In 2014 waren de Yezidi’s nog het slachtoffer van grootschalige moordpartijen tijdens de opmars van de Islamitische Staat in hun gebied. IS-strijders kidnapten en verkrachtten duizenden vrouwen. Een aantal van hen is als seksslavin doorverkocht. De Yezidi’s beschuldigden de Peshmerga’s van de Koerdische Democratische Partij (KDP) van Barzani ervan hun stellingen toen te hebben verlaten zonder veel weerwerk te bieden aan IS. Tienduizenden Yezidi’s geraakten omsingeld op de berg Sinjar. Uiteindelijk konden ze ontzet worden door eenheden van de PKK (die haar basis heeft in het Iraakse Qandil-gebergte) en YPG (uit Rojava).
Uit gesprekken met Yezidische vluchtelingen midden 2015 konden we met een kleine Belgische delegatie opmaken dat de Yezidi’s zich zeer boos opstelden ten aanzien van de Koerdische Regionale Regering in Irak. Sindsdien hebben de Yezidi’s het heft in eigen handen genomen en hun milities opgericht (de YBS en de vrouweneenheden van YJS) met de hulp van de YPG/PKK.
In juni 2016 richtten de Yezidi’s een eigen politieke beweging op: PADE (Yezidische Partij voor Vrijheid en Democratie). De KDP van Mesut Barzani beschouwt PADE en de gewapende Yezidi-milities als rivalen. Er zijn al clashes gemeld tussen de Peshmerga van de KDP, die verwoede pogingen ondernemen om het gebied terug onder politieke en militaire controle te krijgen. Daarbij zijn ook al doden en gewonden gevallen. Op 14 maart traden de Peshmerga hardhandig op tegen een Yezidische protestmanifestatie waarbij een dodelijk slachtoffer viel.
Turkije toont zich als objectieve bondgenoot van IS
Turkije heeft van de strijd tegen de PKK en de ermee geallieerde politieke bewegingen in Rojava (Noord-Syrië) en Bashur (Noord-Irak) een prioriteit gemaakt. Voor Turkije zijn al deze bewegingen simpelweg ‘terroristen’. Turkse gevechtsvliegtuigen bombarderen al jaren PKK-stellingen in het Qandil-gebergte. Die aanvallen zijn de jongste maanden opgevoerd. Turkse troepen zijn ook aanwezig in Noord-Irak ook al heeft de centrale regering in Bagdad daartegen geprotesteerd.
De Turkse militaire acties zijn niet gedekt door een mandaat van de Verenigde Naties. Er is ook weinig internationaal protest wat Turkije opvat als carte blanche. President Erdogan voelt zich gesterkt door zijn – overigens betwiste – overwinning in het referendum over de installatie van een presidentieel regime. Hij houdt zich het recht voor om ook in de toekomst militair hard op te treden. De Turkse president wil naar eigen zeggen niet toestaan dat er zich op 115 km van de Turkse grens een “nieuw Qandil” zal vormen.
De YPG en de milities van de Koerdische Yezidi’s zijn al vele maanden bezig met een succesvol offensief tegen de Islamitische Staat in Noord-Syrië en in en rond Sinjar in Irak. Het Turkse militair optreden komt dan ook gelegen voor de Islamitische Staat. In een reactie zei de co-voorzitter van de PYD (de politieke vleugel van de YPG in Rojava) dat deze acties bedoeld zijn om steun te verlenen aan IS en roept hij de coalitietroepen die actief zijn in de regio (waaronder België) op om te reageren op het Turkse optreden. Volgens de PYD wil Turkije de militaire operatie tegen Raqqa (de stad die door IS wordt gecontroleerd) ‘neutraliseren’.
Trump en Erdogan
Over enkele weken, nog voor de NAVO-top van 25 mei, is er een ontmoeting gepland tussen Erdogan en VS-president Trump. Het is zo goed als zeker dat Erdogan zal aandringen om de militaire steun van de VS aan de ‘terroristen’ van de YPG tijdens het offensief tegen Raqqa te staken.
Hoewel de strijd tegen IS een prioriteit vormt voor president Trump, is de kans reëel dat na een militaire overwinning op IS, de VS zich gaat afkeren van de YPG. De zusterorganisatie PKK staat immers op de terreurlijsten in zowel de VS als Europa, ook al heeft de PKK al meermaals aangedrongen op onderhandelingen en een politieke oplossing. Erdogan heeft evenwel gekozen voor een militaire strategie tegen de PKK en in een electorale berekening in april 2015 de onderhandelingen met de organisatie opgeblazen.