Tijd dringt voor akkoord over visserijsubsidies

De tijd dringt om een akkoord over visserijsubsidies rond te krijgen, zeggen deelnemers aan de Sustainable Blue Economy Conference die gisteren van start is gegaan in Kenia. Wereldwijde afspraken zijn nodig om uitputting van de visvoorraden te voorkomen.

woensdag 28 november 2018 11:34
Spread the love

Tijdens de conferentie in Nairobi, met Canada en Japan als mede-gastlanden, discussiëren 18.000 deelnemers over bescherming en benutting van de oceanen, zeeën en meren, en het verbeteren van de levensstandaard van mensen in ontwikkelingslanden. Meer dan 3 miljard mensen wereldwijd zijn afhankelijk van visserij voor hun voedsel, inkomen en werk.

De oceanen en wateren staan onder druk door onder meer plasticvervuiling en klimaatverandering. Visserijsubsidies, die ongeveer vijftig jaar geleden werden geïntroduceerd, zijn een pijnpunt geworden met betrekking tot de vangst, handel en consumptie van vis uit de oceanen, die technisch gezien van niemand zijn.

SDG 14

Sinds 2001 wordt al gesproken over bepaalde vormen van subsidies die bijdragen aan overcapaciteit en overbevissing. Subsidies die leiden tot illegale of ongereguleerde visserij, zouden afgeschaft moeten worden, was de teneur. Naar schatting gaat er wereldwijd jaarlijks 20 miljard dollar subsidie naar de sector.

De onderhandelingen van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) werden gelanceerd in 2001 tijdens de ministersconferentie in Doha. Het mandaat was om de bestaande WTO-discipline op het gebied van visserijsubsidies te “verhelderen en verbeteren.” Dat mandaat werd in 2005 verder uitgewerkt tijdens de ministersconferentie in Hong Kong. Daar klonk ook de oproep om bepaalde vormen van subsidies die bijdragen aan overcapaciteit en overbevissing te verbieden.

Tijdens de ministersconferentie in 2017 in Buenos Aires (MC11), werd besloten toe te werken naar het afsluiten van de onderhandelingen. In 2019 zou er een akkoord moeten liggen over visserijsubsidies. Dat moet aansluiten bij het Duurzame Ontwikkelingsdoel 14, over het beheer en duurzaam gebruik van oceanen, zeeën en mariene hulpbronnen voor duurzame ontwikkeling.

Armste landen

Een van de vaste onderwerpen op de agenda is de speciale behandeling van ontwikkelingslanden en de allerarmste landen. Hoewel het doel is om alle subsidies te stoppen die schadelijk zijn voor de visvoorraden, is het de bedoeling een win-winsituatie te creëren voor de handel, het milieu en ontwikkeling.

“We hebben daarvoor weinig tijd en er zijn grote meningsverschillen”, zegt Stephen de Boer, ambassadeur en permanent vertegenwoordiger van Canada bij de WTO. “Mijn angst is dat we te veel energie steken in het handhaven van oude posities en de flexibiliteit missen om tot een akkoord te komen. Onderhandelaars moeten het gesprek breder voeren, ook buiten de WTO met vissers zelf en ngo’s, om meer druk uit te oefenen op de onderhandelingen.”

In december volgend jaar moet er een akkoord liggen, zegt Roberto Zapata Barradas, voorzitter van de Rules Negotiating Group van de WTO en de Mexicaanse ambassadeur en permanente vertegenwoordiger bij de WTO.

Hij zegt blij te zijn met de grote betrokkenheid van alle partijen. “Er zijn nog veel zorgen over de uitkomsten van de onderhandelingen, maar we moeten via een goed proces alle standpunten helder krijgen en een middenweg zoeken.”

Goede subsidies

Er zijn ook goede subsidies, zegt Peter Nyongesa Weseka, visserij-expert bij het secretariaat van de 79 leden tellende groep ACP-landen (ontwikkelingslanden waarmee de Europese Unie een speciale relatie onderhoudt). Die subsidies stimuleren goed beheer en maken geld beschikbaar voor onderzoek, training en het bestrijden van overcapaciteit, onder meer door vissersschepen terug te kopen.

“De slechte subsidies zijn bijvoorbeeld die voor de bouw van nieuwe vissersschepen, terwijl je weet dat de visvoorraden in slechte staat zijn. Deze subsidies dienen geen doel, want uiteindelijk leveren ze je weinig op.”

Subsidies zijn voor de ACP-landen erg belangrijk, zegt hij. Deze landen, waaronder kleine eilandstaten, zijn ervan afhankelijk voor hun voedsel, export en werkgelegenheid. De export van vis is voor hen een belangrijke inkomstenbron.

Recordvangst

Oceanen leveren een jaarlijkse bijdrage van 1.500 miljard dollar aan de wereldwijde economie, volgens de OESO (Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling). De VN-Voedsel- en Landbouworganisatie (FAO), schat dat 60 miljoen mensen direct werkzaam zijn in de visserij, waarvan veel in kleinschalige ondernemingen in ontwikkelingslanden.

De wereldwijde visproductie bereikte in 2016 een record met 171 miljoen ton. Daarvan was 88 procent bestemd voor menselijke consumptie, staat in het FAO-rapport State of the World Fisheries and Aquaculture.

Maar wat als er geen akkoord ligt voor december 2019? “Met die mogelijkheid ben ik niet bezig”, zegt Zapata. “Ik richt me nu volledig op het bereiken van een akkoord.”

 

take down
the paywall
steun ons nu!