Wetenschappers van het Massachusetts Institute of Technology (MIT) doen al jaren onderzoek om accurate voorspellingsmodellen te ontwikkelen die de natuurlijke variaties van de Nijl beter voorspellen.
Dat wordt steeds belangrijker, want de bevolking in de Nijldelta, meer bepaald in Egypte, Soedan, Zuid-Soedan, Tanzania, Oeganda, Eritrea, Ethiopië en in delen van Rwanda, Burundi en het noord-oosten van Congo-Kinshasa zal naar verwachting verdubbelen tegen 2050, tot bijna 1 miljard. Daarom simuleerden de wetenschappers ook de evolutie van de rivier op langere termijn.
De nieuwe MIT-studie, gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift Nature Climate Change, voorspelt dat deze natuurlijk variabiliteit met 50 procent zal toenemen als gevolg van de klimaatverandering. Het grootste deel van het water van de Nijl komt van de neerslag in de Ethiopische hooglanden en in het oosten van het Nijlbekken. Die regio’s leveren ongeveer 80 procent van het watervolume van de Nijl.
Voor hun analyse gingen de wetenschappers uit van een “business as usual-scenario”, waarbij geen grote reductie van de uitstoot van CO2 wordt bereikt. In dat geval zouden veranderende neerslagpatronen het jaarlijkse debiet van de Nijl met 10 tot 15 procent doen toenemen, van gemiddeld 80 kubieke kilometer in de 20e eeuw naar ongeveer 92 kubieke kilometer in de 21e eeuw.
Het aantal “normale” gemiddelde jaren, met een debiet tussen 70 en 100 kubieke kilometer, zal sterk verminderen. In veel jaren zal het debiet groter zijn, met overstromingen tot gevolg, en in veel andere jaren volgt er net grote droogte.
De wetenschappers betrokken bij dit onderzoek wijzen er op dat het niet louter om voorspellingen gaat: de voorbije twee jaar was het veranderend patroon al zichtbaar. In 2015 leidde was er grote droogte in de Nijlbekken, terwijl er in 2016 omgekeerd zeer grote overstromingen waren. “Het is niet abstract”, zegt Elfatih Eltahir, hoogleraar Hydrologie en Klimaat. “Het gebeurt nu al.”