Bron: Amnesty International Vlaanderen
Nieuws, Samenleving, België -

Amnesty bezorgd over etnisch profileren bij identiteitscontroles door politie in België

Zowel de politie als de politiek hebben tot nog toe te weinig gedaan om discriminatie bij identiteitscontroles te voorkomen, te detecteren en te bestrijden. Dit zegt Amnesty International in een nieuw onderzoeksrapport.

woensdag 9 mei 2018 17:14
Spread the love

Amnesty heeft de afgelopen maanden onderzoek gedaan naar etnisch profileren bij negen lokale politiezones en de federale politie in België. Zowel etnische minderheden, als politiemensen zélf geven aan dat etnisch profileren een realiteit is waar momenteel te weinig aandacht voor is.

De politie doet aan etnisch profileren wanneer ze iemand op straat controleert omwille van zijn huidskleur of afkomst, zonder dat er een objectieve reden is om deze persoon tegen te houden. Etnisch profileren is discriminerend en verboden volgens het Belgisch en internationaal recht. Bovendien is het slecht politiewerk.

Kloof tussen wet en praktijk

Amnesty International stelde vast dat politiemensen de Wet op het Politieambt breed en verschillend interpreteren. Volgens de wet moeten er ‘redelijke gronden’ zijn voor een identiteitscontrole. Dat kan gaan over een concreet signalement of verdachte gedragingen van de gecontroleerde persoon. Politiemensen worden echter onvoldoende begeleid en getraind om de term ‘redelijke gronden’ te vertalen naar het terrein.

“Uit onze gesprekken met politiemensen over heel België blijkt dat er meer begeleiding nodig is om de wet te vertalen naar de praktijk”, zegt Wies De Graeve, directeur van Amnesty International Vlaanderen. “Politiemensen moeten betere richtlijnen krijgen over de manier waarop ze identiteitscontroles moeten uitvoeren zonder etnisch te profileren. Momenteel bestaan die amper, waardoor ze afgaan op hun eigen interpretatie van de wet, of zelfs op hun buikgevoel.”

Een politie-inspecteur bevestigt dit: “Ik doe wel aan etnisch profileren, maar ik weet niet hoe ik mijn job anders moet doen.”

Gebrek aan monitoring en data

Verschillende hoofdinspecteurs en commissarissen meldden ook aan Amnesty dat ze geen goed zicht hebben op de manier waarop identiteitscontroles op straat verlopen. Ook politiemensen die identiteitscontroles uitvoeren op straat, geven aan dat ze zeer beperkte feedback van oversten of collega’s krijgen. Zo stelde een inspecteur: “Als we problemen hebben om de redelijke grond voor een controle te interpreteren, krijgen we daar geen hulp bij.” 

In België worden gegevens over identiteitscontroles niet systematisch bijgehouden. Er bestaan geen statistieken over het aantal controles, door wie ze uitgevoerd worden, waarom, waar, met welk resultaat en de achtergrond van de gecontroleerde mensen.

“Door een gebrek aan data is etnisch profileren moeilijk te documenteren. Zonder kennis is het ook lastig om een adequaat antwoord te formuleren op het probleem. Als de politie het probleem niet onderzoekt en analyseert, kunnen bepaalde vormen van discriminatie verborgen blijven en worden ze niet aangepakt”, zegt Wies De Graeve.

“Registratie heeft in andere landen nochtans zijn nut bewezen. Na de invoering van een registratiesysteem in Fuenlabrada, een politiezone in Spanje, halveerde het aantal controles ongeveer, terwijl de pakkans verdrievoudigde. Door te stoppen met etnisch profileren, stop je niet alleen met discrimineren, je verhoogt ook de effectiviteit van politiewerk.”

Impact van etnisch profileren

Een politiecontrole kan op verschillende manieren zeer ingrijpend zijn. Gestopt worden, vooral in het openbaar, creëert vaak het beeld van verdenking, zowel voor de omstaanders als voor de persoon zelf. Als mensen ook gefouilleerd worden, moeten knielen, tegen de muur worden gedrukt, kan dit nog meer vernederend en traumatiserend zijn, zeker als er geen gegronde reden is voor de controle. 

Achraf, een 22-jarige student van Marokkaanse afkomst, vertelt aan Amnesty: “Het doet pijn om je anders te voelen. Ik leef hier, ik werk hier, ik studeer hier, ik doe alles zoals iedereen, maar ondanks alles, voel je dat je kleine verschil je recht geeft op dat soort behandeling.”

Mensen die regelmatig tegengehouden worden zonder reden, raken gefrustreerd en wantrouwen de politie. Ze voelen zich geviseerd door de politie. Dergelijke vertrouwensbreuk is een serieuze barrière voor goed politiewerk.

“Etnisch profileren is niet alleen onrechtvaardig tegenover het betrokken individu, het is ook voor de bredere samenleving een kwalijke praktijk. Etnisch profileren is een verspilling van politiemiddelen omdat het leidt tot veel onnodige controles. De politiemensen hebben op dat ogenblik immers geen objectieve, gegronde redenen om een bepaalde persoon tegen te houden”, zegt Wies De Graeve.

“Politiemensen die zich extreem focussen op bepaalde etnische groepen, hebben bovendien veel minder aandacht en tijd voor criminaliteit die door andere groepen van mensen gepleegd wordt, dat zorgt voor een blinde vlek. Politiemensen moeten zich niet laten leiden door hun buikgevoel of vooroordelen, ze moeten zich baseren op specifieke, feitelijke criteria zodat ze eerlijk én doeltreffend kunnen werken.”

In zijn rapport roept Amnesty International de Belgische politie en autoriteiten op om etnisch profileren te erkennen als bezorgdheid. Er moeten duidelijke regels en richtlijnen komen voor politiemensen over hoe ze identiteitscontroles moeten uitvoeren zonder te discrimineren. Politiemensen moeten op het terrein bijgestaan worden met training en feedback. Tot slot moet er ook werk gemaakt worden van een systeem om data over identiteitscontroles veel beter bij te houden.


Hier vind je het volledig onderzoeksrapport. 

take down
the paywall
steun ons nu!