenwoordigers van de producenten op het platteland.

2 IBAMA is een overheidsdienst (Instituto Brasileiro do Meio Ambiente e dos Recursos Naturais Renováveis – BraziliaansInstituut voor het Leefmilieiu en voor de Natuurlijke Hernieuwbare Grondstoffen) evenals FUNAI (Fundação Nacional do Índio – Nationale Stichting voor de Indiaan) (voetnoot van de vertaler).

3 Deze door Bolsonaro tot Onderminister voor Strategische Zaken benoemde militair, maakt geen geheim van zijn vijandigheid tegenover het voorgaande beleid van de afbakening van beschermde inheemse landen. “Het grootste geopolitieke probleem in Ademazone is gebrek aan bevolking”, legde hij uit in een interview van 2013. “Ik ben van mening dat het creëren van (inheemse) reservaten langs de grens tegen het nationale belang ingaat. Mensen zonder dak laten leven is een misdaad. Antropologen kunnen zeggen wat ze willen” (Dias, 2019).

4 Zie hierover Lambert (2019).

5 Een enorme waterdam op de Paraná-rivier aan de grens met Paraguay, voltooid in 1984, die 50/50 door beide landen wordt uitgebaat  (voetnoot van de vertaler).

6 Met kolonisten worden Brazilianen bedoeld die naar het binnenland van de Amazone migreerden, voornamelijk voor land-, bos- en mijnbouw  (voetnoot van de vertaler).

8 Mercosur omvat Argentina, Brazil, Paraguay, Uruguay en Venezuela (geschorst sinds december 2016) en de geassocieerde staten Suriname, Guyana, Colombia, Ecuador, Peru, Chili en Bolivia.

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!