Charles Michel en Ken Loach zijn beide grote kampioenen, evenwel in totaal verschillende disciplines. Waar Ken Loach op en naast de filmset een kampioen is in het verdedigen van armen en onderdrukten, ongeacht hun afkomst, geslacht of geaardheid, blinkt Charles Michel uit in het beschermen van de belangen van een kleine minderheid van grote bezitters. Deze gepriviligeerde groep kan haar superieure positie in de samenleving enkel verwezenlijke én behouden ten koste van de grote meerderheid van de bevolking.
Loach en Michel staan in de maatschappelijke arena lijnrecht tegenover elkaar. Dat is de werkelijke reden waarom dat eredoctoraat een dikke doorn in het oog van Charles Michel is. Waarom gaat het debat dan niet daarover en wel over het zogezegde antisemitisme van Loach? Het antwoord op deze vraag is niet zo bijster moeilijk.
De wapens waarmee beide heren strijden zijn even verschillend als de doelen die ze nastreven. Daar waar Loach als kunstenaar zich vervolmaakt heeft in het aanklagen en ontmaskeren van de brutale werkelijkheid van de huidige sociale organisatie, moet Michel het vooral hebben van afleiding en verhulling. Liever veel theater maken over de kostprijs van een vluchteling dan het debat te voeren over de miljardencadeaus aan de bedrijfswereld. Liever de vakbonden onterecht leugens verwijten in het pensioendebat (DS 19 dec. 2017) dan op te treden tegen een liegende staatssecretaris. Liever iemand aan de schandpaal nagelen als antisemiet (geen licht verwijt!) dan te moeten antwoorden op zijn kritische kunstenaarsblik. Dit zijn de methodes van de premier!
Het gemak waarmee Michel zich bedient van wat waarschijnlijk de meest duistere bladzijde uit onze geschiedenis is om een ideologische tegenstander te discrediteren is misselijkmakend. Ik voel me dan ook verplicht de verdediging van Ken Loach, ‘een onversneden antisemiet’ (MR-senator Jacques Brotchi), op mij te nemen. Er is een huizenhoog verschil tussen het bekritiseren van de Joodse staat enerzijds en het prediken van rassensuperioriteit anderzijds! Is dit intellectueel echt te hoog gegrepen voor u, meneer de eerste minister? Bent u werkelijk niet beschaamd om één van ‘s werelds beste filmmakers van het moment publiekelijk door het slijk te sleuren met de valse beschuldiging van jodenhater?
Boycot Israël?
Ik heb in mijn leven slechts eenmaal het genoegen gehad doorheen Israël en Palestina te reizen. Ik hoop van harte er ooit terug te keren. Het was een verrijking kennis te kunnen maken met de prachtige natuur, de verrukkelijke Israëlische keuken, de duizenden jaren oude geschiedenis in de straatjes van Jeruzalem, de warme gastvrijheid van de mensen in Tel Aviv.
Ik heb er ook kunnen vaststellen wat de gevolgen zijn van de Israëlische bezettings- en vernederingspolitiek. Autosnelwegen met metershoge omheiningen die de Palestijnse gebieden doorkruisen en gemeenschappen brutaal uit mekaar rukken. De betonnen muur met controletorens, de wapens permanent gericht op de Palestijnse huizen van Bethlehem. Vernederende controles op elke lijnbus met Palestijnen op weg naar hun onderbetaalde job in Israël (iemand moet toch het vuile werk doen). Je moet het zelf zien om een beetje te kunnen beseffen welke impact deze door het westen – inclusief Michel – gesteunde apartheid op de Palestijnse bevolking heeft. Het heeft ook mij tot een tegenstander van de Israëlische staat gemaakt. En vele Joden en niet-Joden in Israël en wereldwijd met mij.
Ken Loach is een pleitbezorger voor een culturele boycot tegen Israël. Hij neemt het muziekgroepen als Radiohead kwalijk dat ze optreden in Tel Aviv. Hoewel ik begrijp en toejuich dat hij als kunstenaar actief zijn steen wil bijdragen, ben ik niet overtuigd dat een boycot daartoe het best middel is. Het kan weliswaar een zeker bewustmakend effect hebben, maar het voornaamste slachtoffer is in de eerste plaats de Israëlische bevolking zelf, niet zozeer het regime. Zeker kunstenaars zouden de moed moeten hebben om hun kritische blik aan de hele wereld aan te bieden. Door er weg te blijven geef je het debat volledig uit handen en geef je vrij spel aan het regime. Veel moediger en opbouwender vind ik de benadering van een kunstenaar als Michaël Borremans die, ondanks zware druk, met zijn tentoonstelling naar Tel Aviv trok om zijn (denk)beelden aan te bieden aan het Israëlische publiek.
Hierover zou ik graag met Ken Loach in debat treden. Het zal dan wel een debat zijn tussen twee elkaar respecterende meningen. Hij mag erop vertrouwen dat ik me als inwoner van België niet zal verlagen tot het beschamende niveau van de Belgische staat en haar eerste minister.
Frederik De Groeve
Arbeider, Gentbrugge