Saoedi-Arabië, de Verenigde Arabische Emiraten, Qatar en Bahrein zullen naar verwachting tegen aanzienlijke begrotingstekorten aanlopen nu de inkomsten uit hun olie-industrie dalen. Deze landen voeren daardoor hervormingen door en verminderen subsidies voor brandstof, elektriciteit, water, onderwijs. Bovendien voeren ze een nog onbestaande belasting op toegevoegde waarde (btw) in. De arbeidsmigranten in deze landen, van wie er veel uit Azië komen, voelen deze hervormingen als eersten: daarom keren al migranten terug naar huis.
In een recent interview met The Economist zei de Saoedische prins en minister van defensie Muhammad bin Salman dat zijn land kijkt naar andere inkomstenbronnen. Hij noemde onder meer de mogelijkheid het religieuze toerisme naar de islamitische ereplaatsen uit te breiden.
Andere Golfstaten lijken zich op soortgelijke wijze te bezinnen over hun economie. De Verenigde Arabische Emiraten investeren onder meer in India, waar in februari 2016 verschillende overeenkomsten worden ondertekend. Contracten bepalen dat bijna 75 miljard dollar uit het staatsbeleggingsfonds van de Emiraten naar Indiase projecten gaat op het gebied van infrastructuur, energie en luchtvaart.
Dalende olieprijzen zijn niet de enige uitdaging waar de Golfstaten mee kampen. Tijdens een forum in Bahrein in november 2016 sprak de Bahreinse minister voor Industrie, Handel en Toerisme over “een ongekende noodzaak tot economische hervormingen” in de Golfregio. Zo zouden er onder meer miljoenen banen voor jongeren moeten komen in de landen die nu sterk afhankelijk zijn van arbeidsmigranten uit India, Pakistan, Bangladesh en de Filipijnen.
Migranten
De hervormingen zijn geen goed nieuws voor arbeidsmigranten in de Golf. De sterke stijging van de prijzen van brandstof en nutsvoorzieningen heeft een enorme invloed op hun levensstandaard. Qatar heeft bijvoorbeeld de consumptieprijzen verdubbeld in september 2015. Saoedi-Arabië en Oman sneden in december in hun prijssubsidies en Saoedi-Arabië overweegt aan het einde van 2016 btw op consumptiegoederen in te voeren. In Bahrein hebben arbeidsmigranten ook te maken met een geleidelijke verlaging van hun prijssubsidies.
Tot de hervormingen in de Golfstaten behoort ook het vervangen van arbeidsmigranten door werknemers uit eigen land. Saoedi-Arabië, dat ongeveer 10 miljoen niet-Saoedische werknemers telt, zal daar binnenkort waarschijnlijk mee beginnen.
Dit nieuwe beleid zal de emigratie naar de Golfstaten negatief beïnvloeden. Toen de olieprijzen nog hoog waren en bleven stijgen, stroomden de inkomsten binnen. Ze werden gebruikt voor de aanleg van vliegvelden, snelwegen en havens. Sinds de jaren 1970 werden voor bouwprojecten miljoenen arbeiders aangetrokken uit Zuid-Aziatische landen zoals India, Pakistan, Bangladesh, Nepal en Sri Lanka.
Nu de olierijkdom blijkbaar over is, is er minder behoefte aan de arbeid van laag opgeleide migranten. De Golfstaten willen nu liever banen voor hun eigen, jonge en steeds hoger opgeleide bevolking. Dat betekent dat het onzeker is hoeveel geld er in de komende jaren nog terug zal vloeien naar Aziatische economieën, de thuislanden van de hudige arbeidsmigranten in de regio.
In Nepal bijvoorbeeld is het geld dat arbeidsmigranten overmaken naar familie goed voor 30 procent van het bruto binnenlands product (bbp). In Sri Lanka en Bangladesh gaat het om respectievelijk om 9,4 en 8,6 procent van het bbp. In India is dat minder dan 3,4 procent, maar in staten als Kerala, die veel Golfmigranten kennen, kan hun terugkeer de economie ontregelen.
Nieuwe realiteit
Uit onderzoek blijkt dat geld dat arbeidsmigranten naar huis sturen, leidt tot spaargedrag en investeringen door de ontvangende huishoudens. Daardoor neemt de armoede af. Als dergelijke geldstromen op korte termijn ophouden te bestaan, kan de armoede verergeren. In de Indiase deelstaat Kerala is een derde van het bbp afkomstig van particuliere geldtransfers.
Het Indiase Centrum voor Ontwikkelingsstudies (CDS) in de staat Kerala doet onderzoek naar emigratie en de impact daarvan op de economie in Kerala. Het centrum heeft cijfers over de emigratie vanuit Kerala in 1998, 2003, 2007, 2008, 2011 en 2014 en concludeert dat die emigratie afneemt. Het tijdperk van grootschalige emigratie naar de Golfstaten is volgens het CDS voorbij.