Bron: Flickr
Opinie, Nieuws, Wereld, Samenleving, Politiek - Uri Avnery

Ahed Tamimi, inspiratie voor vreedzaam protest in Gaza

Voormalig Joods verzetsstrijder tegen de Britse bezetter, Israëlisch parlementslid en vredesactivist Uri Avnery ziet een verband tussen het heldhaftige voorbeeld van Ahed Tamimi en de standvastigheid van het ongewapend protest in Gaza. "Het Palestijnse volk heeft nu een nationale heldin. De Palestijnse jeugd heeft nu een voorbeeld om na te streven."

zondag 8 april 2018 22:52
Spread the love

Een buitenlandse vriend stuurde me de opname van een lied. Een Arabisch lied, met een zachte Arabische melodie. Het gaat zo:

Ahed

  • Jij bent de belofte en de glorie
  • Je staat zo hoog als een olijfboom
  • Van de wieg tot vandaag
  • Zal jouw eer niet geschonden worden
  • Wij zijn het land, jij bent het water
  • Als een dok voor elk schip
  • Heb jij Palestina in ons allen geplant
  • Je bent puur als Jeruzalem en leerde onze generatie hoe het vergeten volk moet revolteren
  • Zij dachten dat Palestijnen bang van hen zijn omdat zij een harnas dragen en een wapen vasthouden
  • Onze natie moet één zijn en zich verzetten voor de vrijheid van Palestina en de gevangenen
  • Je blauwe ogen zijn als een vuurtoren
  • Voor een land dat elke religie in zich heeft
  • Jij bracht het volk van veraf en dichtbij samen
  • Jij ontvlamde de vonk in onze harten
  • Je hoofd staat rechtop en geeft ons moed
  • Jij hebt het licht ontstoken in onze duisternis
  • Ondanks de zachtheid van je handen
  • Hebben je handen de wereld door elkaar geschud
  • Jouw handen zonden de slag terug naar de bezetter
  • En brachten waardigheid naar de natie
  • Wij zijn het land, jij bent het water
  • Als een dok voor elk schip
  • Heb jij Palestina is in ons allen geplant

“Een leger dat zingt is een leger voor de overwinning”

Als ik een aanhanger van de bezetting was, dan zou dit lied me zeer verontrusten, omdat de kracht van een lied veel sterker is dan de kracht van wapens. Een geweer verslijt, maar een lied is voor altijd. In de eerste dagen van het Israëlisch leger hing er een slogan in onze refter: “Een leger dat zingt is een leger voor de overwinning!”

De huidige Palestijnse generatie heeft beslist het hoofd te buigen en te wachten tot de storm is overgewaaid. De volgende Palestijnse generatie zou wel eens heel anders kunnen reageren.

Op de avond van mijn 15e verjaardag (in 1938, nvdr) werd ik lid van de ondergrondse (of ‘terroristische’) beweging die tegen het Britse koloniale regime vocht. Bijna tachtig jaar later herinner ik me nog elk lied van die tijd, woord voor woord. Liederen zoals “Wij zijn onbekende soldaten zonder uniform” en vele anderen. Later schreef ik zelf een lied voor mijn brigade.

Ik ben geen dichter, verre van, maar ik heb toch enkele liederen geschreven in mijn tijd, waaronder “De vossen van Samsom”, een lied voor mijn commando-eenheid in het Israëlisch leger. Ik ken dus de kracht van een lied, vooral een lied over de heldhaftigheid van een 16-jarig meisje.

Het ogenblik zelf dat ik de scene zag van Ahed Tamimi die het gezicht van een Israëlische legerkapitein sloeg wist ik dat iets belangrijks was gebeurd

De Britse politicus Lord Acton (Brits historicus, politicus en schrijver, 1834-1902, nvdr) schreef ooit de bekende zin: “Macht heeft de neiging te corrumperen en absolute macht corrumpeert absoluut”. Ik zou daar aan toevoegen: “Een ander volk bezetten heeft de neiging je dom te maken en een lange bezetting maakt je enorm dom.”

In mijn jeugd, toen ik reeds lid was van het anti-Britse-ondergrondse verzet, werkte ik in het bureel van een Britse advocaat, die veel vertegenwoordigers van de Britse administratie onder zijn cliënten had. Ik vroeg me dikwijls af: “Hoe kan het dat dergelijke intelligente mensen zo stupide kunnen handelen?” Zij waren vriendelijke mensen, die zelfs mij, een lage klerk, zeer beleefd behandelden. Ze hadden echter geen alternatief: de bezetting dwingt de bezetter om stupide te handelen.

Dat gaat zo in zijn werk: om een bezettingsregime voor een zekere periode in stand te houden moet de bezetter geloven in de superioriteit van zijn ras en in de minderwaardigheid van zijn onderdrukten, die als primitieve schepsels moeten gezien worden. Wat geeft hem anders het recht om een ander volk zo te onderwerpen? Dit is exact wat nu met ons is gebeurd.

Het ogenlijk zelf dat ik die scene op tv zag, wist ik dat iets monumentaal was gebeurd. Het Palestijnse volk heeft nu een nationale heldin. De Palestijnse jeugd heeft nu een voorbeeld om na te streven.

De bevolking van Israël is de bezetting gewoon geworden. Zij geloven dat dit een normale situatie is, dat de bezetting voor altijd kan doorgaan. Die bezetting is echter geen natuurlijke situatie en ooit komt er een einde aan.

Tienduizend Britten heersten over miljoenen Indiërs tot een schriel mannetje genaamd Gandhinaar de kust ging om zout te produceren, tegen de wetgeving in. De jeugd van India stond op en de Britse heerschappij viel weg als een blad uit een boom.

Dezelfde stupiditeit overkwam alle opleggers van de bezetting die Ahed Tamimi behandelden. Legerofficieren, procureurs, militaire rechters.

‘Verstandige bezetters’ bestaan niet

Als wij verstandige bezetters waren geweest – tegenstrijdige termen – zouden we Ahed al lang naar huis hebben gestuurd, zouden we haar met geweld uit de gevangenis verdreven hebben. We houden haar echter nog steeds achter slot en grendel. Haar en haar moeder.

Correct, enkele dagen geleden realiseerde het leger zich zijn eigen domheid. Met de hulp van Aheds toegewijde Joodse advocate Gabi Lasky werd een “compromis” uitgewerkt. Meerdere beschuldigingen werden ingetrokken en Aheds straf werd herleid tot “slechts” acht maanden gevangenis.

Zij gaat vrijkomen binnen drie maanden. Dat is echter te laat: het beeld van Ahed is reeds in de gedachte van elke Palestijnse jongen en meisje gebrand. Ahed, het meisje met de blonde haren, met haar ogen als een vuurtoren. Ahed de heilige. Ahed de redder. De Palestijnse Jeanne d’Arc, het nationale symbool.

Het verhaald van Ahed Tamimi speelde zich af op de Westelijke Jordaanoever, maar weerklonk ook in de Gazastrip. Voor de meeste Israëli’s is die Gazastrip iets heel anders. Dat is geen bezet gebied. Daar hebben wij niets mee te maken.

De toestand in de Gazastrip is echter nog slechter dan een echte bezetting. De strip is compleet omsingeld. In het noorden en het oosten is er Israël. In het westen is de zee, waar de Israëlische zeemacht op alles schiet, behalve op vissersboten vlak voor de kust. Het zuiden hoort Egypte toe, dat zich zelfs nog slechter gedraagt dan de Israëli’s en nauw met hen samenwerkt.

De toestand in de Gazastrip is zo dicht bij de hel als maar mogelijk is. Voedsel op overlevingsniveau, elektriciteit voor twee tot vier uur per dag, al het water is vervuild. Werk is er zeer schaars. Alleen de meest zware zieken mogen er weg.

De demografische duivel

Waarom? Dat heeft alles te maken met die demoon die de Israëlische regering zo teistert: de demografische duivel. In historisch Palestina, het land tussen de Middellandse Zee en de Jordaan, leven nu ongeveer 13 miljoen mensen, ruwweg half Joods, half Arabisch, met een licht voordeel voor de Arabieren. De getallen zijn onzeker, maar grof geschat leven er ongeveer 3 miljoen Arabieren op de Westelijke Jordaanoever, 2 miljoen in Gaza en 1,5 miljoen in Israël. Het Arabische geboortecijfer is hoger dan het Joodse gemiddelde.

Die cijfers houden heel wat vertegenwoordigers van Israël uit hun slaap, vooral de politici. Zij zoeken naar middelen om die verhouding te veranderen. Ooit koesterden ze de illusie dat de toestand in Gaza zo ondraaglijk zou worden dat de bevolking van Gaza zou emigreren. Dat gebeurde echter niet. De Palestijnen zijn zeer volhardend geworden.

Toen dook een nieuw modeverschijnsel op: negeer die bastaarden gewoon. Beeld je gewoon in dat de hele Gazastrip in zee is gezonken, zoals een Israëlisch politicus ooit droomde. Geen strip. Twee miljoen Palestijnen minder.

Maar de strip is er nog steeds. Het klopt dat Gaza nu wordt bestuurd door de islamitische partij Hamas, terwijl op de Westelijke Jordaanoever de PLO van Abu Mazen (de verzetsnaam van president Mahmoud Abbas van de Palestijnse Autoriteit) en dat de vijandigheid tussen beide zeer venijnig is. Dat deed zich echter voor in zowat alle bevrijdingsbewegingen in de geschiedenis.

In ons geval splitste het ondergronds verzet zich in de Haganah (‘defensie’), die tot het officieel leiderschap van de zionisten behoorde, en de Irgun (‘organisatie’ afkorting van ‘Nationale Militaire Organisatie’). Toen viel ook de Irgun uit elkaar en ontstond de nog meer extreme Lehi (‘Strijders voor de Vrijheid van Israël’), die door de Britten de Stern Gang werd genoemd. Allemaal haatten ze elkaar.

Ieders heldin

Onder de bevolking zelf bestaat die naijver niet. Zij zijn allen Palestijnen. Ahed is de heldin van hen allen. Misschien speelde haar model zelfs een rol in wat zich de voorbije week afspeelde.

Voor enige tijd was Gaza rustig. Er was een soort modus vivendi ontstaan tussen de regering van Hamas en die van Israël. De Israëli’s gelukwensten elkaar over hun sluwheid. En toen gebeurde het.

Plots, als vanuit het niets, stond de bevolking van Gaza op. Hamas organiseerde hen om vrijdag bij de grensomheining te verzamelen, ongewapend (nvdr: Uri Avnery volgt hier de lijn van de Israëlische regering en media, in werkelijkheid werden de huidige protesten georganiseerd door een 20-tal lokale organisaties en heeft Hamas zich daar eerst tegen verzet, tot bleek dat de opkomst zeer aanzienlijk zou zijn, en Hamas zich er bij aansloot). Een lange campagne van passief verzet begon.

Toen men me vroeg wat er nu zou gebeuren, zei ik dat het Israëlisch leger zou schieten om te doden. Eenvoudigweg hierop: de Israëli’s weten niet hoe om te gaan met passief verzet. Zij schieten om dit in een gewelddadig verzet om te zetten. Daar weten ze mee om te gaan. Met meer geweld.

En dat is precies wat gebeurd is verleden vrijdag, op de eerste dag van de campagne: scherpschutters werden in stelling gebracht langs de grens, met orders om de ‘ringleaders’ neer te schieten – iedereen die wat naar voor kwam. Achttien ongewapende demonstranten werden gedood, bijna duizend anderen werden neergeschoten en gewond.

Als er al iemand was die dacht dat de democratische wereld op zou staan om Israël te veroordelen, dan zaten ze er pijnlijk naast. De reacties waren op zijn best heel zwak. Wat hier uit bleek is dat de Israëlische regering en zijn zionistische organisatie over heel de wereld een ongelooflijke overmacht hebben op de politieke elites en media. Op enkele uitzonderingen na werd het gruwelijke nieuws helemaal niet verspreid, of slechts als kleine berichten.

Dit kan niet lang blijven doorgaan. De protesten in Gaza zullen blijven doorgaan, vooral op de vrijdagen (de heilige dag van de moslims) tot op 15 mei, de dag van de Naqba (de ‘catastrofe’ van 1948), wanneer de massale vlucht/verdrijving van de helft van de Palestijnse bevolking uit hun woningen wordt herdacht. Palestijnse vlaggen zullen de tv-schermen over heel de wereld vullen.

Ahed zal dan nog steeds in de gevangenis zitten

De blog A Song is Born verscheen op 7 april 2018. Vertaling door Lode Vanoost. Uri Avnery (1923) is Israëlisch schrijver en vredesactivist. In 1965-1974 en 1979-1981 was hij lid van het parlement voor kleine linkse partijen. Hij heeft meerdere boeken geschreven, waaronder 1948: A Soldier’s Tale, the Bloody Road to Jerusalem (2008), Israel’s Vicious Circle (2008), My Friend, the Enemy (1986) en Israel Without Zionists: A Plea for Peace in the Middle East (1968). 

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!