Onderwijs is een universeel mensenrecht, maar te veel kinderen kunnen nog steeds niet naar school gaan. “De oorzaken van dit probleem zijn divers en vereisen meestal oplossingen op maat”, zegt Wim Smit. “Soms zijn leerkrachten onvoldoende opgeleid, zijn er geen aangepaste lesboeken of zijn er toch vooral nieuwe klaslokalen nodig. De ene school is de andere niet, zeker niet over verschillende continenten heen. Kleinschalige initiatieven die dat begrijpen, kunnen rekenen op de steun van WMH.”
Vzw’s die een onderwijsproject starten in een ontwikkelingsland, kunnen een steunaanvraag indienen bij WMH. De organisatie kan dan beslissen om materiële, logistieke (bij humanitaire verzendingen) of financiële hulp aan te reiken. “Onze ethische code is daarbij onze leidraad: we houden onder andere rekening met de ecologische impact en de lokale betrokkenheid bij het project”, aldus Projectverantwoordelijke Ilona De Coster. “Projecten worden ook afgetoetst aan de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties.”
Partnerschappen spelen vaak een belangrijke rol. Zo werkt WMH samen met Schoenen Torfs: de non-profit plaatst rode kledingcontainers bij verschillende filialen van de schoenenwinkel en in ruil wordt er geïnvesteerd in een project. “Steun kunnen we dus bieden dankzij onze klanten die de containers vullen”, vertelt Yves Baes van Schoenen Torfs. Door dit partnerschap werd er in Oeganda reeds een opvang- en muzieklescentrum voor straatkinderen in Kampala opgericht en opende er in februari ook een nieuwe school voor deze kinderen.
Een ander project in Oeganda is dat van Dr. Goedele De Clerck. Samen met een lokale onderzoeker werkte zij een innovatief schoolboekje voor dove kinderen uit. Dr. De Clerck is zelf doof en weet daardoor goed welke uitdagingen daarmee gepaard gaan. “De situatie in Oeganda is natuurlijk anders”, vertelt ze, “en dus wilden we ons materiaal uitwerken vanuit Afrikaans perspectief.” Het resultaat is een boekje dat als eerste van zijn soort ingaat op de nood aan gespecialiseerd dovenonderwijs in Oeganda.
WMH steunt enkel projecten van andere vzw’s, maar maakte daar vorig jaar een uitzondering op. In Rambia, in het oosten van Oeganda, begon WMH met een “eigen” project. “De lokale school had alles behalve bruikbare gebouwen. De muren van de klaslokalen spoelden weg als het regende”, zegt Wim Smit. “De leerlingen en leerkrachten blaakten nochtans van ambitie en daarom wilden we graag helpen.” Niet veel later volgde het idee om de inkomsten van WMH te diversifiëren en zo werd de bouw van de school in Rambia meteen ook het eerste experiment met fondsenwerving.
Rond de wereld steunt de organisatie verschillende andere projecten, van de voorziening van proper water tot het aanleggen van zonnepanelen. Toch zijn initiatieven voor scholieren nog steeds het belangrijkste. “De scholing van kinderen betekent immers niets minder dan een dorp, regio of land zijn eigen toekomst in handen geven”, zegt Wim Smit.
Wereld Missie Hulp is een vzw die kansarme mensen rond de wereld helpt door te investeren in kleinschalige en duurzame ontwikkelingsprojecten. WMH zet haar schouders jaarlijks onder zo’n 200 initiatieven. De middelen daarvoor halen we hoofdzakelijk uit de inzameling van tweedehandskleding.