“We hebben drie
prioriteiten: jobs, jobs en jobs”, zo herhaalde Charles Michel een
versleten politiek cliché op de persconferentie over de taxshift. En
het middel om dat te realiseren? Het verlagen van de
werkgeversbijdragen van 33 naar 25 procent. “Het is nu aan de
bedrijven om die jobs te creëren”, vervolgde vice-premier Jan
Jambon. Aan de lastenverlaging voor werkgevers zijn dus geen concrete
voorwaarden met betrekking tot jobcreatie gekoppeld. De regering
geeft in de eerste plaats een cadeau, en hoopt daarna op de goodwill
van bedrijven.
De christelijke werknemersbeweging Beweging.net
waarschuwt: “Zonder goede afspraken, dreigt een deel van de
lastenverlaging in de portefeuille van de werkgevers en
aandeelhouders te blijven plakken, in plaats van te resulteren in extra jobs.” Jobs creëren
via een loonlastenverlaging is bovendien heel duur. De Nationale Bank en
het Planbureau schatten dat elk miljard euro lastenverlaging 15.000 à
20.000 jobs oplevert. Dat is dus in het slechtste geval 66.666 euro
per job. Mocht de overheid dat geld gewoon gebruiken om jobs in de
zorgsector of onderwijs te creëren zou dat minstens evenveel banen
opleveren.
Indexsprong II
Wat ook zeker is: het leven voor jan modaal zal duurder worden. Om te beginnen is er de verhoging van de btw op elektriciteit, die gaat van 6 naar 21 procent. Vooral de huishoudens die nu al moeilijk rondkomen, zullen het grootste slachtoffer zijn van deze btw-verhoging. De verhoging komt overigens bovenop de meerprijs van 8 procent die de Vlaamse regering net heeft aangekondigd.
Sp.a-voorzitter John Crombez meldde op Twitter in dit verband een tot nu toe onvermeld detail over de btw-verhoging. Om te vermijden dat ze de index omhoog zouden duwen, worden ze buiten de index gehouden. Dat komt neer op een tweede indexsprong.
Fossiele taboes
Naast een btw-verhoging komen er ook extra accijnzen. Voor diesel, tabak en alcohol zal meer moeten betaald worden. Ook de vettaks is een feit. Het zijn maatregelen die weliswaar de volksgezondheid ten goede komen, maar toch valt het op dat de regering vooral niet geraakt heeft aan de bedrijfswagens.
Bovendien draagt een accijnsverhoging altijd een fundamentele onrechtvaardigheid in zich: wie rijk is en niet maalt om wat extra euro's per maand kan naar hartenlust blijven vervuilen, wie arm is wordt erdoor afgestraft. En dat terwijl die laatste groep sowieso minder mogelijkheden heeft om gedragingen te wijzigen. Volgens de Oeso zijn consumptiebelastingen regressief. Ze treffen de lagere inkomens relatief harder dan de rijkere klassen. De hele eco- en gezondheidsfiscaliteit moet 900 miljoen euro opbrengen.
Bond Beter Leefmilieu is alvast ontevreden over de doorgevoerde taxshift. Matthias Bienstman: “Dit is geen taxshift die de transitie naar een hernieuwbare, circulaire economie gaat versnellen. Daarvoor blijven fossiele taboes, zoals de fiscale bevoordeling van salariswagens en vliegtuigreizen onaangeroerd. Groene oplossingen zoals elektrisch vervoer worden onvoldoende gestimuleerd.”
Winnaars
Ter
compensatie van taksen en btw-verhoging op elektriciteit stelt de
regering dat lage en midden- inkomensgezinnen 100 euro netto per maand
zullen overhouden. Maar dat geldt dus niet voor mensen die geen
personenbelasting betalen: alleenstaanden, zieken, invaliden of
gepensioneerden. Zij zullen op heel korte termijn enkel de lasten en
niet de baten voelen van de taxshift die nu voorligt. Groepen die het
al moeilijk hebben zullen met andere woorden extra hard getroffen worden. Dat
“iedereen winnaar is bij deze taxshift”, zoals Kris Peeters
stelde tijdens de persconferentie, klopt dus niet. Er zijn duidelijke
verliezers. En ook winnaars.
Om die winnaars te kennen moeten
we vooral ook kijken naar wat er niet in deze taxshift staat. Een
echte vermogensbelasting of vermogenswinstbelasting die naam waardig
zal er alvast niet komen. Ook een belasting op meerwaarde komt er
niet. Verhuurders van meerdere woningen ontspringen evenzeer de dans
en dat terwijl de indexsprong voor de huur nièt wordt doorgevoerd.
Huurders betalen dus de indexsprong, verhuurders ontsnappen eraan.
Wel komt er een
stijging op de roerende voorheffing en een speculatietaks. Maar die
twee bijkomende heffingen lijken weinig om het lijf te hebben. De
roerende voorheffing op spaarproducten gaat van 25 naar 27 procent.
Er komt een voorzichtige speculatietaks voor mensen
die hun beursgenoteerde aandelen zes maanden na aankoop al van de
hand doen. De opbrengst wordt met 28 miljoen euro heel laag
ingeschat. Om een idee te geven: toen Marc Coucke zijn aandelen van
het bedrijf Omega Pharma verkocht, incasseerde hij 1,3 miljard euro.
Hij betaalde daarop geen belastingen.
Nieuwe
besparingen
Last but not least, om de begroting op peil te houden wordt voor de volle honderd procent ingezet op besparingen. Er komt een zogenaamde efficiëntie-oefening van 700 miljoen euro bij de overheid. Dat betekenen dus verdere zware besparingen bij overheidsdiensten. Hoe die besparingen concreet vorm zullen krijgen is voorlopig nog koffiedik kijken. Maar dat ze er komen, staat wel vast.
Wordt opnieuw het doelwit van verdere besparingen: de sociale zekerheid. De begrotingscontrole houdt voor de ziekenfondsen administratiekosten af: 50 miljoen in 2016, bijkomend 25 miljoen in 2017 en bijkomend 25 miljoen in 2018. Dit betekent een totale besparing van 100 miljoen tegen 2018.
Ook de werkloosheidsuitkeringen worden opnieuw in het vizier genomen. Enkel wie de volle vijfentwintig jaar gewerkt heeft komt in aanmerking op een onbeperkte uitkering. Voor wie dat niet het geval is, zal een verdere degressiviteit van de uitkeringen doorgevoerd worden. Daarnaast worden de brugpensioenen onder de loep genomen: vrijstellingen voor mensen die langer gewerkt hebben worden strenger.