My Generation: Michael Caine vs het establishment
Filmbespreking, Wereld, Cultuur -

‘My Generation’: Seks, drugs, rebellie, rock ‘n’ roll en Michael Caine in de sixties

"We werden opgevoed om dienstboden te worden", zegt Sir Michael Caine in David Batty's documentaire 'My Generation'. Voor Caine, 'Swinging sixties'-icoon én legendarisch Brits acteur, zette de rebelse jeugdcultuur in de jaren zestig zich af tegen de rigide Britse klassenmaatschappij. Samen met bevriende Londense creatieve vrijbuiters weigerde ook Caine zich nog langer te laten opsluiten en afremmen. Door dit verhaal gidst hij ons. "We willen kijkers een ervaring geven," zegt Batty, "ze meenemen voor een trip 'back to the sixties'." Mèt muziek.

woensdag 12 september 2018 16:21
Spread the love

“De grote verandering was dat popcultuur relevant werd tijdens de jaren zestig. Cultuur was niet langer gereserveerd voor de hogere klasse”, zegt David Batty (°1962). Maar eigenlijk Michael Caine (°1933) want de documentairemaker is zowat de woordvoerder van de acteur van o.m. Alfie, The Ipcress File, Billion Dollar Brain, Get Carter, The Italian Job, Sleuth, Dressed to Kill, Educating Rita, Dirty Rotten Scoundrels, Children of Men, The Dark Knight Rises en Interstellar.



My Generation: Back to the sixties met Michael Caine

My Generation is Michael Caine’s troetelproject.

David Batty: “Alles begon met een gesprek tussen Michael en producent Simon Fuller. Simon is geobsedeerd door sixties muziek, Michael wou altijd al vertellen hoe hij en zijn vrienden het Britse klassensysteem doorbraken. Ze zagen raakpunten en vroegen mij die te verbinden. Het viel mij op dat Michael niet enkel een grote verhalenverteller is maar dat zijn verhalen ook een point hebben. Ze zijn niet louter anekdotisch en zeggen iets over de Britse cultuur, het klassensysteem en het sociale leven in de jaren vijftig en zestig.”

“Met Caine’s verhalen had ik een narratieve draad. Wat muziek betreft merkte ik dat mijn kinderen wel naar ‘oude’ nummers luisteren maar dat, via Spotify of iTunes, heel geïsoleerd doen. Zelf groeide ik op met albums die een verhaal trachtten te vertellen via muziek. Daarom wou ik sixties-muziek in een album steken om de nummers het verhaal van de jaren zestig te laten vertellen.”



My Generation: Swinging sixties icoon Michael Caine

Bekende nummers worden in hun context geplaatst om duidelijk te maken waarom ze gemaakt werden en wat ze trachten te zeggen. Tijdens de sixties werd ‘pop’ geboren, het was de eerste keer dat populaire muziek een groot wereldwijd fenomeen werd. Paul McCartney omschrijft pop als de klassieke muziek van nu. Hij werd opgevoed met de opvatting dat klassieke muziek iets voor de hogere klasse was maar hij wou er naar luisteren want “muziek is muziek”.”

Een muzikale trip

Je vermijdt didactische voice-over commentaar.

“De sixties vormen een gigantisch onderwerp. Alles in een documentaire van 90 minuten proppen is onmogelijk. Ik wil kijkers een ervaring geven, ze meenemen voor een trip ‘back to the sixties‘ via een overweldigende cocktail van mode, kunst, seks, drugs en rock ‘n’ roll. Een commentaar over het geheel leggen zou nefast zijn voor die ‘experience‘. Michael komt en gaat in de film maar hij tracht ons enkel te helpen bij de tijdreis naar het verleden.”

We maakten gewoon plezier” zegt hij, wat toen ‘not done‘ was.

“Absoluut. Ik ben geboren in 1962 en mijn ouders behoorden tot de arbeidersklasse. Mijn vader werd journalist en filmmaker en mijn moeder balletdanseres maar ze waren de eersten in hun kringen die dat voor elkaar kregen. Mijn vader had zoals zijn vader in de mijnen moeten gaan werken en mijn moeder was voorbestemd om fabriekarbeidster te worden. Maar in de sixties kon je ‘onmogelijke’ dingen doen. En nog plezier maken ook.



My Generation: Twiggy

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Ik groeide op in een huis waar muziek van The Beatles en The Rolling Stones speelde, A Hard Day’s Night regisseur Richard Lester was een familievriend en als zesjarige schudde ik de hand van John Lennon. Voor mij was dat allemaal normaal. Michael Caine benadrukt dat hij en zijn vrienden geen agenda hadden. Ze wilden enkel een job: Michael wou acteur worden, David Bailey foto’s maken, Roger Daltrey muziek spelen, Paul McCartney muziek schrijven. Ze dachten niet dat ze de wereld gingen veranderen. Die verandering kwam later.”

De geest van de sixties

Men zoekt vaak naar het ‘verhaal’ van de sixties maar misschien was er enkel een spirit?

“Het verliep inderdaad meer organisch. Mensen projecteren te veel op de sixties, het was geen perfecte periode maar wel een waarin iets gebeurde. Op zeer korte tijd. Want eigenlijk speelde alles zich tijdens twee, drie jaar af. Van 1965 tot 1967. Ik ben geboren in Londen en het straffe was dat deze voordien eerder mistroostige stad toen het centrum van de wereld werd. Bijna van de ene dag op de andere gebeurde de omslag: je kreeg Italiaanse restaurants, fantastische muziek, meisjes met korte rokken, … Plots was het Dickensiaanse Londen verdwenen.”



Michael Caine in The Dark Knight Rises

Onder impuls van een kleine groep.

“Volgens Michael zorgden zo’n 100 à 150 mensen voor deze revolutie. Ze inspireerden anderen maar grote delen van Groot-Brittannië misten het hele gebeuren. Volgens Bailey creëerden niet The Beatles de swinging sixties maar was het Londen dat The Beatles maakte. De jeugd beleefde economisch bijzondere tijden. Door de volledige werkgelegenheid hadden jongeren voor het eerst geld. Ze konden uitgaan, platen en kleren kopen. Dat gaf hen macht.

Daarnaast leefde het idee dat met twee oorlogen op korte tijd hun ouders er een zootje hadden van gemaakt. Michael zegt dat toen hij opgroeide jongeren gekleed wilden gaan als hun ouders terwijl tijdens de sixties ouders er bij wilden lopen zoals hun kinderen. Die kinderen probeerden alles omdat hun ouders niets probeerden. Wanneer je vanuit hedendaags standpunt kijkt naar de toenmalige mode lijkt het afschuwelijk. Maar Mary Quant vond dat het laatste wat kleren moesten doen je droog en warm houden was. Een fantastische filosofie: de vorm is even belangrijk als de functie.”



My Generation: David Bailey en Penelope Tree

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Album structuur

Waarom koos je voor drie hoofdstukken?

“Omwille van het album-gevoel én om de kijkers door de chaos te loodsen. Ik zag drie fases. Een pre-fase waar ze zichzelf vinden: Michael krijgt zijn naam, Bailey ontdekt foto’s, Twiggy wordt model, Marianne Faithfull wordt ontdekt, … Dan is er de middenfase waarin alles prachtig is en de verovering van Amerika lonkt. Tijdens de derde fase stevenen we af op een einde in mineur. Volgens Michael door een georganiseerde demonisering.”

De contrarevolutie viseerde de rebelse jeugdcultuur. Wat met de hedendaagse commerciële jeugdcultuur niet echt nodig is.

“Een contrarevolutie is eigenlijk goed omdat ze je scherp houdt. Revoluties moeten zichzelf blijven heruitvinden, anders worden ze een deel van het meubilair. De sixties verloren hun rebelsheid, de muziek werd kitscherig, de aandacht verschoof van Londen naar Amerika en andere plaatsen. Ik deel je mening dat alles nu veel commerciëler is. Er moeten nieuwe dingen van onderaan ontstaan. Op dat vlak vind ik het verhaal van Michael en mijn ouders inspirerend, vooral wanneer je weet hoe slecht zij en Groot-Brittannië er aan toe waren toen. Ik heb maar een boodschap: het geeft niet wie je bent, je kan alles doen.”

De adviezen van Michael Caine

Michael Caine adviseert dan weer “Don’t look back in anger”. Een verwijzing naar het werk van John Osborne en de Britse schrijvers die in de fifties gedreven werden door woede, protest en rebellie. Maar ook een boodschap van hoop.

“Het is een knipoog naar Michaels favoriet werk. Maar ook een afrekening met nostalgie. Michael wil niet dat het verleden nostalgisch geïdealiseerd of blind aanbeden wordt. De sixties waren mooi, niet perfect, maar ze zijn voorbij. Voor hem draait het om inspiratie opdoen waardoor de nieuwe generatie het beter kan doen.”



My Generation: Paul McCartney

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Don’t dream small” is zijn tweede advies.

“Waarmee hij bedoelt “laat je niet klein houden door de gevestigde orde.” Of plastisch uitgedrukt: “Don’t let the bastards keep you down!” Stel autoriteit altijd in vraag. Naar de klassenstructuur van de samenleving kijkt hij door een socialistische bril. Het concept dat er “betters” zouden zijn, mensen die beter zijn omwille van hun afkomst, maakt hem boos en opstandig. Daarom wilde hij zijn verhaal altijd al vertellen.

Het interessante is dat Michael vrij oud was toen hij doorbrak met Cy Endfields Zulu (1964). Caine vertelde me dat hij zich had voorgenomen te stoppen met acteren wanneer hij op zijn dertigste niet zou zijn doorgebroken. In de week dat hij 30 werd, kreeg hij de rol, dus hij haalde het nipt! Caine beschouwt zich dan ook als vaderfiguur van deze generatie. Al de anderen waren twintigers. Hij ziet zich als hun woordvoerder. Caine’s passie voor ‘my generation‘ en de swinging sixties is zo sterk omdat hij weet hoe het voordien was. Hij had een moeilijke jeugd, zijn vader stierf arm aan kanker nog voor Michael het gemaakt had. Zijn moeder heeft Michaels succes gelukkig wèl meegemaakt. ”

Interviews en gesprekken

Nam hij de interviews zelf af omwille van die persoonlijke betrokkenheid?

“Paul McCartney, David Bailey, Roger Daltrey, Mary Quant, Sandie Shaw, de geïnterviewden zijn Michaels vrienden. Ik bouwde de film rond die gesprekken en breidde er interviews aan met leden van de groep die niet meteen persoonlijke vrienden zijn. De interviews zijn meer gesprekken en ik heb ze ook als dusdanig gefilmd. Ik wou ze niet als officiële interviews opnemen.”



Michael Caine in Educating RIta

Je brengt de gesprekspartners niet in beeld.

“Ik heb hen gefilmd maar besloot ze niet te tonen omdat ik de kijker naar de sixties wil transporteren. Mensen 50 jaar later zien breekt de betovering. De enige die in het heden opduikt is Michael Caine, omdat hij onze verhalenverteller is en nog steeds een iconische uitstraling heeft. Maar we hebben al de interviews en ik wil ze uitgebreider brengen in een langere versie, een televisieserie waarin de gesprekspartners ook in beeld zullen komen. Er is trouwens nog een schat aan materiaal. Zo sprak Caine een uur lang met McCartney, die het verhaal van de sixties vanuit zijn perspectief vertelt.”

Dat is een heel ander soort film.

“Zeker, ik wil het ophangen aan die twee grote geesten, Michael Caine en Paul McCartney. Een meer conventionele aanpak, maar veel mensen snakken naar dit soort langere verhalen. My Generation is anders omdat we met een krachtig en snel ritme de energie van de sixties wilden vatten.”



My Generation: Penelope Tree

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Tijdreizen

Je laat Michael Caine ook verdwijnen als Alfie (1966) en weer opduiken in het heden.

“We zochten visuele manieren om terug te keren naar het verleden en Michaels iconische personages boden die kans. Caine een lift zien instappen, praten met David Bailey en dan weer opduiken in The Italian Job (1969) is verwarrend én opwindend. Het idee ontstond spontaan, we vonden toevallig een overgang en zochten dan andere. Aangezien we vier jaar bezig waren hadden we daar tijd voor. Dat leverde meer dan 1.600 uur archiefmateriaal op, wat ons toeliet te verfijnen. Het leuke was dat we dingen ontdekten, zoals een commercial voor bier, die Michael zich zelfs niet meer kon herinneren.”

Where did it all go wrong?” vraagt Michael Caine zich af maar My Generation beantwoordt die vraag niet echt.

“Omdat ze niet te beantwoorden valt. Iedereen heeft zijn eigen verklaring. Caine’s antwoord is ‘drugs’. Het goede aan drugs was dat ze de creativiteit stimuleerden. Men nam aanvankelijk drugs met een doel, niet gewoon om stoned te geraken. Het opzet was de geest te verruimen en dat lukte even. Maar na een tijd werd het iets dat je moest doen. Dat vernietigde volgens Caine de sixties party scene. Drugs werden illegaal, je kon het niet in publiek doen maar achter gesloten deuren waardoor de sociale interactie verdween. En dan waren er mensen die, zoals Marianne Faithfull, door buitensporig drugsgebruik fysiek en mentaal in de knoop geraakten. Zelf geloof ik dat dingen een natuurlijke cyclus doormaken, met een terugval en de nood aan een nieuwe stimulans. Soms moet je afscheid nemen van iets.”



Michael Caine in The Italian Job

Forever Young‘ is tegelijk een onrealiseerbare droom en …

“… een spirit die wil dat je blijft afscheid nemen en vernieuwen. Een ander punt is dat je misschien niet moet over-analyseren. Daarom ging ik voor de emotionele ervaring. Via mijn ouders heb ik veel te danken aan de sixties maar ik groeide op in de seventies en die waren met een economische crisis, stakingen en stroomonderbrekingen deprimerend. Het bleek een voedingsbodem voor piratenzenders, nieuwe muziek en jongerenverzet.

Opnieuw liep die cyclus af en was er sprake van recuperatie en repressie. Ik merk dat in Groot-Brittannië de commotie rond de Brexit bij de jongeren wat losmaakt, dus wie weet komt er een nieuwe rebelse golf met nieuwe muziek aan. Het spijtige is dat veel jongeren vandaag starten met het verlangen beroemd te worden. Dat is een foute attitude. Michael Caine benadrukt dat hij nooit beroemd wou worden, hij wou vooral een goed acteur worden en goede films maken. Wanneer je start met de wens beroemd te worden kom je sneller terecht in het universum van de mensen die de wereld controleren en de status quo bewaken, dan geef je al meteen het verlangen op om iets anders te doen, om te rebelleren.”

Verzet tegen controle

Dan komt het er op aan vooral gezien te worden, via sociale media, en niet zozeer om iets te doen. De nieuwe narcistische reflex is ‘wanneer ik niet gezien word, besta ik niet.’

“Voor mij is dat een vorm van controle. Zonder dat we het beseffen want het loopt via ons onderbewustzijn. Ik kan niet bewijzen dat de Facebooks van deze wereld dit bewust doen maar voor mij is het een soort kwaad. Ik gebruik Facebook niet, het is het medium van mijn kinderen en ik wil niet de vader zijn die hen bespioneert, maar de controle bevalt me sowieso niet. Het is zoals die bonuskaarten van winkels, ik wil ze niet omdat niemand moet weten wat ik aanschaf. Anders krijg ik berichten zoals ‘Mijnheer Batty, waarom koop je die schoenen niet die je vorige week in de winkel zag en leuk vond?’.”



Michael Caine in Alfie

Wat wou je bereiken met My Generation?

“Dat mensen er naar kijken en erover praten. Ik heb veel televisie gedaan en het nadeel is dat een programma in de ether gaat en meteen verdwijnt. Je hebt zelden contact met toeschouwers. Als regisseur wil ik vooral reactie want dat geeft je ideeën voor de toekomst. Ik wou ook graag werken met mijn held Michael Caine. Men zegt vaak ‘ontmoet nooit je helden’ maar ik heb de mijne ontmoet en hij is gewoon leuk, behulpzaam en grappig. Caine maakte veel films en kon zich telkens achter een rol verschuilen maar hier was hij zichzelf, vertelde hij zijn verhaal.

Toen de film vertoond werd op het Filmfestival van Venetië was de reactie heel warm en dat ontroerde Michael. Ondanks zijn ervaring blijft hij kwetsbaar. Ook voor mij was de film heel persoonlijk en wanneer je zegt dat je het een leuke trip vond ben ik blij. Ach, wie naar deze documentaire komt met de verwachting een grote sociale analyse van de sixties te krijgen zal bedrogen uitkomen. It’s a movie that takes you somewhere. Ga je mee op die trip dan haal je er iets uit. Het is plezierig, luidruchtig en kleurrijk maar er schuilt een serieus idee achter dat mensen hopelijk oppikken. En wanneer men er ook nog inspiratie uit put, fantastisch!”

MY GENERATION: David Batty, UK 2017; 85′; met Michael Caine, Paul McCartney, Twiggy, David Bailey, Joan Collins, Roger Daltrey, Marianne Faithfull, Sandie Shaw, Dudley Edwards, Mary Quant, David Puttnam; scenario Dick Clement & Ian La Frenais, fotografie Ben Hodgson, montage Ben Hilton, muziek Tarquin Gotch; dis. Paradiso, release 12 september 2018.

take down
the paywall
steun ons nu!