Je kan het akkoord van Parijs vergelijken met een scoutsgroep die samen zat om zorgvuldig te plannen hoe ze een toren gaan sjorren. Het is een zeer efficiënte strategie om vooraf alles goed af te spreken: welke soort toren men gaat bouwen, wie voor de materialen zorgt, hoe we die gaan betalen, wie het werk gaat doen, enz. Dit bespraken we vorig jaar; dat noemen we het Klimaatverdrag van Parijs.
Opnieuw rond het kampvuur
Vandaag in Marrakesh komen deze scouts terug samen en zou je verwachten dat ze aan het sjorren gaan met de palen en touwen. Maar nee, we zien dat ze zich terug rond het kampvuur zetten om opnieuw discussies te beginnen over welke palen en welke touwen ze zullen gebruiken,…
De onderhandelingen zijn nog maar pas begonnen, we hebben nog meer dan een week voor de boeg, en ik hoop ten zeerste dat ik me vergis. Ik hoop dat we tegen volgende week vooruitgang zullen zien bij de bouw van onze toren – de uitvoering van het klimaatakkoord – een opdracht die meer dan hoogdringend is.
De klimaatconferentie van Marrakesh werd aangekondigd als het moment om de afspraken van Parijs uit te voeren. De doelstelling van het klimaatakkoord zijn meer dan duidelijk, de opwarming onder de 2°C houden en streven naar maximaal 1,5°C. We weten dat de engagementen die op dit ogenblik op tafel liggen onvoldoende zijn om dit te realiseren. Je zou dan verwachten dat men de koe bij de horens zou vatten.
EU wil engagement niet optrekken
De beleidsmakers, waaronder zeer expliciet de Europese Unie, zijn echter niet van plan om hun engagementen op te trekken. Op korte termijn verwijzen ze naar inspanningen van het middenveld, het bedrijfsleven, de steden, enz. om maatregelen te nemen.
Natuurlijk (laat er geen twijfel over bestaan!) iedereen moet zijn verantwoordelijkheid nemen. Maar, het is wel aan de overheid om een beleidskader uit te zetten met maatregelen om de aangegane engagementen na te komen. Het is ondertussen ook duidelijk dat we er met vrijwillige engagementen niet zullen geraken. Een aanzienlijke inspanning is enkel mogelijk indien iedereen een billijke bijdrage levert. Maar, dan moeten we er wel voor zorgen dat er geen free riders zijn, groepen of sectoren die hun verantwoordelijkheid ontlopen. Dit is ontmoedigend voor iedereen.
Steeds meer wordt het duidelijk dat we de transitie naar een koolstofarme economie goed moeten omkaderen. Inzetten op innovatie, ondersteunen van klimaatvriendelijke alternatieven, de doorbraak van hernieuwbare energie, dit zijn allemaal essentiële elementen uit het menu.
Rechtvaardige transitie
Maar door enkel in te zetten op win-win opportunities zullen we er dus niet geraken. We moeten dringend veel meer aandacht hebben voor de mensen, groepen, bedrijven, sectoren, landen die uit de boot dreigen te vallen in de koolstofarme transitie.
Dit betekent onze verantwoordelijkheid nemen inzake financiering en de vergoeding van de schade die nu reeds opgelopen wordt, zoals Oxfam recent nog maar eens heeft berekend. Dit betekent bijvoorbeeld ook een perspectief geven aan werknemers in de fossiele energiesectoren die dreigen te verdwijnen in de transitie.
Het klimaatakkoord van Parijs is daar zeer duidelijk in. Er moet rekening gehouden worden met de nood aan een rechtvaardige transitie en de zorg voor waardig werk.
Hier in Marrakesh moeten deze engagementen verder uitgebouwd worden door alle landen. Een mooie eerste stap zou al zijn indien de milieu en klimaatadministraties van alle landen samen aan tafel zouden gaan zitten met de departementen voor werk, sociaal beleid en sociale zekerheid. Ook die departementen moeten betrokken worden bij de ontwikkeling van de klimaatplannen.
Vanuit de vakbonden willen we hiervoor blijven pleiten, dit moet ook geregeld worden hier op de klimaatconferentie. Een rechtvaardige transitie betekent dat niemand achter gelaten zal worden in het ambitieuze klimaatbeleid dat op ons aankomt. Het één kan niet zonder het andere. Het is zoals het touw én de palen van de toren die we willen sjorren.
Bert De Wel is raadgever klimaat- en energiebeleid ACV