Kasper (24) werkt in het zwart in een winkelcentrum. Zijn baas is één van zijn beste vrienden. Door de coronacrisis ging het winkelcentrum dicht en moest ook hij het werk neerleggen. Toch wist hij een manier te vinden om niet in geldnood te komen. “Ik geef veel uit en wil niet afhankelijk zijn van mijn ouders. Ik werk al van jongs af, ik ben niet anders gewend. Plots zonder inkomen vallen zag ik echt niet zitten.”
In de aanloop naar de lockdown besefte Kasper maar al te goed dat het winkelcentrum zou sluiten. Voor hoe lang? Dat weet niemand. Gesloten tot nader order en dus ook geen inkomen voor onbepaalde tijd. De werkgever van Kasper bood hem echter een oplossing aan. “Vijf dagen voor de lockdown afgekondigd werd, heeft mijn werkgever me ingeschreven als bediende. Ik kreeg een contract van 38 uur per week voor onbepaalde duur. Hierdoor kon hij me voordragen voor technische werkloosheid. Ik krijg nu 70 procent van mijn loon uitbetaald, zolang de winkel gesloten is”, vertelt Kasper.
Hij is het al langer oneens met de manier waarop studenten behandeld worden. “Een student mag niet ongelimiteerd werken en ook op wat we verdienen, staat een limiet. Studenten hebben ook kosten. Anders kon ik nergens op terugvallen. Mijn ouders hebben al genoeg kosten. Ik wil hen daar niet mee belasten. Op deze manier kan ik zelfs bijdragen thuis.” Wanneer het winkelcentrum de deuren opent, gaat ook Kasper weer aan de slag. In het zwart.
*Om de anonimiteit van deze persoon te bewaren, werd een fictieve naam gebruikt.
Naomi Nys – © StampMedia 2020