Van alle mensenrechtenschendingen door bedrijven die bij de VN worden gemeld, gaat twee derde over de mijnbouwsector. Zo worden lokale protesten gewelddadig onderdrukt, wordt de bevolking verdreven of is de impact op het leefmilieu onomkeerbaar. Sommige banken, zoals de Zweedse Swedbank of de Noorse centrale bank hanteren daarom richtlijnen voor maatschappelijk verantwoord ondernemen en kiezen ervoor om in bepaalde projecten en bedrijven niet langer te investeren.
36 miljard dollar investeringen
Veel banken op de Belgische markt doen dat wel nog, stelt het rapport. Tussen 2011 en 2016 hebben ze via leningen en de uitgifte van aandelen en obligaties bijna 36 miljard dollar geïnvesteerd in controversiële mijnbedrijven als Glencore, Goldcorp of Newmont Mining.
Koploper is BNP Paribas met 18,2 miljard dollar tussen 2011 en september 2016, gevolgd door Deutsche Bank met 9,4 miljard, ING met 5,4 miljard en KBC met 743 miljoen. Dat het ook anders kan bewijzen de ‘goede leerlingen van de klas’ als Argenta, Belfius, VDK Spaarbank en Triodos.
Niet alle investeringen zijn even rechttoe rechtaan, stelt het rapport. Een deel gaat over uitgiftes: aandelen en obligaties die de banken op de markt brengen en dus maar tijdelijk in hun bezit hebben. Ook zonder die tijdelijke aankoopoperaties gaat het echter nog steeds over minstens 20 miljard dollar.
Daarnaast hadden de onderzochte banken in september 2016 nog eens 2,1 miljard dollar aan aandelen en obligaties van de bewuste bedrijven in hun portefeuille. Wat het totaal op 35,916 miljard brengt. “Het gaat hier over aanzienlijke bedragen”, zegt 11.11.11-directeur Bogdan Vanden Berghe. “Deze banken investeren 36 miljard in bedrijven die aantoonbare negatieve ecologische, sociale of bestuurlijke impact hebben, soms decennia lang.”
Maatschappelijk verantwoord investeren
Opvallend is dat zowel BNP Paribas, Deutsche Bank als ING een hele reeks mijnbouwgerelateerde doelstellingen en uitdagingen opnemen in hun financieel beleid. Zo krijgen spaarders en beleggers de verkeerde indruk dat hun banken zorgvuldig zijn bij investeringen in de mijnbouw.
Onterecht, zeggen de ngo’s, want uit hun onderzoek blijkt het tegendeel. Andere banken, zoals Belfius Bank, Argenta en VDK Spaarbank spreken in hun beleid nauwelijks over mijnbouw en hun investeringen en financieringen in ‘problematische’ mijnbouwbedrijven zijn dan ook erg beperkt.
De organisaties die dit onderzoek uitvoerden verzoeken de Belgische overheid om de banken aan te spreken op hun dubieuze investeringen. Zeker in het geval van BNP Paribas, waar de Belgische staat zelf hoofdaandeelhouder is. Investeringen in bedrijven die niet voldoen aan internationale standaarden moeten worden afgebouwd.
Tegelijk roepen de organisaties de bankenfederatie Febelfin op om dringend werk te maken van een eigen initiatief van de sector. De banken moeten zelf ook eigen duidelijke uitsluitingscriteria opstellen voor investeringen in de mijnbouw die rekening houden met mensenrechten en potentiële milieuschade.
“Dit onderzoek maakt duidelijk dat het vrijwillige kader zoals dat vandaag wordt toegepast onvoldoende is”, zegt Vanden Berghe. “Wij vragen dus duidelijke en constructieve initiatieven zowel van de overheid als van de sector zelf. Verschillende internationale financiële spelers kwamen al tot die conclusie. Het is daarom hoog tijd dat ook de Belgische financiële sector mee trekt aan de kar. Banken kunnen door een verantwoord investeringsbeleid echt een verschil maken.”