“Internationale steun is onschatbaar voor onze strijd. Deze regering is bang voor haar internationale imago. Ze hangt immers volledig af van buitenlandse investeringen. Ik ben hier om uit te leggen dat de strijd voor de rechten van de inheemse volkeren in Honduras en daarbuiten gewoon doorgaat. De moord op mijn moeder verandert daar niets aan. Integendeel, het sterkt ons in onze overtuiging dat we moeten doorgaan.”
“De staatsgreep van 2009 heeft ten gronde niet zoveel veranderd aan onze strijd. Het gaat nog altijd over hetzelfde. Alleen de intensiteit van de repressie is toegenomen. Wij strijden tegen de bouw van een dam in onze regio voor een hydro-elektriciteitscentrale. Dat gaat over enorme financiële belangen. Onze rechten als volk zijn volgens onze politieke leiders volledig ondergeschikt aan grote financiële belangen.”
“Volgens de eigen Hondurese wetgeving moeten lokale bevolkingen inspraak krijgen bij dergelijke grote bouwprojecten. Het is nogal evident dat wij daar maximaal gebruik van willen maken. Naar de vorm wordt dat allemaal gerespecteerd. In werkelijkheid wil men de mensen zo onwetend mogelijk houden. Allerlei vage beloften over tewerkstelling en welvaart verdoezelen dat de lokale bevolking alles te verliezen heeft bij deze megaprojecten.”
“Mijn moeder is niet zomaar een uitzondering. Zij had enige internationale bekendheid, maar hier in Honduras worden journalisten, syndicalisten, leiders van inheemse volkeren, lokale politici en leerkrachten vermoord, iedereen die de mensen wil informeren over hun rechten. COPINH, de organisatie die mijn moeder mee heeft opgericht deed precies dat, de mensen bewust maken van hun rechten.” (COPINH staat voor Consejo Cívico de Organizaciones Populares e Indígenas de Honduras – Civiele Raad van Volks- en Inheemse Organisaties van Honduras)
“Dit project voor een waterdam wordt medegefinancierd door een aantal Europese landen, die via de Centraal-Amerikaanse Investeringsbank hier voet aan de grond krijgen. Daarom ben ik hier in Brussel om met vertegenwoordigers van die landen en organisaties te praten en hen te tonen wat er werkelijk aan de hand is in Honduras.”
“Onze bewegingen en onze mensen worden door de huidige machthebbers in Honduras gecriminaliseerd. Ze poogden mijn moeder te veroordelen voor onwettig wapenbezit, door wapens in haar auto te plaatsen. Uiteindelijk kon ze bewijzen dat dat opgezet was door de politie.”
“Politie en leger zijn hier geen neutrale overheidsinstellingen zoals in Europa. Zij staan volledig ten dienste van de grote bedrijven en de machthebbers van Honduras. Dat schept fundamentele problemen voor een eerlijke rechtsgang. Hoe kan je een degelijk gerechtelijk onderzoek hebben naar de moord op mijn moeder, wanneer leger en politie zelf betrokken zijn bij haar moord?”
“De militaire inlichtingendienst van Honduras beschouwt het verzet van inheemse volkeren tegen al deze grote projecten als een vorm van ‘interne opstand’. Zij willen deze beweging vernietigen. Dit is geen typisch Hondurees verhaal, dit speelt zich nog steeds af in heel Centraal-Amerika.”
“De buitenlandse steun voor onze beweging is enerzijds relatief, ze heeft mijn moeder niet kunnen redden. Wij voelen echter wel dat dat een verschil maakt in de aanpak van haar rechtszaak. De Mensenrechtencommissie van de Organisatie van Amerikaanse Staten heeft een grondig onderzoek geëist en de regering zit daar duidelijk mee verveeld.”
“Het is vooral de imagoschade die de regering vreest, omdat investeerders meer en meer afhaken als ze zien dat ze in een land terechtkomen waar de overheid zijn burgers vermoordt. Daar zijn ze bang voor. Daarom moet de internationale steun voor onze beweging doorgaan.”
“Na de dood van mijn moeder waren er betogingen in steden in heel Latijns-Amerika, in Afrika, in Azië, in de VS in 35 steden. Daar is de regering toch van geschrokken. Ondertussen moeten we waakzaam blijven. Deze strijd gaat onverminderd door. Het gerechtelijk onderzoek naar de moord op mijn moeder gaat zeer traag, zit vol onregelmatigheden en buitenlandse waarnemers moeten voortdurend protesteren. Dus ja, internationale solidariteit blijft essentieel.”
“Wat de economische elite van Honduras maar niet wil snappen is dat wij hiermee blijven doorgaan, zelfs nog meer na de moord op mijn moeder. Zij snappen niets van de kracht van solidariteit, van samenhorigheid, van de wil van de bevolking om zelf zijn lot te bepalen.”
“Van de Amerikaanse regering verwachten wij niets. Je kent de geschiedenis van de VS in Latijns-Amerika. Als Hillary Clinton was verkozen geraakt, dan zou het beleid van Obama onverminderd doorgaan. Clinton heeft als enige minister van buitenlandse zaken de staatsgreep van 2009 gesteund en erkend. Ze noemde die uiteraard geen ‘staatsgreep’. Zij staat voor hetzelfde harde interventionisme als alle vorige presidenten.”
“Concreet weten we niet wat president Trump van plan is. Buiten de zaak van de grens met Mexico heeft hij nog niets gezegd over Latijns-Amerika. Wat we al hoorden laat uitschijnen dat hij ook voor het identieke beleid staat van zijn voorganger.”
Berta Zúñiga Cáceres ontmoet in Brussel vertegenwoordigers van de Europese Commissie, evenals van ambassades van Nederland en Finland, omdat die landen belangrijke investeringen in Honduras hebben. Ook een ontmoeting met een ambtenaar van het Belgische ministerie van buitenlandse zaken staat op het programma. Daarna reist ze nog naar Duitsland, dat ook grote investeringen in Honduras heeft.
In de bijlage onder dit artikel is het internationaal onderzoeksrapport over de moord op Berta Cáceres Flores bijgevoegd: