Elk jaar organiseert Curieus in de Vooruit het Festival van de Gelijkheid; ze noemen zich trots ‘het grootste progressieve festival van het land’. Op de website lezen we dat ze vier dagen streven ‘naar gelijkheid, diversiteit en verbondenheid, met een programma vol panels, sofababbels, docu, leesclubs, muziek, workshops, inspiratie, illustratie, poëzie, geef- en ruilinitiatieven, theater, performance …’.
Dit jaar was ik uitgenodigd op twee panels. Voor het ene panel stond ik in direct contact met het festival; het andere panel werd georganiseerd door een gast-organisatie. Opgevoed als een goede feministe en socialiste, vroeg ik wat de vergoeding was om in de panels te zitten. Ik was al wat misnoegd dat de organisatie hierover in de uitnodiging met geen woord gerept had en op die manier de genodigden in een vervelende positie plaatste. Niet meteen een teken dat het er heel professioneel aan toegaat op het Festival van de Gelijkheid. Gelijkheid op zijn Vlaams, zo grapte mijn Britse partner.
Het Festival van de Gelijkheid antwoordde niet op mijn vraag, maar de gast-organisatie liet me weten dat alle debatten gratis toegankelijk zijn en er dus geen vergoedingen betaald worden. Ik herinnerde me dat ik vorig jaar wel een vergoeding had gekregen, en toen ik de namen op het programma zag, kon ik maar moeilijk geloven dat die allemaal zonder vergoeding zouden deelnemen, gratis toegang of niet. Bovendien zijn de sponsors ook niet allemaal armoezaaiers. Maar ik dacht, laat ons goedgelovig zijn, misschien zijn de wonderen de wereld nog niet uit.
Tot ik net voor mijn tweede panel een man aan de lijn kreeg. ‘Ik zit net als jij in een panel op het Festival van de Gelijkheid, maar ik ben doodziek. Mijn agente zei me net dat het 500€ betaalt en ik krijg ook een nacht hotel, maar ik ga moeten afzeggen, het lukt me niet.’ Ik zat in de trein en viel van het bankje. Had hij het over hetzelfde festival van de gelijkheid met gratis toegang voor iedereen, maar zonder vergoedingen? Het festival dat niet op mijn vraag naar een vergoeding reageerde?
Tijdens het panel kaartte ik de kwestie aan. We zouden socialisme en feminisme bespreken, dus ik ging niet eens off topic. Wat bleek: een prominent en ouder panellid moest 6 uren heen en terug treinen tussen Gent en Amsterdam en had geen hotel aangeboden gekregen. Een ander panellid had zelf het festival gecontacteerd (dus zonder tussenagent), kreeg wel een antwoord en een vergoeding van 500€ voor twee interventies. Welkom op het festival waar sommigen meer gelijk zijn dan anderen.
Gelijkheid = transparantie over verloningen en voorwaarden. We kunnen niet allemaal gelijk worden behandeld, maar het is belangrijk om te weten hoe we ‘anders’ behandeld worden. Gelijkheid onder gelijke omstandigheden, ongelijkheid onder ongelijke omstandigheden. Soms heeft dit goede redenen, soms de verkeerde. Op een festival van de gelijkheid zou je verwachten dat wie minder heeft, meer krijgt, en omgekeerd. Als dit transparant gebeurt, is deze ongelijkheid redelijk en correct. Maar in dit geval is het een zaak van willekeur, zelfredzaamheid, en goede agentes. Er is geen transparante communicatie over wat de criteria en voorwaarden zijn. De ene persoon krijgt de helft van wat een ander persoon via een tussen-agent aangeboden krijgt, en nog een ander persoon krijgt geen antwoord op haar vraag. Sommige jonge gezonde mensen krijgen een hotel aangeboden: een vrouw van 74 jaar moet 6 uren treinen en krijgt geen vergoeding.
The proof of the pudding is in the eating; het bewijs van gelijkheid is niet in wat men met veel lawaai programmeert en proclameert, maar in hoe men zelf deze principes transparant toepast en uitdraagt. Hoe men de juiste voorwaarden creëert en daar transparant en zorgzaam over communiceert. Voor mij alvast geen ‘gelijkheid’ meer.