Rabat, Casbah. Foto: Sven Tuytens
Europa, Afrika, Samenleving, Politiek - Sven Tuytens

Spanje opnieuw belangrijkste toegangspoort voor migranten zonder papieren

Spanje is opnieuw de grote toegangspoort van migratie naar het oude continent. Het zijn niet alleen migranten uit subsaharaans Afrika die op Spaanse stranden arriveren, maar opvallend veel Marokkaanse jongeren die de overtocht maken. Zij zijn niet van plan om naar andere Europese landen door te reizen, maar zien hun toekomst in Spanje. Het ultieme doel is vanuit het Marokkaanse Tanger uiterst voelbaar: 14 km over zee en je bent er.

woensdag 21 november 2018 16:24
Spread the love

Historisch record

Het verhaal van deze dromers aan de Afrikaanse poort naar Europa is niet nieuw. Maar de steeds veranderende migratieroutes vertrekken nu opnieuw vanuit hun geboorteland. En dat maakt het voor jonge Marokkanen gemakkelijker.

Op de centrale Middellandse Zeeroute van Libië naar Italië is het rustiger geworden. Van begin 2018 tot eind oktober namen zo’n 22.000 migranten deze route. In vergelijking met 2017 is dat een daling van 87,6 procent. En daar waar Algerije haar kusten min of meer controleert, zijn de mazen in het Marokkaanse veiligheidsnet bijzonder groot geworden. De jeugd uit het Rif reist richting Zee van Alborán, de Algerijnen zetten koers naar Murcia of Alicante.

Volgens het Spaanse Ministerie van Binnenlandse Zaken zijn sinds het begin van 2018 tot 14 november in Spanje 55.949 migranten zonder papieren gearriveerd. Bij Binnenlandse Zaken wordt nu al over een “historisch record” gesproken en het jaar in nog niet voorbij. Men schat dat het cijfer op zal lopen tot meer dan 60 000 migranten tegen eind 2018. 

Uitnodiging om te onderhandelen



Casablanca. Foto: Sven Tuytens

Marokko heeft de sleutel van de poort tot Europa in de hand en dat maakt haar onderhandelingspositie ten aanzien van Spanje – en dus Europa – bijzonder sterk.

De Spaanse premier Pedro Sánchez was maandag nog in Rabat. Officieel haalde hij uit naar de mensensmokkelaars die de overtochten organiseren, maar achter gesloten deuren wou hij te weten komen hoeveel Marokko nodig heeft om die smokkelaars het leven moeilijk te maken. Want voor wat, hoort wat. Wie door Europa gevraagd wordt om politieman te spelen, heeft het laatste woord aan de onderhandelingstafel.

Spanje kreeg tot voor kort de toestemming van Marokko om dagelijks 25 personen zonder papieren aan de grensposten van Ceuta en Melilla over te dragen. Enkele weken geleden, en zonder daarvoor enige uitleg te geven werd het getal teruggebracht tot maximum 10. De Spaanse regering begreep meteen dat dit een discrete uitnodiging van Marokko was om Spanje aan de onderhandelingstafel te laten plaatsnemen. 

Snelle uitzetting

In januari 2018 viel het op dat 17 procent van de migranten die zonder papieren op stranden in Andalusië arriveerden, Marokkanen waren. Maar in september piekte dat cijfer tot maar liefst 36 procent. Zij vormen dus de grootste groep. In vergelijking met 2017 gaat het dit jaar om een stijging van 142 procent. Toch weet niemand hoeveel Marokkanen zonder papieren Spanje bereiken. Het zijn er in ieder geval veel meer dan wat de statistieken vertellen.

Migranten uit Subsaharaans Afrika laten zich bij aankomst in het zuiden van Spanje meestal zonder problemen arresteren door de politie of Guardia Civil. Ze weten dat de kans groot is dat ze snel daarna opnieuw vrijgelaten worden. Marokkanen en Algerijnen daarentegen doen er alles aan om niet gevat te worden want bij aanhouding lopen zij het risico heel snel weer teruggestuurd te worden.

Dit jaar aanvaardde Marokko de repatriëring van 3.400 Marokkanen van de 6.000 die officieel gearriveerd zijn. Vorig jaar werden 4.450 Marokkaanse onderdanen uitgezet. Volgens de Spaanse regering werd maandag een akkoord bereikt om die “terugkeerpolitiek te verstevigen”. Maar concrete cijfers werden niet bekend gemaakt.

Van alle landen van de EU is Spanje het land dat het gemakkelijkst Marokkaanse onderdanen terug kan sturen. Spanje beschikt niet alleen over een landgrens met Marokko (Ceuta en Melilla) maar onderhoudt al jaren op regelmatige basis zeer nauwe betrekkingen met Marokko.

“Adios Marruecos!”

De hoge pakkans schrikt de Marokkaanse jeugd niet af. Vanuit de oude casbah van Tanger zie je bij helder weer de kust van Andalusië. Tientallen jongeren spreken er dagelijks af. Beneden in de oude haven zie je vissersboten liggen. Van hieruit lijkt de Middellandse Zee helemaal niet zo gevaarlijk.



Tanger. Foto: Sven Tuytens

Maar de korte tocht eist een bijzonder zware tol in mensenlevens. Volgens de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) gaat het aantal verdronken migranten in stijgende lijn. In heel wat kerkhoven in Zuid-Spanje zie je anonieme nissen van mensen die de overtocht niet overleefden.



Haven van Tanger. Foto: Sven Tuytens

Onlangs ontmoette ik een groep jongeren op de plek in de casbah van Tanger waar je Spanje kan zien. Een jonge kerel wees mij het gebergte in de verte aan. Hij noemde Spaanse plaatsnamen waarvan de etymologie van Berberse oorsprong is: “Kijk daar ligt Tarifa[1] en dat is Gibraltar[2] … ‘Isbania’ (Spanje). Daar ligt mijn droom”, zei hij in het Frans.

Een tweede jongen viel in. Hij praatte vlot Engels en beschikt over een diploma informatica. Toch verwachtte hij niet om snel werk te vinden: “In Marokko is er geen toekomst, alleen verveling en frustratie. Elke nacht vertrekken er rubberboten. Voor 3000 euro kan je plaatsnemen in een snelle boot met plaats voor 27 personen. Iedereen wil vertrekken en ‘Adios Marruecos’ zeggen”.

Iedereen kent wel iemand die dit of vorig jaar de oversteek waagde. Op de sociale media circuleren filmpjes van uitbundige jongeren die hun geslaagde overtocht vieren.

Onbegeleide minderjarigen

De Spaanse opvangcentra zijn op dit moment overbezet en de ngo’s zijn vooral bezorgd om de grote aantallen onbegeleide minderjarigen onder de migranten. Eind oktober waren ze met 11.100 in Spanje. 80 procent komt uit Marokko.

De autonome regio Andalusië vangt het gros van die minderjarigen op en vraagt de overheid in Madrid om de druk op hun opvangcentra te verlichten door de onbegeleide minderjarigen over andere regio’s te verdelen. Wanneer ze 18 zijn worden ze uitgezet. Maar Madrid zou die jongeren liever vroeger terugsturen. 

Sociale onrust

De zin om te vertrekken is vooral bijzonder sterk aanwezig in het Rif. Jongeren vluchten voor repressie en een uitzichtloze toekomst. Tijdens twee opeenvolgende weekends in september zakten honderden jongeren af naar de stranden tussen Al-Hoceima en M’diq in Noord-Marokko. Aangetrokken door valse geruchten dat bootjes hen gratis naar Spanje zouden brengen, begonnen ze in koor het recht om te mogen emigreren te roepen. Sommigen kwamen helemaal van Oujda aan de Algerijnse grens. De kustgemeenten die zodanig overspoeld werden door kandidaat-migranten werden door de politie afgesloten voor niet-residenten.

Twee dagen nadat de Koninklijke Marokkaanse Marine op 26 september een jonge studente uit Tetouan, Hayat Balkacem, op weg naar Spanje dood schoot, werd het Marokkaans volkslied uitgefloten in het Saniat Ramel stadium van Tetouan. Supporters van de plaatselijke voetbalploeg toonden de Spaanse vlag die ze daarna in de straten van de stad meedroegen terwijl “Viva España!” werd geroepen. Later braken relletjes uit waarbij stadsmeubilair het moest ontgelden. Veertien relschoppers werden op 25 oktober veroordeeld tot straffen van 1 tot 10 maanden cel.

Soufiane Al-Nguad die via Facebook tot betogen had opgeroepen kreeg twee jaar cel. Door toe te laten dat er toch bootjes vertrekken wint Marokko op twee fronten: de druk op Spanje en dus Europa wordt volgehouden en tegelijk wordt er stoom van de sociale ketel gelaten. 

Spanje bij de EU

Begin oktober klaagde de directeur van de Marokkaanse migratie en maritieme controle, Khalid Zerouali, tijdens een interview aan het Spaanse persagentschap EFE dat hij met 13.000 manschappen en een jaarbudget van 200 miljoen euro amper in staat is om migratie te controleren. “Wij hebben materieel en budgettaire middelen nodig”, was zijn duidelijke boodschap.

Kort daarna haalde Spanje met de hulp van Frankrijk de Europese Commissie over om 140 miljoen euro vrij te maken, deels als rechtstreekse hulp aan Rabat, deels in de vorm van ontwikkelingsprojecten.



Rabat. Foto: Sven Tuytens

Op 24 oktober verscheen in het Duitse dagblad Bild informatie van de Bundesnachrichtendienst (BND), de Duitse geheime diensten. Daarin stond dat mensensmokkelaars “goede contacten” met de lokale autoriteiten onderhielden waardoor ze op voorhand op de hoogte waren van de bewegingen en het uurrooster van de patrouilles van de Marokkaanse kustwacht. 

Spaanse en Marokkaanse soevereiniteit

Naast geld verwacht Marokko van haar buur meer dan ook diplomatieke inspanningen in een kwestie die voor Marokko van primordiaal belang is: haar soevereiniteit over een gewezen Spaanse kolonie: de Westelijke Sahara. Maandag gaf de Marokkaanse premier Saadedín el Otmani samen met Pedro Sánchez een persconferentie in Rabat. Opmerkelijk daarbij was dat de Marokkaanse premier een lans brak voor het belang van de Spaanse “soevereiniteit”. Zonder namen te noemen verwees hij natuurlijk naar de Catalaanse kwestie. Vervolgens bedankte hij Spanje voor haar houding bij de Verenigde Naties om het standpunt van Marokko ten aanzien van de Westelijke Sahara te verdedigen. Pedro Sánchez verduidelijkte meteen dat de oplossing van de kwestie gezien moet worden in het kader van de Verenigde Naties.



Larache, slachthuis Spaanse kolonie. Foto: Sven Tuytens

Het is logisch dat Marokko stevig onderhandelt. Maar is een angstig Europa wel in staat om oplossingen te vinden voor het migratievraagstuk? De Nederlandse hoogleraar Paul Scheffer heeft een punt wanneer hij stelt dat de uitbesteding van grensbewaking aan autoritaire regimes de Europese Unie kwetsbaar en chantabel maakt[3].

Notes:

[1] Naar Tarif ibn Malik, een militaire aanvoerder uit Noord-Afrika die Tarifa in 710 veroverde.

[2] Van Jebel Tariq, de berg van Tariq, naar Tariq ibn Ziyad, de militaire aanvoerder die Gibraltar in 711 veroverde. 

[3] Paul Scheffer, De Vorm van Vrijheid, De Bezige Bij, Amsterdam, 2018, p. 109.

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!